Functionele eigenschappen van cellen in
een weefsel
1
,EPITHEELCELLEN: INTEGRATIE VAN TRANSPORTMECHANISMEN
BEGINSELEN VAN EPITHEELFYSIOLOGIE
EPITHEEL EN EPITHEELCELLEN
Gespecialiseerde celtypes
• Vooral in celtypes die contact bepalen tussen inwendige milieu en buitenwereld
bv. wand longblaasjes: ingeademde lucht komt eerst in contact met epitheelcel
bv. wand urinebuis bepaald samenstelling urine
bv. darm
Epitheelcellen produceren specifieke vloeistoffen
bv. cerebrospinaal vocht in hersenen (belangrijk deel bloed-brein-barrière)
2
,Epitheelcellen produceren specifieke vloeistoffen
bv. endolymfe in het binnenoor
Epitheel = laag cellen die een oppervlak of holte bedekken
Epitheelcellen zijn transportcellen. Door aanwezigheid v specifieke membraan transporters of
ionenkanalen kunnen deze cellen samenstelling van vloeistoffen bepalen
• In de nier, bijvoorbeeld, zorgen ze ervoor dat belangrijke voedingsstoffen en mineralen
opgenomen worden voordat ze lichaam verlaten. De samenstelling v/d vloeistof die uiteindelijk
urine wordt, wordt dus bepaald door gespecialiseerde epitheelcellen. De samenstelling v élke
vloeistof of substantie die het lichaam verlaat wordt bepaald door epitheelcellen: urine,
ontlasting, zweet, snot, traanvocht, etc.
• Gespecialiseerde holtes in het lichaam zijn gevuld met een afwijkende vloeistof (transcellulair
vocht, bv. een deel van het binnenoor). De samenstelling daarvan wordt ook bepaald door
epitheelcellen.
• Bedenk ook dat 85% van de kankers een epitheel-cel kanker is: CARCINOOM!!
Epitheel: opbouw
• Epitheelcellen vormen (meestal) een mono-laag
o Apicaal: lumen-zijde (meestal de buitenwereld)
o Basolateraal: plasma-zijde
• Tight junctions zijn belangrijk voor integriteit v/e epitheel
o koppelen cellen mechanisch aan mekaar
o bepalen doorlaatbaarheid v epitheellaag
bv. voor water en ionen
• Transport gebeurt:
o Transcellulair (doorheen de cellen)
o Paracellulair (tussendoor de cellen)
o Tight epitheel (weinig paracellulair transport)
o Leaky epitheel (veel paracellulair transport)
3
, Tight junctions
• Opgebouwd uit verschillende proteinen (oa. Occludine en claudine)
• Zorgen voor:
o Polarisering v membraan
o Mechanische koppeling tussen cellen
o Controleren paracellulair beweging: tight of leaky, selectiviteit
ELECTROFYSIOLOGIE VAN EEN EPITHEEL
Transepitheliale potentiaal (VTE)
• Door selectief transport v ionen kan er ladingsverschil over epitheliale
cellaag ontstaan, dus tussen lumen en interstitiele ruimte
• Hieruit volgt dat ook membraanpotentiaal aan apicale zijde en aan
basolaterale zijde v/d membraan verschillend is
• Gevolg v/d netto-verplaatsing v lading over epitheel
Bv. een cel die erg veel Na+ v lumen naar interstitium transporteert,
maar veel minder Cl-
Er is dus netto-transport v positieve lading naar interstitium, waardoor
luminale vloeistof negatief geladen wordt tov interstitiele vloeistof.
(Bedenk dat bij conventie de referentie-electrode in de interstitiele
vloeistof zit, zodat in dit geval transepitheliale potentiaal negatief is)
• Impliceert dus ook electrische weerstand over epitheel: de trans-
epitheliale weerstand
Tight epitheel: vrijwel geen transcellulair transport mogelijk, weerstand is erg
hoog, grote waardes voor VTE zijn mogelijk
Leaky epitheel: het epitheel is relatief doorlaatbaar voor ionen, en weerstand is
dus laag, kleine of helemaal geen VTE
Rinitis = overdreven vochtproductie in neus → transepitheliale potentiaal neusepitheel bepalen om
diagnose te maken
4
een weefsel
1
,EPITHEELCELLEN: INTEGRATIE VAN TRANSPORTMECHANISMEN
BEGINSELEN VAN EPITHEELFYSIOLOGIE
EPITHEEL EN EPITHEELCELLEN
Gespecialiseerde celtypes
• Vooral in celtypes die contact bepalen tussen inwendige milieu en buitenwereld
bv. wand longblaasjes: ingeademde lucht komt eerst in contact met epitheelcel
bv. wand urinebuis bepaald samenstelling urine
bv. darm
Epitheelcellen produceren specifieke vloeistoffen
bv. cerebrospinaal vocht in hersenen (belangrijk deel bloed-brein-barrière)
2
,Epitheelcellen produceren specifieke vloeistoffen
bv. endolymfe in het binnenoor
Epitheel = laag cellen die een oppervlak of holte bedekken
Epitheelcellen zijn transportcellen. Door aanwezigheid v specifieke membraan transporters of
ionenkanalen kunnen deze cellen samenstelling van vloeistoffen bepalen
• In de nier, bijvoorbeeld, zorgen ze ervoor dat belangrijke voedingsstoffen en mineralen
opgenomen worden voordat ze lichaam verlaten. De samenstelling v/d vloeistof die uiteindelijk
urine wordt, wordt dus bepaald door gespecialiseerde epitheelcellen. De samenstelling v élke
vloeistof of substantie die het lichaam verlaat wordt bepaald door epitheelcellen: urine,
ontlasting, zweet, snot, traanvocht, etc.
• Gespecialiseerde holtes in het lichaam zijn gevuld met een afwijkende vloeistof (transcellulair
vocht, bv. een deel van het binnenoor). De samenstelling daarvan wordt ook bepaald door
epitheelcellen.
• Bedenk ook dat 85% van de kankers een epitheel-cel kanker is: CARCINOOM!!
Epitheel: opbouw
• Epitheelcellen vormen (meestal) een mono-laag
o Apicaal: lumen-zijde (meestal de buitenwereld)
o Basolateraal: plasma-zijde
• Tight junctions zijn belangrijk voor integriteit v/e epitheel
o koppelen cellen mechanisch aan mekaar
o bepalen doorlaatbaarheid v epitheellaag
bv. voor water en ionen
• Transport gebeurt:
o Transcellulair (doorheen de cellen)
o Paracellulair (tussendoor de cellen)
o Tight epitheel (weinig paracellulair transport)
o Leaky epitheel (veel paracellulair transport)
3
, Tight junctions
• Opgebouwd uit verschillende proteinen (oa. Occludine en claudine)
• Zorgen voor:
o Polarisering v membraan
o Mechanische koppeling tussen cellen
o Controleren paracellulair beweging: tight of leaky, selectiviteit
ELECTROFYSIOLOGIE VAN EEN EPITHEEL
Transepitheliale potentiaal (VTE)
• Door selectief transport v ionen kan er ladingsverschil over epitheliale
cellaag ontstaan, dus tussen lumen en interstitiele ruimte
• Hieruit volgt dat ook membraanpotentiaal aan apicale zijde en aan
basolaterale zijde v/d membraan verschillend is
• Gevolg v/d netto-verplaatsing v lading over epitheel
Bv. een cel die erg veel Na+ v lumen naar interstitium transporteert,
maar veel minder Cl-
Er is dus netto-transport v positieve lading naar interstitium, waardoor
luminale vloeistof negatief geladen wordt tov interstitiele vloeistof.
(Bedenk dat bij conventie de referentie-electrode in de interstitiele
vloeistof zit, zodat in dit geval transepitheliale potentiaal negatief is)
• Impliceert dus ook electrische weerstand over epitheel: de trans-
epitheliale weerstand
Tight epitheel: vrijwel geen transcellulair transport mogelijk, weerstand is erg
hoog, grote waardes voor VTE zijn mogelijk
Leaky epitheel: het epitheel is relatief doorlaatbaar voor ionen, en weerstand is
dus laag, kleine of helemaal geen VTE
Rinitis = overdreven vochtproductie in neus → transepitheliale potentiaal neusepitheel bepalen om
diagnose te maken
4