Resume
Samenvatting W.O. 1 - domeinen en doelen
- Cours
- W.O.
- Établissement
- Karel De Grote-Hogeschool (KdG)
In deze documenten is heel W.O. 1 samengevat. Ik was er steeds vanaf de eerste keer door.
[Montrer plus]
Aperçu du contenu
Jessica van der Linde 1 EBALO h W.O.Wij hebben een verleden
1. Prehistorie
-Je kan deze periode correct situeren op de tijdsband.
Ca. 4.6 miljard jaar geleden (ontstaan aarde) – ca. 3500 v.C. (ontstaan van het schrift)
-Je kan uitleggen hoe en wanneer de aarde ontstaan is.
14 miljard jaar geleden -> Big Bang -> miljarden sterren (zon) -> gassen en deeltjes -> 4.6 miljard
jaar geleden -> gloeiende bol (aarde) -> koelde af -> waterdamp, regen (meren,..) -> water eerste
leven -> insecten en schorpioenen -> zoogdieren en vogels
-Je kan aangeven wanneer de dinosauriërs in onze streken leefden en hoe ze uitgestorven zijn.
150 miljoen jaar geleden leefden er dinosauriërs. 65 miljoen jaar geleden ging het mis. Een
meteoriet botste tegen de aarde. Dit veroorzaakte stof. De zon werd jarenlang verduisterd. Hierdoor
daalde de temperatuur. Ze stierven uit.
-Je kan omschrijven hoe de eerste mensen leefden.
De voorouder van de mens (mensapen) bewoog zich voort op handen en voeten. Het klimaat werd
droger, regenwoud veranderde in grasland. Mensapen gingen rechtop lopen. Ze leerden ook steeds
beter hun handen te gebruiken. Ze maakten werktuigen (keien, takken en beenderen). Ze aten zowel
vlees als planten. Ze zwierven rond, dit zijn de jagers en voedselverzamelaars
-Je kan de 5 mensensoorten in de juiste volgorde weergeven.
Australopithecus -> Homo habilis -> Homo erectus (maakte als eerste vuur) -> Neanderthaler ->
Homo sapiens
-Je kan uitleggen hoe ze in de prehistorie vuur maakten.
Er waren verschillende technieken om vuur te maken. Deze technieken verbeterde keer op keer. Zo
kon men vuur maken met stenen (2 stenen tegen elkaar) of met 2 houten stokken tegen elkaar.
-Je kan aangeven waarom de mens boer werd ipv zwerver.
Doordat de mens de vruchtbare gronden naast de rivier had ontdekt. Ze oogsten graan, ze kweekten
dieren en ze bouwden hutten op goed gelegen plaatsen.
-Je kan uitleggen wat de eerste mensen deden met een dood rendier.
Ze gebruikten alles van het rendier (eten, kleding, werktuigen of tentmateriaal). De huid was voor
tentzeil, kledij en riemen. Het schouderblad gebruikte men een schop, kan, vishaak, mes. Het gewei
was handig voor werktuigen, speerpunten, harpoen en naalden. De haren dienden als bindmateriaal
of kussen. De beenderen gebruikten men als harpoenen, pijlpunten en naalden. Pezen waren
bindmateriaal. Maaginhoud was voedsel. Het vet was voor de olielampjes. De blaas diende als
waterzak. Vlees was ook voedsel.
DOELENLIJST MIKADO & aanvullende doelen W.O. 1 EBALO 20-21
1
, Jessica van der Linde 1 EBALO h W.O.
-Je kan aangeven waar de eerste boeren in ons land leefden
De vroegste boeren leefden in Haspengouw (ca. 5500 v.c).
-Je kan uitleggen wat silex is en waarvoor het dient.
Silex is een vuursteen en dat dient voor werktuigen en wapens.
2. Oudheid
-Je kan deze periode correct situeren op de tijdsband.
Ca. 3500 v.C. tot ca. 500. (Egypte tot 800 v.C. en Grieken en Romeinen tot 500)
-Je kan aangeven hoe de rivier De Nijl in het oude Egypte het werk bepaalde.
De rivieren overstroomde jaarlijks. Hierbij kwam vruchtbaar slib vrij. Hier kon men graan in zaaien.
De Egyptenaren bewerkten de bodem met werktuigen als sikkels en ploegen.
Juli – oktober: de Nijl stroomt over (werken voor de farao) -
November – maart: de Nijl is gezakt, zaaitijd
April – juni: droge tijd, bevloeiings- en oogsttijd
Je kan volgende begrippen verklaren: farao, hiërogliefen, mummie, farao en sarcofaag.
Farao= de koning van Egypte, staat aan het hoofd van het land.
Hiërogliefen= het Egyptische schrift
Mummie= is het overblijfsel van het lichaam (niet enkel het skelet, maar ook zachte delen).
Sarcofaag= een stenen kist waarin menselijke lichamen in bewaard worden (stoffelijke resten).
-Je kan tonen op een kaart hoe ver het Romeinse rijk zich uitstrekte in de 2 e eeuw.
Zie mikado (p. 13)
-Je kent de begrippen: Acropolis, heerbaan, Belgica, Colosseum, Circus Maximus, gladiatorengevecht,
amfitheater.
Acropolis= het hoogste punt van de stad (poleis).
Heerbaan= een lange, verharde afstandsweg in het Romeinse rijk.
Belgica= is een Romeinse provincie, een deel van het Romeinse rijk.
Colosseum= een groot, rond gebouw. Hier werden allerlei gladiatorengevechten gehouden.
Circus Maximus= het was een groot stadium in het centrum van Rome. Hier werden veel
paardenrennen gehouden.
Gladiatorengevecht= een zwaardgevecht waarbij het ging over leven of dood.
