Staats & administratief recht Handboek belgie voor beginners
Deel1: Algemene beginselen
Hoofdstuk 1: De grondwet
Privaatrecht: deel v/h recht dat bepaalt op welke wijze particulieren zich tegenover elkaar verhouden
vb. Burgerlijkrecht, Gerechtelijk privaat recht
Publiekrecht: deel v/h recht dat bepaalt hoe de overheid functioneert en ook de relatie vastlegt
tussen overheid en burgers
Vb. Grondwet, administratief recht,
Grondwet (1831) is het geheel van fundamentele regels die: ( bepaalt hoe de instellingen in het land werken)
- De werking en de organisatie van de instellingen bepalen ( het parlement, regeling,
rechtbank), de grondwet gaat bepalen hoe de instellingen in een land zullen werken
- Verhouding bepalen tussen de instellingen en de burgers, m.a.w. welke instelling is bevoegd
waarvoor en waar kan de burger terecht waar voor, vb. corona crisis wie is bevoegd voor
testen te doen, wie is bevoegd voor de rusthuizen te beschermen, wie is bevoegd voor
maatregelen af te kondigen
- Verhouding bepalen tussen de instellingen onderling
Grondwet wijziging: daar staan strenge regels voor tegenover:
Her is moeilijk te veranderen er is een strenge procedure en men mag niet zomaar fundamentele
regels veranderen
België was een centralisme in het begin, maar is ondertussen al 6 staatsherzieningen verder. Het land
is veranderd van een fundamenteel centralistisch land naar een federaal land, waarde bevoegdheden
zijn gespreid voer verschillende instanties.
Hoofdstuk 2: Kenmerken van ons staatsbestel:
Scheiding der machten:
- Wetgevende macht= parlement, al de macht gaat uit van de natie, daar zitten de
vertegenwoordigers van het volk om wetten te maken, van uit de wetgevende macht worden
mensen gekozen om de wetten uit te voeren
- Uitvoerende macht= de koning
- Rechtelijke macht: de rechtbanken die onafhankelijk moeten oordelen
Groot probleem met de scheiding der machten:
De wetgevende macht heeft te weinig te vertellen en de uitvoerende te veel, in de praktijk is het zo
dat de regering de leiding heeft genomen, ze beschikken over een machinerie die wetsontwerpen
produceren en dus de wetgevende macht is een instantie die alles maar moet verwerken.
Monarchie
= de koning is het staatshoofd en heeft een beperkte persoonlijke macht, d.w.z. de koning is
onverantwoordelijk en onbekwaam is en kan niet alleen handelen, deze 2 begrippen betekenen in de
praktijk dat de koning altijd gedekt moet zijn door de regering en minstens door 1 minister. Jaarlijks
geeft de koning een kersttoespraak, hij maakt een tekst op en deze wordt gecontroleerd door de
eerste minister en hij keurt het goed om de toespraak effectief te houden. WAAROM? Als het politiek
geladen is dan kan men de koning niet aanspreken, dus de eerste minister moet het controleren en
akkoord geven, altijd als de koning publiekelijk spreekt.
,Vroeger de Salische wet dit betekend dat het koningschap erfrechtelijk wordt overgeërfd van vader
op zoon en dat nooit een vrouw aan het hoofd van het land kon komen, (Boudewijn heeft dit in de
grondwet willen herzien en dat vrouwen ook koningin kunnen zijn)
België is een Representatieve en parlementaire democratie
- Representatieve democratie: Via verkiezingen van parlementsleden
Vroeger cijnskies stelsel: mensen die belasting betalen en in verhouding van wat ze betalen hadden
ze stem recht
Nadien het algemeen meervoudig stemrecht 1893, mochten alle mannen stemmen in verhouding
van hun diploma en belasting bijdragen
1919 het algemeen enkelvoudig stemrecht, waarbij elke man 1 stem kreeg en de leeftijdsgrens van
stemmen is gedaald van 25 naar 21
1948 is het stemrecht ook voor vrouwen, merkwaardig want in een land zoals Turkije is het
stemrecht voor vrouwen daar ingevoerd
1981 mag iedereen vanaf 18 jaar stemmen voor zover hij / zij belg is, verkiezingen op europees
niveau dan mogen Europese burgers die zich hebben ingeschreven stemmen
Voor niet Europeanen: zij mogen deelnemen als ze 5 jaar onafgebroken in belgie wonen dan kunnen
ze enkel stemmen voor gemeentelijk niveau
2002 beslist om vrouwelijke aanwezigheid in het parlement op te voeren
Stemplicht in ons land deelt 90% van de mensen mee, de uitspraken zijn vrij juist!
