Samenvatting H3 | Leefbaarheid in stedelijke gebieden - De Geo Leefomgeving: Wonen in Nederland (5/6 VWO)
15 vues 0 fois vendu
Cours
Aardrijkskunde
Type
VWO / Gymnasium
Dit is een samenvatting van H3 | Leefbaarheid in stedelijke gebieden van het boek De Geo Leefomgeving: Wonen in Nederland (5/6 VWO). Alle paragrafen zijn hierin kort uitgelegd met de belangrijke begrippen dikgedrukt.
Hopelijk kan dit jou als potentiële koper helpen met het maken van het tentamen!
De Geo: Wonen in Nederland || Samenvatting Hoofdstuk 3: Leefbaarheid in stedelijke gebieden
H3 | Leefbaarheid in stedelijke gebieden
§3.1 Wonen in een stedelijke omgeving
Begrippen
Groeikern = Door de overheid aangewezen gemeente op niet al te grote afstand van een grote stad
die de suburbanisatie in met name West-Nederland moest opvangen (zodat niet alle kleine dorpen
op het verstedelijkte platteland zouden gaan groeien).
Vinex-locatie = Grootschalige nieuwe woningbouwlocatie aan de rand van een stedelijk gebied,
vooral bedoeld om de snelgroeiende bevolking op te vangen.
Samenvatting
Een verstedelijkt land
► Ruim 90% van de Nederlandse bevolking woont in een van de vele vooral middelgrote steden of
op het verstedelijkte platteland.
● De grote steden zijn in Nederland kleiner dan
die in andere landen.
● De centrale stad en het verstedelijkte
platteland eromheen noem je een stadsgewest,
deze liggen vooral ten zuiden van de lijn
Haarlem-Zwolle.
Samenhang binnen een stadsgewest
► Stadsgewesten vormen vooral door twee soorten relaties een ruimtelijk samenhangend geheel.
Het gaat daarbij om de volgende relaties.
● Het forensisme tussen gemeenten van het stadsgewest. Het stadsgewest is een soort regionale
arbeidsmarkt en woningmarkt.
● De bewoners van het verstedelijkte platteland benutten de centraal gelegen voorzieningen. Het
stadsgewest valt meestal grotendeels samen met het
verzorgingsgebied van die voorzieningen.
Model van een stad
► De ligging van de diverse soorten wijken kun je weergeven met
een model.
Elke bouwperiode zorgt voor typische gebouwen dichtheid en
stratenpatroon, inrichting en bewoners.
Historische binnenstad en stadscentrum
► Historische binnensteden dateren uit de middeleeuwen. Je ziet
dat aan de ligging en aan oude gebouwen. Die passen bij de
vroegere verdedigings- of handelsfunctie, of bij de religieuze
functie. De vroegere functie van gebouwen is vaak veranderd. In
de oude binnenstad liggen naast horecazaken en winkels
tegelijkertijd woningen.
● De binnenstad is een vrij compact stadsdeel met smalle wegen in
een fijnmazig netwerk. In de 19e eeuw vond in de binnenstad
verdichting plaats. Vanaf toen breidde de stad zich buiten de muren verder uit.
● Een historische binnenstad ontbreekt in sommige steden, bijvoorbeeld door oorlogshandelingen of
late stedelijke opkomst.
● Alle steden hebben een centraal zakencentrum (cbd / central business district).
Negentiende-eeuwse arbeiders- en industriewijken
► Tussen ongeveer 1870 en 1900 ontstonden tijdens de industriële ontwikkeling, vooral langs
spoorlijnen en waterwegen, arbeiders- en industriewijken met kleine slechte arbeiderswoningen en
fabrieken, vaak in smalle straten met weinig groenvoorzieningen. Nu zijn deze oude woningen
meestal gerenoveerd of gesloopt.
■ Drents dorp (Eindhoven) is een voorbeeld van een oude arbeiderswijk, waar woningen wel
tuintjes hebben.
● Naast arbeiderswijken bouwden rijke industriëlen ook soms villa’s.
1
, De Geo: Wonen in Nederland || Samenvatting Hoofdstuk 3: Leefbaarheid in stedelijke gebieden
■ Voorbeeld daarvan is te vinden in Maastricht.
Vooroorlogse stadswijken 1900-1940
► De overheid kreeg vanaf 1900 meer invloed op de woningbouw, bijvoorbeeld door de Woningwet
(1901). Woningen werden beter en wooncorporaties belangrijker.