Amfitheater= een ovaal, open gebouw uit de tijd van de Romeinen. Werd gebruikt voor
gewelddadige spelen.
DOELENLIJST MIKADO & aanvullende doelen W.O. 1 EBALO 20-21
2
, Jessica van der Linde 1 EBALO h W.O.
-Je kan de problemen in het Oude Rome vergelijken met die van de grootstad vandaag.
Afval, verkeersopstoppingen, werkloosheid, woning,…
-Je kan deze figuren schetsen in de Romeinse oudheid: Julius Caesar, Ambiorix
Julius Caesar= een Romeinse Veldheer, veroverde in de 1 e eeuw v.C. onze streken.
Ambiorix= leidde in de 1e eeuw v.C. een opstand van de Galliërs tegen de Romeinen.
3. Middeleeuwen
-Je kan deze periode correct situeren op de tijdsband.
c.a. 500 tot c.a. 1500.
-Je kan uitleggen hoe en wanneer er een einde kwam aan het Romeinse rijk.
Door de Germaanse invallen viel het Romeinse rijk in 500 uiteen. Dit is dan ook het begin van de
middeleeuwen.
-Je kan de rol van de Noormannen in deze tijd situeren.
De Noormannen zorgden in de volgenden eeuwen vooral voor onveiligheid, dit door plunderingen.
De wegen en steden raakten in verval.
-Je kan de rol van de abdijen en de Kerk in deze periode verwoorden.
De plaatselijke bewoners gebruikten deze ter bescherming van die plunderaars. De abdijen werden
zelfs extra verstevigd. De kerk was belangrijk, want de christelijke godsdienst speelt een belangrijke
rol.
-Je kan de rol van de steden Gent en Brugge uitleggen.
Gent= was tijdens de middeleeuwen een grote stad in Europa. De stad lag aan de samenvloeiing van
de Schelde en de Leie. Het was een belangrijke handelsweg naar de kust. De graaf van Vlaanderen
had hier een burcht.
Brugge= was een concurrent van Gent. De zeearm van het Zwin verbond Brugge met de Noordzee.
Handelaars uit alle delen van Europa kwamen naar Brugge, dat het Venetië van het Noorden werd
genoemd.
-Je kan de rol van boeren, adelijken en geestelijken beschrijven
Boeren= moesten werken voor de adel en geestelijken, in ruil kregen ze bescherming. Ze moesten
ook zware belastingen betalen. Ze zorgden voor de bevoorrading van de steden.
Adelijken= de rijke mensen van de samenleving. De oogst (geld) was namelijk voor hen.
Geestelijken= de hoogste stand in de middeleeuwen. Zij hadden heel wat voorrechten (bv. Niet
hoeven betalen van belastingen).
DOELENLIJST MIKADO & aanvullende doelen W.O. 1 EBALO 20-21
3
, Jessica van der Linde 1 EBALO h W.O.
-Je kan de begrippen ambachtslui, handelaars en gilden uitleggen.
Ambachtslui= mensen die handwerk als baan hebben. Ze toveren grondstoffen om tot veel
gevraagde luxegoederen. Iedere ambachtsman had zijn eigen specialiteit (spinnen, weven, vollen,
verven,..). De meeste waren loonarbeiders en werkten thuis. Ze waren georganiseerd in ambachten.
Handelaars= kochten op verre markten wol als grondstof voor laken, vlas of als grondstof voor
linnen. Vervolgens verkochten ze de afgewerkte producten over heel Europa. Zij zijn verenigd in
gilden.
Gilden= organisatie van personen met hetzelfde beroep. Hiermee kon men bewijzen dat hij zijn vak
beheersten. Dit verkrijg je na een opleiding en na een meesterproef.
-Je herkent de foto’s en afbeeldingen van deze periode.
Zie Mikado.
4. Nieuwe tijden
-Je kan deze periode correct situeren op de tijdsband.
C.a. 1500 tot c.a. 1945. (nieuwe tijd: 1800 en nieuwste tijd tot 1945)
-Je kan de rol van de vorsten en het Spaanse wereldrijk in deze periode omschrijven.
De vorsten hadden in 1500 de macht in Europa overgenomen. Ze beschikten over vuurwapens en
machtige legers. Onze streken hoorden in die tijd tot het Spaanse wereldrijk.
-Je weet wie Columbus, Vasco da Gama waren en welke ontdekkingsreizen ze ondernamen.
Columbus= ontdekte Amerika in 1492.
Vasco da Gama= zeilde rond Afrika en bereikte Indië.
-Je kent de rol van Antwerpen als wereldhaven in de 16 de eeuw.
Luxegoederen werden uit alle delen van dat rijk (Spaanse wereldrijk) in de Antwerpse haven
aangevoerd en verhandeld. Deze snelle groei kenden ook een periode van verval. Er waren twisten
tussen katholieken en protestanten. Er was een sluiting van de Schelden, hierdoor verloor
Antwerpen voor eeuwig de verbinding met de zee.
-Je kent de uitvindingen uit de nieuwe tijden: het kompas, het karveel, de boekdrukkunst, het
motorvliegtuig, de auto.
Het kompas= hielp de scheepslui bij het vinden van hun route.
Het karveel= is een verbeterd schip, liet toe om op volle zee te varen.
De boekdrukkunst= het werd makkelijker om kennis te verspreiden. De kaarten zetten de wereld in
beeld.
Het motorvliegtuig= in 1903 met de gebroeders Wright
De auto= dit is pas in de 20e eeuw, de auto werd het belangrijkste transportmiddel en er werden
moderne wege aangelegd.
DOELENLIJST MIKADO & aanvullende doelen W.O. 1 EBALO 20-21
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jessicavanderlinde. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.
Peut-on faire confiance à Stuvia ?
4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)
48298 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours
Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans