PUBLIEKE ECONOMIE
Wat is Publieke economie?
Tak van de economie die focust op optimale allocatie van middelen om collectieve welvaart te maximaliseren (efficiëntie)
met focus op de verdeling van de welvaart.
Veel beslissingen:
Individuele component en collectieve component
Wat levert de beste situatie op voor de samenleving?
Rol voor ‘de markt’ versus rol voor ‘de overheid’
Laat je niet in een kastje vangen en motiveer goed waarom je wat denkt
Basis = micro-economie !
= economische argumenten voor het bestaan van de overheid.
3 elementen waarom de overheid bestaat:
Allocatie: maximaliseren van de economische welvaart, economisch efficiënt (bij marktfaling grijpt overheid
in)
Distributie: verdeling van de welvaart over de klassen
Stabilisatie
De overheid/de staat is overal:
1. Regulering (wat mag wat niet)
2. Prijzen aanpassen (via taxes and subsidies)
3. Zelf goederen en diensten voorzien
Tijdens die oorlogen moeten er mensen naar het front
gekregen worden met als gevolg dat je die moet overtuigen
dat dat een goede zaak is (daarna komt er een betere tijd) –
dit is 1 van de redenen dat voor die oorlog de overheid klein
was.
Voor elke staat is er een optimaal niveau van de overheid.
Ideologische visie op relatie individu en staat
Organische versus mechanistische visie
Maatschappij = natuurlijk organisme
Individu = deel ervan
Maatschappij heeft doelen, die door de staat bepaald worden. Beleid dient om die te bereiken
Overheid = gemaakt door individuen
“Government for the good of the people”
Individuen hebben doelen, sommige worden makkelijker collectief gerealiseerd
Organische visie = elke individu draagt bij aan het collectieve
, Mechanistische visie = de overheid is de som van de individuen die samenleven. Niet alle doelen die mensen
hebben kan je individueel realiseren. Bv. bij veiligheid is er beter een collectieve oplossing nodig dan een
individuele. Bij collectief is er een grotere kans op succes.
Het gaat om de staat als geheel die bepaalde doelstellingen heeft.
Goed en kwaad
Consequentionalisme:
Een actie wordt beoordeeld enkel op basis van de gevolgen die ze heeft
Iets is moreel goed of slecht als het goede of slechte gevolgen heeft
Intentionalisme / deontologie
Een actie wordt beoordeelde op basis van de intenties waarmee ze is gerealiseerd
Er zijn gedragsregels, er is morele plicht om een bepaalde actie te stellen
Onderscheid tussen consequentionalisme en intentionalisme = beoordelen van bepaalde daad of bepaalde actie.
Consequentionalisme je gaat een actie beoordelen adhv de gevolgen.
Intentionalisme daad beoordelen adhv de intentie, heeft die goede bedoelingen, volgend die bepaalde regels.
Deontologie = bepaalde vastgelegd gedragsregels zonder naar de gevolgen te kijken.
Wat zijn gevolgen van bepaalde acties.
Stel: er is geen overheid
Er is Nood aan een ‘minimale staat’ want anders ongereguleerde economie / natuurlijke anarchie (=regeringloze
samenleving):
Geen eigendomsrechten (overvallen, diefstal, fraude)
Geen contractwetgeving (vb bescherming tegen contractbreuk)
Geen rechtshandhaving (politie, justitie, leger)
Speltheoretische analyse ter illustratie:
Stel er zijn twee individuen/spelers
Er zijn twee carrièrepaden/strategieën
o Boer worden: werken levert pay-off van 12 op maar kost 2 inspanning
o Viking worden: steel het werk van de ander
o Nash evenwicht: beide spelers proberen hun nut te maximaliseren rekening houden met de acties van de
andere
Minimale staat zorgt ervoor dat niet iedereen viking wordt => verbetering
voor allebei = pareto-verbetering (= verbetering voor minstens 1 persoon
zonder dat het nadelig is voor iemand).
Minimale staat = politie, leger, rechterlijke macht.
Idee van de minimale staat
Volledig ongereguleerde economie kan niet goed werken.
Staat van natuurlijke anarchie
Overheid/staat als sociaal contract (Hobbes)
Nood aan een minimale staat:
1. Eigendomsrechten (overval, diefstal, fraude)
2. Contractwetgeving (bv. bescherming tegen contractbreuk)
3. Rechtshandhaving
a. Politie, justitie, leger,… zijn de minimale bestaande instituties
Om de markt te laten werken, zijn die 3 minimale voorwaarden eigenlijk voldoende.
= voorwaarden om een markt te laten werken
Geen verdere overheidsinmenging nodig (?)
, Minimale staat
Night-watchman state (Nozick, 1974)
“Our main conclusions about the state are that a minimal state, limited, to the narrow functions of protection against
force, theft, fraud, enforcement of contracts, and so on, is justified, but any more extensive state will violate persons'
rights not to be forced to do certain things, and is unjustified; and that the minimal state is inspiring as well as right.”