Mensen die niet naar de stemming komen worden niet vervolgd, wel als mensen afwezig zijn als zij
worden opgeroepen om als voorzitter van stemming bureau zitting te nemen
- Parlementaire democratie: regering is niet verkozen controle door het verkozen parlement=
Wij verkiezen geen regering, wij verkiezen personen en zij gaan de regering samenstellen
Rechtstaat:
- De gezagdragers moeten het recht respecteren:
Een burgemeester is een belangrijke persoon en heeft ene belangrijke rol, maar het is zo dat hij niet
cowboy of sheriff mag spelen die in zijn eigen dorp zijn eigen regels handhaaft, ook de gezagdrager
moeten zich houden aan de basis regels (ministers moeten zich aan de regels houden)
- Beslissingen worden genomen door een meerderheid:
Wanneer een meerderheid +1 iets aanneemt dan is dit ook zo
- Rechten en vrijheden respecteren (+ rechten v/d mens)
Voor kerst en nieuwjaar komen we als familie samen, maar dan zegt de minister, dat ze de politie
gaat sturen en als wij te veel auto’s voor een woning zien staan dan gaan we de woning binnen
stormen. Dit is tegen de grondwet, het gaat niet enkel over de staatsinrichting , maar het gaat ook
over rechten en vrijheden. Het kan niet dat de politie zomaar de woning binnen komen, tenzij een
onderzoeksrechter daar over een beslissing neemt
, - Geschillen via de (onafhankelijke) rechtbank
Wij werken met rechters die onafhankelijk zijn! In polen gaat de regering, rechters afzetten omdat zij
de mening van de overheid niet doordringen bij het vonnis, ze sturen de rechters op pensioen en
stellen anderen in hun voordeel op
Hoofdstuk 3: belangrijke evoluties
Doel nva: een 7de staatshervorming
België is van een centralistisch land geëvolueerd naar een federaal land, waarbij veel bevoegdheden
naar gewesten gen gemeenschappen is overgedragen.
Er zijn in België 4 taalgebieden:
- NL, Fr, Duits en een tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad
Taal problematiek in ons land ligt gevoelig. Het ligt in ons land gevoelig omdat in 1831 frans gezien
werd als algemene voertaal en Nederlands was voor het algemene volk. In 1860 proces in chaleroi,
assisen zaak 2 Vlamingen werden daar beticht en die zijn uiteindelijk in chaleroi ter dood
veroordeeld, zij hadden van heel het proces niks begrepen want het was frans, ze zijn dus gestorven
omdat ze niet wisten waarvoor ze beschuldigd waren, Dit heeft de aanleiding gegeven naar dat
iedereen vrij is om eender welke taal te spreken
Er is dus een Vrijheid van taalgebruik voor elke burger , de burger heeft het recht om in zijn taal
behandeld te worden
Overheidsinstellingen, rechtbanken, relaties tussen WG en WN en het onderwijs hebben een
opgelegd taalgebruik, dus de taal van het taalgebied wordt gesproken
Faciliteitengemeenten –‘faciliteit’ geldt alleen ten voordele van een persoon en niet van toepassing
op de overheidsinstanties
Problematiek over de faciliteiten:
Er is een fundamenteel verschil over taal tussen Franstalige en Nederlandstalige, Franse zeggen
omdat ik Franstalig ben, ik eender waar frans makkelijk kan spreken en ik moet mij niet verlagen om
een andere taal te spreken Nederlandstalige zien het anders, in een gebied dat Nederlandstalig is wij
Nederlands spreken en als wij in een Franstalig gebied zijn frans spreken zoverre het mogelijk.
