In deze samenvatting staan alle video's van WPO MOB 2b uitgeschreven met daarbij foto's die uit de video's komen. Dit document vormt een goede aanvulling aan de slides.
Kijk of er een afwijkende stand is (valt er iets op?). Als de P de arm ondersteund dan is er sprake van
een antalgische stand (barst of fractuur van bot).
Kijk naar de duimbasis, bij ouderen kan het zijn dat de duim in abductie stand staat. Dat ligt dan aan
een probleem van het CMC-1 gewricht. Dit kan dus wijzen op een degeneratief proces (vb OA).
Kijk naar afwijkende stand vingers. Mensen die vaak dingen laten vallen? Dit kan wijzen op verkorting
flexorpezen en pezen vergroeit met de peesschede. Wanneer de ringvinger en of pink in een
flexiestand staan, kan dat een teken zijn van Dupuytren.
Kijk ook naar afwijkende stand cervicale WK. Het kan gebeuren dat mensen met
gezondheidsproblemen in hand en arm voornamelijk sensibiliteitsstoornissen, krachtverlies,
coördinatieproblemen hebben. Kijk of er een normale cervicale lordose is. Is er protractie?
Voor de observatie van de C WK kijk je ook in het frontale vlak (dus langs achter). Zo kan je zien of de
P in een soort scheefstand staat (lateroflexie). Dit kan een antagische houding zijn tgv een
degeneratief proces of hernia.
Kijk ook naar de voorarm spieren, daar kan atrofie optreden na een operatie en immobilisatie (bv
radiusfractuur). Kijk naar de spieromvang thv de duimbasis (bv abductor pollicis is normaal een heel
krachtige spier). Die kan ook atrofisch zijn tussen de eerste interdigitale ruimte. Bij P met OA in de
duim kijk je best of er atrofie aanwezig is aan de aangedane hand. De atrofie van de abductor pollicis
kan ook wijzen op een neurologische betrokkenheid (C8 zenuwwortel).
Kijk ook naar de middenhand spieren (dorsaal), door trauma kan er verkleuring zijn of atrofie door
immobilisatie. Neurologisch kan er ook een probleem zijn (T1).
Soms is er ook algemene zwelling van de voorarm of hand. Dit kan bij P (dikwijls vrouwen) na
operatie of immobilisatie als gevolg van fractuur. Er is dan ook pijn in rust en de huid ziet er zweterig
uit. Dan zie je een duidelijke verdikking. Als de zwelling lokaal is op de dorsum zijde kan dat te wijten
zijn aan een botletsel aan de radius. Een lokale zwelling subcutaan kan wijzen op een cyste.
Bij een tendinitis van de flexor of extensor carpi ulnaris kan er ook een zwelling optreden thv het
verloop van deze spieren. Kijk ook naar omvang interphalangeale/metaphalangeale gewrichten. Door
trauma kan dat een artritis beeld vertonen met een lokale zwelling en roodheid.
Bij mensen met OA zie je echt verdikkingen thv die gewrichten, dit zijn synoviale woekeringen. Dit zie
je vooral bij ouderen.
Kijk ook naar littekens. Bij operatie aan cyste kan het litteken lokaal verdikt zijn (hypertroof) en nog
wat rood zijn. Check of het goed gesloten is. Litteken bij operatie aan carpale tunnel kan ook
aanwezig zijn.
Actief onderzoek
1. Dorsiflexie
Bidhouding en ellebogen naar boven duwen. Daarmee testen we de mobiliteit in het
radiocarpale/mediocarpale/CMC gewricht. Daarnaast gaan we rek brengen op de palmaire fexoren
en op N. medianus. Daarbij krijg je een beetje drukbelasting in de gewrichten (druk zowel mediaal als
radiaal). Er is ook een lichte stabiliserende functie. Kijk naar de hoek tussen dorsum zijde hand en
voorarm. Kijk of er een verschil is tussen L en R en of er pijnprovocatie is.
2. Palmairflexie
De handruggen liggen tegen elkaar en de P duwt de eb naar benden tot de grens waarbij de
handruggen los komen van elkaar. Je krijg rek op dorsum zijde van pols (dus alle ligamenten van de
,bovenstaande gewrichten). Je krijgt compressie aan de ventrale zijde. Het is een diagnostische test
voor een vermoeden van een carpaal tunnel syndroom, de zogenaamde Phalen’ test (P moet 30s-60s
zo blijven staan). Palmair flexie is vaak beperkt als gevolg van OA van het radiocarpale gewricht.
3. Radiale en ulnaire deviatie
P staat met de handen (vingers zijn samen) naar voor. Bewegen met de duimen naar boven =radiale
deviatie, bewegen naar beneden = ulnaire deviatie. Dit kan beperkt zijn bij OA radiocarpaal. Kijk voor
beide deviaties naar de hoekstand tussen de arm en de pink. Vaak is ulnaire abductie iets meer
uitgesproken dan radiale abductie.
Dit is radiale deviatie.
4. Supinatie en pronatie
De P begint weer vanuit dezelfde houding. Laat de P voor supinatie vanuit een neutrale positie de
handen zo ver mogelijk naar buiten draaien. Kijk naar de positie van het hand in het horizontale vlak.
Voor pronatie draaien de duimen naar elkaar toe. Kijk of de dorsum zijde van het hand in het
horizontale vlak komt te liggen (nee? Dan onvoldoende). Deze bewegingen kunnen beperkt of pijnlijk
zijn bij een verstijving of bewegingsbeperking in het radio ulnair gewricht of bij een TFCC letsel
(daarbij is de discus articularis betrokken).
5. Flexie/extensie/abductie/adductie CMC 1
Bij gezondheidsproblemen thv de pols/hand/duimzijde. Check een mogelijks probleem aan de
duimbasis door de P (weer vanuit dezelfde positie) de duimen zover mogelijk naar boven te laten
,bewegen (= extensie duimen). Kijk naar de hoek tussen duim en wijsvinger.
Je krijgt indruk van aanspanningsvermogen van de duimextensoren en de
mobiliteit van de duimbasis.
Je kan ook flexie van de duim vragen en kijken hoever de P de duim kan buigen. Je kan ook vragen de
duimen weg van de hand te bewegen. Dan zie je mate van abductie in CMC. Dit is beperkt en pijnlijk
bij OA van het duimgewricht.
6. Spreiden/sluiten vingers
We kijken dus naar het aanspanningsvermogen van de middenhand spieren. Vraag aan de P om de
vingers ritmisch te openen en te sluiten zoals op de foto. Kijk naar de coördinatie, worden alle
vingers mooi gesloten en geopend en kan dit herhaald worden? Wanneer er een verzwakking is als
gevolg van een recent trauma op de middenhand of verzwakking als gevolg van immobilisatie na
fractuur of na operatie of er is een neurologisch probleem afkomstig van de C WK, dan ga je dus snel
coördinatieverlies zien.
, 7. Handknijpkracht
Meer gericht op functionele belasting en het spierpees apparaat. Vraag de P een vuist te maken en
zo hard mogelijk te knijpen. Je kan ook vragen dat de P jouw handen vastneem en goed knijp, zo
neem je waar of de P evenveel kracht heeft L als R. Er moet voldoende flexie kracht zijn in de vingers,
extensie in de pols en aanspanning in de duim. Maak het specifieker door de P in een fles water te
laten knijpen en te ontspannen. Daarmee wordt knijpkracht getest en CMC 1 wordt meer belast
omdat de adductor pollicis wat meer gerekt is en dus meer moet werken. Bij OA waarbij de adductor
pollicis wat meer verzwakt is, kan dit wat moeilijker zijn. Bij een T1 problematiek (neurologisch:
adductor en middenhand spieren) kan er dus een abnormale verzwakking zijn.
8. Steunname
We testen stabiliteit en CBBH. P steunt met de handen op tafel en leunt dan naar voor. Laat de P ook
terugkeren en kijk naar de mate van DF. Bij OA zal dit beperkt en pijnlijk zijn. Kijk of P zijn hand op de
tafel kan houden. Kijk ook langs de voorkant om te zien of de P beide handen volledig blijft steunen
en niet uitwijkt. Bij OA radiocarpaal zal dit pijnlijk en beperkt zijn. Bij een mogelijk TFCC letsel zal dit
niet goed gaan. Er kan ook een blokkering zijn in het radio carpaal gewricht, dan zal de P ook niet
kunnen steunen.
9. Nekbewegingen
Klachten in de hand zoals tintelingen (sensibiliteitsstoornissen) mogelijks als gevolg van een
radiculopathie. Dit kunnen we eerst onderzoeken door een mobiliteitsonderzoek en provocatie door
hoofd en nek bewegingen. Vraag de P om het hoofd zover mogelijk vw te buigen en te houden. Zo
krijg je verhoogde discusdruk aan de achterzijde waardoor je mogelijks de zenuwwortels wat meer
onder druk zetten. Vraag ook aan P om het hoofd zover mogelijk achterwaarts te strekken, zo krijg je
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur phebewilmots. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.