● Verder van het centrum werd (bij lagere grondprijzen) ruimer gebouwd. De ‘tuindorpen’ uit deze
periode hadden meer groen en woningen waren vaak groter en hadden meestal erkers en
glas-in-loodramen.
● Langs de uitvalswegen van de centrale steden werden in de dertiger jaren van de vorige eeuw
ook grote huizen gebouwd, nu nog al eens in gebruik door advocaten, makelaars of architecten.
Naoorlogse wijken
►Talrijke factoren (waaronder oorlogsschade, geldgebrek, bevolkingsgroei) zorgden na de Tweede
Wereldoorlog voor woningnood. Huizenbouw was daarom snel en goedkoop. Naast rijtjeshuizen
stond hoogbouw centraal. Het was systeembouw van gehorige etage- of portiekwoningen. De
hoogbouw hield tot ver in de jaren zestig aan, al veranderden de flats wel van vorm met meer
groen ertussen. Het voorzieningenniveau was laag.
● Vanaf de jaren zestig steeg het aantal koopwoningen, steeds meer aangepast aan individuele
wensen. Woonerven en bloemkoolwijken werden aangelegd.
Verstedelijkt platteland
► De suburbanisatie vanaf de jaren zestig was selectief; jonge rijkere gezinnen. Het platteland
rondom de centrale steden verstedelijkte daardoor snel.
● De overheid wees groeikernen aan ter bescherming van landschap en dorpskarakters. Het
inwoneraantal van de groeikernen nam snel toe zoals in Purmerend, Capelle aan de IJssel,
Zoetermeer of Nieuwegein.
Re-urbanisatie
► Suburbanisatie zorgde voor allerlei problemen in de centrale steden, zoals verarming en
vergrijzing van de 19e-eeuwse en naoorlogse wijken, leegstand en verder verval en daling van het
voorzieningenniveau. Hierin vestigden zich vaak veel niet-westerse bevolkingsgroepen.
● De overheid begon met het compactestadbeleid, gevolgd door re-urbanisatie.
● Tegelijk begon het Vinex-beleid, gericht op nieuwbouwwijken: de Vinex-wijken op de
Vinex-locaties. Ze moesten het tekort aan woningen, vooral in West-Nederland, oplossen.
■ Vinex-wijken zijn meestal erg grootschalig. Dat was onder andere vanwege een poging om het
openbaar vervoer efficiënter te organiseren.
■ De bouwstijlen van Vinex-wijken zijn divers.
§3.2 Werken aan leefbaarheid
Begrippen
Bewonerskenmerk = Eigenschap van de mensen in een buurt of wijk over grootte van huishoudens,
etniciteit, inkomen, gezinsfase, leeftijd, beroep of opleiding.
Buurtprofiel = Typering van een buurt: kenmerken van bewoners, woningen en woonomgeving. In
een buurtprofiel worden zowel objectieve als subjectieve gegevens opgenomen.
Buurtvoorziening = Dagelijkse voorziening met een klein verzorgingsgebied (zoals basisscholen,
sport- en zorgvoorzieningen en buurtsupers). Heet ook wijkvoorziening.
Herstructurering = Het grondig opknappen van met name naoorlogse buurten of oudere industrie-
en haventerreinen of oude stationslocaties, waarbij vaak het stratenpatroon, de verdeling van
functies over de wijk en het woningbestand gewijzigd worden.
Objectieve veiligheid = Geregistreerde criminaliteit als mishandeling, overlast en verloedering.
Openbare ruimte = Gebied dat voor iedereen toegankelijk is. De toegankelijkheid, het onderhoud,
de overzichtelijkheid en het toezicht in de openbare ruimte is van groot belang voor de veiligheid
en leefbaarheid van stadswijken.
Sociale cohesie = De samenhang (of het cement) van de samenleving of de wijkbevolking.
Sociale veiligheid = Het geheel van objectieve en subjectieve veiligheid.
Stadsvernieuwing = Proces van renovatie en sanering van buurten en stadswijken.
Subjectieve veiligheid = De veiligheid zoals mensen die ervaren of voelen.
Wijkvoorziening = Zie buurtvoorziening.
Woningkenmerk = Kenmerk van de huisvesting van huishoudens: type, grootte, kwaliteit, staat van
onderhoud, eigendom en ouderdom van de woning.
2
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Justin1303. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.