Heeft aanhangers (bvb. Libertariërs, the Tea Party Movement,…)
“De minimale staat is voldoende, we hebben geen andere overheidsingreep nodig” basis !
1 van die argumenten van vorig jaar als de overheid niet bestaat kan die door de conjunctuurcyclus afgevlakt worden.
Verder geen overheid nodig? Markten werken onder bepaalde voorwaarden, vaak: marktfalen
Ontbossing, pandemieën, vervuiling, klimaatopwarming, ongelijkheid, armoede, …
Overheid nodig om in te grijpen
Micro-economie => De markt werkt en dat leidt tot een marktevenwicht -> maatschappelijke problemen in de realiteit
(gevolgen van marktwerking)
Conclusie : markten werken onder bepaalde voorwaarden. Markten kunnen ook falen.
Marktefficiëntie
Vraagcurve: ‘Marginale Bereidheid tot Betalen curve’ = MBTB
Aanbodcurve: ‘Marginale Kosten curve’ = MK
Stel Q2, P2 : CS en PS?
Welvaartsverlies Maar! Invisible hand! Marktevenwicht P* en Q*
MBTB = MK = P
CS + PS = TS maximaal
Merk op! Beter voor consumenten en
producenten (= Pareto verbetering)
“Pareto efficiënt” = Hoogst bereikbare maatschappelijke welvaart.
Vraagcurve verloopt dalend = marginale bereidheid tot betalen curve = Op de
vraagcurve kan je aflezen wat de MBTB is => opsomming van consumenten (die
die het meest betalen naar die die minst betalen). Het is de waardering van de
consument voor dat product. Als je de hoeveelheid kent dan weet je wat de
bereidheid was van die consument om ervoor te betalen.
Marginaal = bijkomend -> voor die honderdste eenheid is de MBTB gelijk
aan bv. €4.
Aanbodcurve = hetzelfde als de marginale kostencurve verloopt stijgend = als je de productiehoeveelheid hebt, dan is de
marginale kost voor die productie zoveel euro. Als voor deze eenheid MK = €3 = marginale kost -> de extra
eenheidsproductie = €3.
Alles ertussen = een weerspiegeling voor de welvaart voor de consument.
(Lichtgroen) Consumentensurplus = boven de prijs en onder de vraag – Wat de consument had willen betalen
(Donkergroen) Producentensurplus = Onder de prijs - verschil tussen wat de producent krijgt van prijs min de kosten
Gevolg : in dat marktevenwicht krijg je Pareto verbetering.
, Pareto-efficiëntie
Pareto-verbetering = “een verandering die ertoe leidt dat één individu erop vooruitgaat toeneemt zonder dat iemand
anders erop achteruitgaat”.
Pareto efficiënte allocatie = “Een toestand in de economie of de samenleving is Pareto-efficiënt indien het niet mogelijk is
Paretoverbeteringen door te voeren”.
Het is een abstract begrip, maar a priori wenselijk om Paretoverbeteringen na te streven in samenleving.
Een verandering bv. meer produceren, waar niemand nadelen van heeft = Pareto-verbetering.
Voorbeeld realiteit : bv. oma die naar rusthuis gebracht wordt kan een verbetering zijn voor alle betrokken
partijen, scheiding van voetgangers fietsers en auto’s,…
Een toestand bv. marktevenwicht = Pareto efficiëntie allocatie.
Markten & pareto-efficiëntie
Handel:
Marktpartijen beschikken over goederen
Kunnen deze goederen ruilen
Ruil is vrijwillig Alle punten in het gele vlak zijn
=> Marktpartijen ruilen enkel als ze er beiden op vooruit gaan pareto-verbeteringen
Handel zorgt voor Pareto-verbeteringen Rode lijn = pareto-grens = bereikbare
Voorbeeld: Bertel & Stijn: nutsniveaus
Bertel: heeft enkel brood ter beschikking => nut = 10, maar heeft dorst Pareto-grens beperkt eigenlijk de
Stijn: heeft enkel water ter beschikking => nut = 10, maar heeft honger nutsmogelijkheden
Ruilhandel Situatie e = situatie van
o Bertel geeft brood en ontvangt water welvaartsverlies = het niet bereiken
o Stijn geeft water en ontvangt brood van de pareto-grens.
Analyse van Pareto-efficiëntie aan de hand van de ‘Paretogrens’.
De kern van allocatieve ingrepen ->
er is ergens een markt die werkt
maar die brengt ons in een situatie
waarin het nog mogelijk is om
pareto-verbeteringen te realiseren.
Situatie d is GEEN pareto-verbetering
ten opzichte van a -> maar hij is wel
pareto-efficiënt. d is WEL een pareto-
verbetering ten opzichte van c.
Situatie b en d is perfect pareto-
efficiënt – zijn deze situaties even
goed? Bij situatie b is het
eerlijker/gelijker verdeeld =
distributief rechtvaardiger. Hoe ga je
welvaart verdelen/herverdeling?
Allocatie gaat over hoe bereiken we
de pareto-grens.
Distributie gaat over hoe het
allemaal is verdeeld.