Persoonlijkheidsstoornissen (Bruno)
Waarom een evaluatie van persoonlijkheid zinvol is
Er is een relatie met psychopathologie
Is helpend bij de opbouw van een therapeutische relatie
Is helpend bij de planning van de behandeling
Algemene criteria voor persoonlijkheidsstoornis
Duurzaam patroon van onaangepaste reacties op persoonlijke en sociale stress dat:
o Stabiel in tijd en bestaand sinds adolescentie-jong volwassenheid
o Duurzaam en inflexibel
o Impact op het functioneren (persoonlijk, sociaal, professioneel)
o Niet te verklaren door andere aandoening, middelen, normale ontwikkeling of
socioculturele context. (bv Japan)
Indeling
Vreemd, bizar excentriek (Lage Relation Directed) Cluster A
o Schizoid
o Paranoid
o Schizotypal
Onvoorspelbaar, impulsief (Hoge NoveltySeeking) Cluster B
o Antisociaal
o Borderline
o Theatraal
o Narcistisch
Angstig, nerveus (Hoge HarmAvoidant) Cluster C
o Afhankelijk
o Vermijdend
o Obsessief
Neurose: gedrag waarbij een voor de omgeving en het individu een moeilijk te begrijpen angst
centraal staat. Angstig en gespannen.
Psychose: verstoord waarnemen, denken en gedrag. Vreemd en excentriek.
1
,Cluster A
Paranoïde-persoonlijkheidsstoornis
Schizoïde-persoonlijkheidsstoornis
Schizotypische-persoonlijkheidsstoornis
Cluster A: Paranoide persoonlijkheidsstoornis
Een stabiel pervasief patroon van
o Wantrouwen
o Gevoel van uitbuiting
o Hypersensitiviteit voor kritiek
o Extreme jaloersheid
o Beschouwt andermans daden als vijandig of met als doel hem/haar te schaden
o Snel kwaad
o Weinig vergevingsgezind
o Praten weinig over eigen gevoelens, eerder neiging tot ontkenning of projectie
Vaak een voorgeschiedenis van actieve afwijzing of trauma (achtervolging, bedreiging)
Cluster A: Schizoide persoonlijkheidsstoornis
Pervasief patroon van:
o Onverschilligheid naar anderen
o Beperkte expressie van emoties
o Ongevoelig voor lof of kritiek
o Weinig vrienden of vertrouwenspersonen
o Oppervlakkige contacten
o Weinig of geen gevoel voor humor
o Beperkte sociale vaardigheden
o Geen overte bizarre gedachtengang
Vaak familiale anamnese: koude, weinig affectieve opvoeding. Beloning voor alleen en
onafhankelijk functioneren
2
, Cluster A: Schizotypische persoonlijkheidsstoornis
Een pervasief patroon van:
o Oncomfortabel in aanwezigheid van vreemden
o Beperkte sociale vaardigheden
o Moeilijkheden met nabijheid en contact
o Vreemde gedachten en voorkomen, magisch denken, bijgelovig…
o Bizare gedachten en fantasieën
o Vreemde kledij
o Praat vaak open tegen zichzelf
o Soms vreemd woordgebruik, neologismen
Cluster B
Antisociale persoonlijkheidstoornis
Borderline persoonlijkheidsstoornis
Histrionische persoonlijkheidsstoornis
Narcistische persoonlijkheidsstoornis
Cluster B: Anti-sociale persoonlijkheidsstoornis
Een pervasief patroon van:
o Onverantwoord gedrag
o Liegen, stelen, vandalisme, pestgedrag
o Komt verplichtingen niet na (financieel)
o Vechtpartijen
o Verschillende jobs
o Moeilijkheden om langdurige relaties aan te gaan of te houden (familieleden,
vrienden…)
o Geen schuldgevoelens, ziet kwetsen of mishandeling vaak als rechtvaardig
o Juridisch verleden kan doch is niet noodzakelijk
Opm: psychopathie
3
, Cluster B: Borderline persoonlijkheidsstoornis
Een pervasief patroon van :
onstabiele en heftige relaties
impulsief: financieën, seks, alcohol, drugs, winkeldiefstallen, roekeloos rijgedrag, eetgedrag
(min 2)
affectieve instabiliteit: wisselend depressief, angstig en geïrriteerd (meestal enkele uren)
onaangepaste, intense boosheid, of geen controle erover
herhaalde suïcidale gestes of automutilatie
identiteitsonzekerheid: zelfbeeld, seksuele oriëntatie, carrièrekeuze, type vrienden, normen
(min 2)
Cluster B: Borderline persoonlijkheidsstoornis
Aanhoudend gevoel van leegte of verveling
Dissociatieve verschijnselen
Verwoede pogingen om vermeende of echte verlating te voorkomen
Voorbijgaande, stress gebonden, paranoïde ideeën of ernstig
NARCISTISCHE PERSOONLIJKHEIDSSTOORNIS
Een pervasief patroon van grandiositeit (in fantasie of gedrag), behoeft aan bewondering of een
geberek aan empathie, excessieve emotionaliteit en aandacht vragen, beginnend op jong
volwassen leeftijd en aanwezig in uiteenlopende contexten, zoals blijkt uit vijf (of meer) van
volgende kenmerken:
Heeft een opgeblazen gevoel van eigen belangrijkheid (overdrijft bvb eigen prestaties en
talenten, verwacht te worden erkend als superieur, zonder bijbehorende prestaties.
Is gepreoccupeerd met fantasieën over grenzeloos succes , grenzeloze macht, genialiteit,
schoonheid of ideale liefde
Gelooft dat hij of zij ‘bijzonder’ en uniek is en alleen kan worden begrepen door of moet
omgaan met andere bijzondere mensen of met mensen (of instellingen) met een hoge
status.
Heeft een excessieve behoefte aan bewondering.
Heeft het gevoel bijzondere rechten te hebben (onredelijke verwachtingen over speciale
voorkeursbehandeling, of dat er automatisch wordt voldaan aan zijn of haar
verwachtingen)
Exploiteert anderen (maakt misbruik van anderen om eigen doelen te verwezenlijken)
Heeft een gebrek aan empathie: is niet bereid de gevoelens en behoeften van anderen te
erkennen of zich ermee te identificeren
4