Dit heeft geleid tot het faciliteiten probleem
In 1963 is men overgegaan tot het trekken van de taal grens, men is van gemeente tot
gemeente gaan kijken en letterlijk zo de grens gaan trekken
Discussie over Brussel:
Het begrip Brussel 19, het zijn de 19 gemeentes die samen Brussel vormen, het probleem hier is het
is omknelt door Nederlandstalige gemeenten die tot het Nederlands taalgebied behoren
In de onderhandelingen hebben de Franstalige om faciliteiten gevraagd
Faciliteiten= iemand van een ander taal regime kan vragen in een gemeente waar hij woont waar
deze faciliteiten zijn om in zijn of haar taal bedient te worden
Vlamingen hebben altijd gedacht dat ze dit tijdelijk gingen aanvragen, resultaat, Franstalige zijn dit
gaan beschouwen als een wet, de faciliteiten zijn verworven en de feiten in verschillende
randgemeenten zijn in een Nederland taalgebied, maar het kan zijn dat er 80% van de bevolking
Franstalig is ook al is het ingeschreven als Nederlandstalige gebied. De gemeenteraden moeten in het
Nederlands en op straat spreken ze frans tegen elkaar
, Faciliteitgemeenten: zie pp Territorialiteitsbeginsel: zie pp
België is een federale staat, samengesteld uit de gemeenschappen en de gewesten
- Gemeenschappen: Vlaams, Frans en Duis
- Geweten: Vlaams, Waals, Brussels hoofdstedelijk
1ste Koningskwestie: 1950 Koning zat in ballingschap? Mag de koning terug komen of niet (57% zegt ja)
Vlamingen wilden dat de koning terug kwam 72% en Franstalig 42%, dit was niet verwacht, koning
kwam terug maar trede af voor zijn zoon Boudewijn
2de element in de jaren 60 zijn er incidenten gewest in Wallonië voor de zogenaamde eenheids…,
Wallonië wilde hun eigen gang gaan op economisch vlak, en claimde dat ze door vlaanderen
achteruit gingen
3de element de Leuven Vlaams geschiedenis 1968, waarbij Vlamingen gegaan zijn voor de splitsing
van Leuven en waarbij de universiteit Leuven gesplitst is in Nl en Fr-talig
Al dit heeft geleid tot gemeenschappen (culturele aangelegenheden) en gewesten (economische
aangelegenheden)
Het Waalse gewest: dit zijn al de Waalse provincies inbegrepen de Duitstalige gemeenten,
behoren tot het Waalse gewest, dit heeft zijn belang: een nalaten schap is open gegaan in
Eupen en op een bepaald ogenblik was de vraag van de notaris, vindt u dat ik het bedrag in
de aangifte hoog moet zetten in de eigendommen of niet te hoog zetten, m.a.w. de erf
belasting die in Eupen wordt geïnd gaat naar Wallonië zij zouden veel liever hebben dat het
in het duitstalig gebied blijft , maar dit is niet het geval.
‘Nachtwakersstaat’ naar ‘verzorgingsstaat’: van het een naar het ander geëvolueerd
d.w.z. (in de geest van 1831), de taken van de overheid waren beperkt, de overheid moest zorgen dat
de mensen zich veilig voelden, politie was er en dat de goederen van de mensen beschermd werden,
de overheid moest zich niet bezig houden met de bescherming van zieken, of cultuur ook niet bezig
houden school ook niet
De evolutie van de 1 naar de andere: dit houdt in dat de overheid tot op de dag van vandaag met
verschillende dingen bezig is, je kan niet zelf je belastingen in vullen, mobiliteit, klimaat, sociale
zekerheid
Nachtwakersstaat: taak van de overheid wordt beperkt tot bescherming van personen en goederen
van die personen Verzorgingsstaat (l’Etat providence): nachtwakersstaat aangevuld met sociale
voorzieningen om iedereen een menswaardig leven te leiden
vb. ziekte- en invaliditeitsverzekering, werkloosheidsuitkering, pensioen,
We maken deel uit van een internationale rechtsorde & organisaties:
- VN: ze beperken de conflicten over de wereld, waar men naar streeft om te slagen, landen
van de wereld zitten hier in
- EU: het is de broedplaats van alle mogelijk wetgeving die voor de Europese landen telt, heel
veel Belgische wetten zijn afkomstig van de EU
- Raad van Europa: de ontwerper van het EVRM
Het gevolg hierbij is de invloed van de normen die op internationaal niveau worden
uitgevaardigd