Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Les 2 Insolventierecht €2,99
Ajouter au panier

Notes de cours

Les 2 Insolventierecht

 80 vues  0 fois vendu

Lensnota's insolventierecht met aanvulling uit de les.

Aperçu 8 sur 25  pages

  • 8 octobre 2016
  • 25
  • 2016/2017
  • Notes de cours
  • Inconnu
  • Toutes les classes
Tous les documents sur ce sujet (19)
avatar-seller
DG7
Lesnota's 2016-2017

AFDELING 4. OVERDRACHT VAN GOEDEREN EN PUBLICITEIT


 Voor toelichting en achtergrond bij deze afdeling, kan u volgende teksten raadplegen:

E. DIRIX en R. DE CORTE, Zekerheidsrechten, Kluwer, 2006 (vijfde uitgave), p. 95-128.

R. DEKKERS, bewerkt door E. DIRIX, Handboek Burgerlijk Recht, Deel II, Zakenrecht,
Zekerheden, Verjaring, Antwerpen, Intersentia, 2005, p. 295-322 [dit is het handboek van
het opleidingsonderdeel zakenrecht, derde bachelor]


§ 1. OVERZICHT VAN DE ALGEMENE REGELS


Onderstaand worden de regels betreffende de overdracht van goederen herhaald. Er wordt een
onderscheid gemaakt tussen roerende goederen (lichamelijk roerende goederen en
schuldvorderingen) en onroerende goederen.


Bij de bespreking moeten steeds twee elementen worden besproken:
- hoe komt een overdracht geldig tot stand tussen de betrokken partijen?
= totstandkoming
- wanneer is deze overdracht tegenstelbaar aan derden?
= tegenstelbaarheid


A. De overdracht van lichamelijk roerende goederen

Totstandkoming: overdracht door wilsovereenstemming tussen de betrokken partijen


Tegenstelbaarheid:
Door de wilsovereenstemming is deze overdracht in beginsel tegenstelbaar aan derden, maar
men moet rekening houden met de derdenbeschermingsregel uit art. 2279 B.W. “bezit geldt
als titel”.


We kunnen stellen dat bezit geldt als publiciteit, indien de derde te goeder trouw is.




Insolventierecht

, Lesnota's 2016-2017

B. De overdracht van schuldvorderingen (onlichamelijk roerende goederen)


Uitgangspunt:


Totstandkoming: overdracht van schuldvordering (= cessie van schuldvordering) door
wilsovereenstemming tussen de betrokken partijen.


Tegenstelbaarheid: door de wilsovereenstemming is deze overdracht in beginsel tegenstelbaar
aan derden - zie art. 1690, § 1, lid 1 B.W. = vormvrije cessie


Hierop bestaat echter een uitzondering: 2 categorieën van belanghebbenden moeten
uitdrukkelijk op de hoogte worden gebracht van de cessie alvorens hen deze tegenstelbaar is
(art. 1690, § 1, lid 2-4 B.W.): de gecedeerde schuldenaar en bepaalde derden met een
concurrent recht op de schuldvordering.


Tegenstelbaarheid van cessie aan de gecedeerde schuldenaar
Regel: Een overdracht van een schuldvordering is slechts tegenstelbaar aan de schuldenaar
wanneer de schuldenaar hiervan in kennis wordt gesteld of wanneer de schuldenaar zelf
erkent dat hij op de hoogte is van de cessie.


Tegenstelbaarheid van cessie aan bepaalde derden met een concurrent recht op de
schuldvordering


Wie is deze derde? Art. 1690, lid 3 en 4 B.W. er zijn 2 situaties:
- de derde te goeder trouw aan wie de schuldvordering werd overgedragen, vb cessie na
cessie
- de te goeder trouw zijnde schuldeiser van de overdrager aan wie de gecedeerde
schuldenaar heeft betaald (SE van de SE wist niet dat er een cessie was)


Regel: datum van kennisgeving aan schuldenaar (door de derde) of erkenning door
schuldenaar (van het recht van de derde).




Insolventierecht

, Lesnota's 2016-2017

Bij conflicten tussen derden met een concurrent recht geldt de anterioriteitsregel: wie als
eerste een kennisgeving deed/erkenning bekomt, zal primeren op voorwaarde dat men te
goeder trouw is. Je zal wel moeten bewijzen dat je voor de andere bent, wat soms moeilijk is.


Vraag: is deze regel ook toepasselijk in andere gevallen (m.a.w. voor andere derden met een
concurrent recht op de schuldvordering)?
Het antwoord is niet eenduidig (er bestaan discussies over), maar omwille van de
duidelijkheid lijkt een toepassing per analogie een goede oplossing.

Schema cessie


SE A schuldvordering SA B
overdrager gecedeerde SA
cedent




Cessie
= overdracht eigendom schuldvordering




C = nieuwe SE
overnemer
cessionaris

A  SV  B
A Cessie  C
A  Cessie  X
Hypothese1: Dus X en C hebben recht op de SV. X en C hebben maar deel op de SV want je
kan die SV niet 2x in cessie geven, zo kan je ook je auto niet 2x verkopen. Welke cessie eerst
was, speelt geen rol. Als X eerst kennisgeving doen aan B, zal X primeren. C kan dan geen
kennisgeving meer kunnen doen aan B want X was eerst.




Insolventierecht

, Lesnota's 2016-2017

Hypothese 2: Y komt erbij. Y is SE van A. Y wil nu betaling eisen van B. (de cessie van X
valt weg). Zowel C als Y hebben recht op de SV van A op B. De eerste die kennisgeving doet
of erkenning krijgt van B, zal primeren.


C. De overdracht van onroerende goederen

Totstandkoming: overdracht door wilsovereenstemming tussen de betrokken partijen.


Tegenstelbaarheid van de overdracht van onroerende goederen aan derden: publiciteit
noodzakelijk < art. 1 Hyp.W.: overschrijving in hypotheekregister.

De overschrijving nader bekeken.

1. Rechtsgevolg
De overschrijving van de overdracht van een onroerend goed maakt de overgeschreven akte
tegenwerpelijk aan alle derden die een conflicterend recht hebben, maar te goeder trouw zijn.


- Derden? Degene die geen partij zijn bij de over te schrijven akte d.w.z. de partijen,
hun algemene rechtsverkrijgers en hun lasthebbers of bewindvoerders kunnen zich
niet beroepen op het gebrek aan inschrijving.


- Te goeder trouw (‘zonder bedrog’): dit impliceert dat de derde geen kennis heeft van
de overdracht op het ogenblik dat de derde het concurrente recht verkreeg.


- Conflicterend recht op het onroerend goed - d.w.z. een tegenstelbaar zakelijk
(zekerheids)recht of gerealiseerd vorderingsrecht.


Let op: overschrijving maakt een ongeldige akte niet geldig! Indien er een probleem is
gerezen tussen de partijen vb wilsgebrek – ongeldige akte, dus overschrijving zal niets
veranderen aan de ongeldigheid.


2. Welke akten worden overgeschreven? Art. 1 Hyp.W.
1) Akten onder levenden, om niet of onder bezwarende titel tot overdracht of
aanwijzing van onroerende zakelijke rechten (inclusief mede-eigendom)
let op: “onder levenden”, dus nooit bij erfopvolging of testament


Insolventierecht

, Lesnota's 2016-2017

2) Huurovereenkomsten > 9 jaar of met kwijting > dan 3 jaar
3) Gerechtelijke akten die het zakenrechtelijk statuut van een onroerend goed
beïnvloeden
4) Akten van afstand van onroerende zakelijke rechten


3. Vorm van de over te schrijven «akten»? Art. 2 Hyp.W.
Authentieke akten, vonnissen en in rechte of voor notaris erkende onderhandse akten.




§ 2. DE HYPOTHECAIRE INRICHTING – HYPOTHEEKREGISTERS


De hypotheekregisters verschaffen informatie m.b.t. transacties betreffende onroerende
goederen.


Kenmerken van het Belgisch hypothecair systeem:
- Persoonsgebonden: opzoeking op naam van eigenaar. Je moet dus op personen zoeken
en niet op het onroerend goed. Je kan niet vragen: Steenakker 18. Wel op naam van de
eigenaar. Dus eerst in register zoeken wie de eigenaar is van het goed en dan pas naar
hypotheekkantoor.
- Negatief systeem: enkel registratie, geen geldigheid.
- Lacuneus systeem: niet voor overdrachten na erfopvolging. Dus het is ook niet
volledig want dit staat niet bij in de akte.


3 vormen van hypothecaire publiciteit
1. Overschrijving: art. 1 en 2 Hyp.W. – overdracht van zakelijke onroerende
rechten. Cf. supra
2. Inschrijving: onroerende voorrechten en hypotheken (art. 29-40 Hyp.W. en art.
81-91 Hyp.W.)
Wat? Tegenwerpelijk maken van hypotheek of voorrecht
Goede trouw-begrip speelt hier niet
Beperkt in tijd geldig: 30 jaar (art. 90 Hyp.W.). Vaak zal dit na 20 jaar zijn als
dit overeengekomen is. Na 30 jaar automatisch vervallen. Je zal je inschrijving
moeten verlengen. Deze datum is van belang voor voorrecht. Hypotheek die op



Insolventierecht

, Lesnota's 2016-2017

datum van vandaag staat, zal eerst al zijn geld terugkrijgen alvorens de 2 de
hypotheek zijn geld krijgt aangezien die 2de pas op datum in december staat.
3. Kant- of randmelding: art. 3-5 en art. 84 e.v. Hyp.W.: actualisering van de
overschrijving of de inschrijving.


Kant- of randmelding bij overschrijving: dit gebeurt 1) wanneer de geldigheid
van de titel die aan de grondslag ligt van de overschrijving, wordt betwist
(informatie over rechtsgeding); en 2) bij iedere gerechtelijke beslissing over de
bovenstaande eis m.b.t. het onroerend goed.


Kant- of randmelding bij inschrijving: overdracht van hypothecaire of
bevoorrechte schuldvorderingen > overgang van hypotheek en voorrecht
tegenstelbaar maken aan derden.


 Richtvragen bij deze afdeling:
Na het doornemen van deze afdeling kan ik:
- het onderscheid maken tussen de geldigheid en de tegenstelbaarheid van de overdracht van goederen
- uitleggen hoe verschillende soorten goederen worden overgedragen
- uitleggen welke regels gelden opdat een overdracht van een bepaald goed tegenstelbaar zou zijn aan
derden
- toelichten wat de rol is van de hypotheekregisters
- uitleggen wat het verschil is tussen een overschrijving, een inschrijving en een kantmelding



HOOFDSTUK II. SAMENLOOP


 Voor toelichting en achtergrond bij dit hoofdstuk, kan u volgende teksten raadplegen:

E. DIRIX en R. DE CORTE, Zekerheidsrechten, Kluwer, 2006 (vijfde uitgave), p. 31-77

Let wel op: p.57-62 over het gerechtelijk akkoord is NIET meer van toepassing; p. 70-73
beneficiaire aanvaarding, onbeheerde nalatenschap en kennelijk onvermogen behoort niet
tot de leerstof


In dit hoofdstuk wordt het begrip samenloop toegelicht en geïllustreerd aan de hand van de
verschillende insolventieprocedures.




Insolventierecht

, Lesnota's 2016-2017

AFDELING 1 BEGRIP EN GEVOLGEN


§1. HET BEGRIP SAMENLOOP


Samenloop kan op verschillende manieren worden gedefinieerd. In essentie verwijst
samenloop naar een situatie die ontstaat wanneer meerdere schuldeisers gelijktijdig
aanspraken doen gelden op het vermogen (of een gedeelte ervan) van hun
gemeenschappelijke schuldenaar.


Het bestaan van concurrente schuldvorderingen is onvoldoende voor het ontstaan van
samenloop. Samenloop ontstaat niet omwille van het louter bestaan van concurrente
aanspraken, maar wel door de gelijktijdige executie van de verschillende concurrente
aanspraken (= verschillende SE’s op hetzelfde moment op hetzelfde goed van het vermogen
van de SA beroep doen/beslag leggen).


Er moet worden benadrukt dat het geen rol speelt of het vermogen van de schuldenaar wel of
niet toereikend is om de verschillende aanspraken van de schuldeisers te voldoen. Samenloop
staat los van de vraag of alle schuldeisers betaald zullen worden. Dit neemt niet weg dat er in
vele gevallen wel sprake is van een deficitair vermogen, dit is echter een gevolg van de
samenloop, eerder dan een oorzaak voor de samenloop.


§ 2. DE BASISPRINCIPES VAN SAMENLOOP


Er gelden 2 basisprincipes in een situatie van samenloop: het gelijkheidsbeginsel en het
fixatiebeginsel.


Gelijkheidsbeginsel. Het gelijkheidsbeginsel1 (ook wel "paritas creditorum") is verwoord in
art. 8 Hyp.W.: alle schuldeisers moeten gelijk worden behandeld, onafhankelijk van het
tijdstip van het ontstaan van de schuldvordering, dan wel het tijdstip waarop betaling werd
gevraagd of beslag werd gelegd.




1
Let op: het gelijkheidsbeginsel in het insolventierecht mag niet verward worden met het grondwettelijk
gelijkheidsbeginsel uit art. 10 en 11 GW, beide beginselen krijgen een andere invulling en toepassing.


Insolventierecht

, Lesnota's 2016-2017

Het gelijkheidsbeginsel wordt toegepast, zodra samenloop ontstaat. Vóór een situatie van
samenloop kan een schuldenaar dus zonder probleem zijn schuldeisers ongelijk behandelen
(vb. één schuldeiser volledig betalen, terwijl de schuldenaar weet dat hij hierdoor onmogelijk
nog zijn andere schuldeisers kan betalen).


Het gelijkheidsbeginsel is een belangrijk beschermingsmechanisme voor de schuldeisers. Dit
beginsel werd steeds als één van de fundamenten beschouwd van het insolventierecht.
Desondanks het feit dat het gelijkheidsbeginsel als uitgangspunt geldt, bestaan er heel veel
uitzonderingen op dit principe door de toename van allerlei zekerheidsrechten. Vaak zal de
gelijke behandeling van de schuldeisers dus de facto slechts residuair worden toegepast.
Op heden wordt het gelijkheidsbeginsel niet (meer) van openbare orde geacht door het Hof
van Cassatie ( zie o.a. Cass. 9 maart 2000 en Cass 20 oktober 2005).


De vraag naar de gelijke behandeling van de schuldeisers kan vanuit verschillende posities
worden bekeken:
- Eigen positie als schuldeiser achterstellen ten aanzien van de andere schuldeisers
(d.w.z. afbreuk doen aan het gelijkheidsbeginsel in het voordeel van de andere
schuldeisers): dit is geen probleem - zie o.a. Cass. 20 oktober 2005: de schuldeiser die
afstand doet van de mogelijkheid om zich te beroepen op schuldvergelijking
- Eigen positie als schuldeiser verbeteren buiten de “wettelijke redenen van voorrang”:
d.i. de vraag naar de toelaatbaarheid van nieuwe conventionele
zekerheidsmechanismen – over de toelaatbaarheid van dergelijke overeenkomsten
bestaat discussie (zie infra bij de bespreking van zekerheidsmechanismen met
zakelijke werking en fiduciaire eigendomsoverdracht tot zekerheid)


Fixatiebeginsel. Vanaf het tijdstip van ontstaan van de samenloop worden de rechten van de
schuldeisers in hun onderlinge verhouding onherroepelijk vastgelegd ("gefixeerd"), d.w.z. dat
een schuldeiser zijn (zekerheids)positie niet meer op een aan anderen tegenstelbare wijze mag
versterken.


Let op: het fixatiebeginsel geldt ten aanzien van de rechten van de schuldeisers, niet ten
aanzien van het vermogen van de schuldenaar.




Insolventierecht

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur DG7. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

53340 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€2,99
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté