INLEIDING
VOORKOMEN VAN PSYCHIATRIE
PREVALENTIE
57,5 miljoen EU (27 landen): psychiatrische stoornis in het voorbije jaar
♀: stemming en angst, alcohol
Jonge personen (18 – 24 jaar)
Niet getrouwd en gescheiden
Werkloosheid
Hoogopgeleiden
Psychiatrie is iets dat veel voorkomt. 1/4 van de bevolking heeft op een zeker moment
psychiatrische of neurologische problemen (inlcuis alcohol en middelenmisbruik).
Lifetime prevalentie:
- Depressie: 10 – 20% (vrouwen > mannen)
- Alcohol afhankelijkheid: 14 – 20% (mannen > vrouwen)
- Angststoornissen: 5 – 15 (19)%
- Persoonlijkheidsstoornissen: 5 – 15%
- Schizofrenie: 1%
Dit wordt beïnvloed door:
- Psychiatrische stoornis
- Geslacht
- Leeftijd
- Burgerlijke stand
- Professionele status (bv. opleiding, werk…)
- Socio-culturele factoren
- …
Dezelfde stoornissen bij gezinsleden van….
- Depressie
- Angststoornissen
- Alcohol- en middelenmisbruik en afhankelijkheid
- Eetstoornissen
- …
OPM: Voorbeeld schizofrenie:
- Kans op schizofrenie in de maatschappij: 1%
- Kans op schizofrenie indien schizofrene ouder: 10%
- Kans op schizofrenie indien schizofrene broer/zus: 7- 8%
Hoe dichter de relatie, hoe groter de kans op stoornissen
OPM: Hoe komt het dat partners sneller psychische stoornissen vertonen? Soort zoekt soort.
,OORZAAK
COMPLEXITEIT VAN DE OORZAKEN IN PSYCHIATRIE
Afwezigheid van temporele associatie
- Oorzaken liggen meestal op tijdsafstand van het ziektebeeld
o Vb. Kinderverwaarlozing
Oorzaak en gevolg
- Een oorzaak kan leiden tot meerdere effecten
o Vb. Kinderverwaarlozing => antisociale PD, suicide, depressie, middelen...
- Een effect kan ontstaan uit meerdere oorzaken
o Vb. leerstoornis => oorzaak kan een verschillende genetische abnormaliteit zijn in
ieder kind
o Vb. depressie => oorzaak kan verschillend zijn (genetica, kinderverwaarlozing,
relatiebreuk, verlieservaring, schildklierproblemen…)
Indirecte mechanismen
o Vb. Genetische predispositie -> meer stressful life events -> depressie
DUS: als je kwetsbare genen hebt EN een andere risicofactor het, dan heb je meer kans op
dat soort problemen.
VERSCHILLENDE VERKLARINGSMODELLEN
Voorbeschikkende factoren (‘predisposing’):
- Factoren die de vulnerabiliteit bepalen
o Genetisch
o Uteriene omstandigheden
o Fysische, psychologische en sociale factoren in kindertijd
- Begrip “predispositie”
o Sommige auteurs: “bij het begin”
o Andere auteurs: “ook rekening met veranderingen in later leven”
- Belangrijk onderdeel van constitutie is “persoonlijkheid”
Uitlokkende factoren (‘precipitating’):
- Gebeurtenissen kort voor de stoornis en ‘lijken deze te hebben uitgelokt’
- Kunnen fysische (tumor, drugs…), psychologische of sociaal (jobverlies, verhuis…) zijn
Onderhoudende factoren (‘maintaining or perpetuating’):
- Deze factoren verlengen de duurtijd van de stoornis nadat ze is ontstaan
- Dit is van groot belang bij de planning van behandeling
- Vb. depressie met sociale terugtrekking => onderhoudend
GENEN X OMGEVING
- The environment and schizophrenia: 81% (95% CI: 73 – 90%)
- 40 – 70%
- Dagelijks een joint roken kan zorgen voor weinig initiatief en achterdochtigheid link
met schizofrenie.
- Besluit: een goede context beschermt de slechte genen. Een slechte context MAAR
goede genen meer kans op psychiatrische stoornissen. Slechte genen EN een slechte
context nog meer kans op psychiatrische stoornissen.
,PSYCHIATRIE = PROBLEEM?
- Hoge prevalentie van psychiatrische stoornissen (1/4)
- ‘Global burden of disease’ (13,5%)
- Belangrijkste oorzaken van ongeschiktheid (15 – 44 jaar: 6/20)
PSYCHIATRIE EN HULPZOEKEND GEDRAG
- Jaarlijks 15% van de bevolking: psychiatrische problemen
- 2/3 zoekte geen hulp; 1/3 zoekt hulp (>HA)
- 2/3 van psychiatrische stoornis: 1e lijn
- De meeste mensen met psychotische stoornissen zijn wel in behandeling; (enkel onder
de zwervers wordt een groot percentage van de schizofrenen niet behandeld).
TREATMENT GAP (% NIET IN BEHANDELING)
- Schizofrenie (32,2%)
- Depressie (56,3%)
- Bipolar disorder (50,2%)
- OCD (57,3%)
- Alchol abuse and dependence (78,1%)
ECONOMISCHE KOST VAN MENTALE STOORNISSEN
- Voor maatschappij, regeringen, personen met psychische problemen, zorgverleners en
families
- <<Directe kosten: >> hospitalisatie (1/2 UK; 3/4 USA)
- >>Indirecte kosten: verlies van productiviteit, vroegtijdig overlijden
Behandeling van mentale stoornissen = duur maar het niet behandelen ervan is nog
duurder!
TEGENWOORDIG GGZ
- Shift weg van zorg in grote psychiatrische ziekenhuizen
- Ontwikkeling van gemeenschap GGZ (‘outreachende zorg aan huis’, ‘mobiele teams’)
- Integratie van GGZ in algemene gezondheidsdiensten (1ste lijn gezondheidszorg,
algemene ziekenhuizen, community services)
- Eerstelijn psychologen
KERNFUNCTIES
- Functie 1: Activiteiten inzake preventie en promotie van GGZ, vroegdetectie, screening
en diagnosestelling
- Functie 2(a en b): Ambulante intensieve behandelteams voor zowel de acute als
chronische GGZ-problemen
- Functie 3: Rehabilitatieteams die werken rond reïntegratie en sociale inclusie
- Functie 4: Intensieve residentiële behandelunits voor zowel de acute als chronische GGZ-
problemen indien ziekenhuisopname noodzakelijk is
- Functie 5: Specifieke woonvormen waarin zorg aangeboden kan worden indien het
thuismilieu of het thuisvervangend milieu niet in staat is om de nodige zorg te
organiseren.
, STIGMA
PROCES VAN STIGMATIZERING
4 key componenten:
1) Labelling: kenmerken as belangrijk verschillend
2) Stereotyping: linking van verschillen aan niet gewenste karakteristieken
3) Separating: onderscheid tussen normale en gelabelde groep als fundamenteel
verschillend
4) Status loss and discrimination: devaluatie, verwerping, en uitsluiting van de gelebelde
groep
(Op welk vlak worden mensen in België allemaal gestigmatiseerd? Op vlak van huidskleur
(wit is goed, betrouwbaar, goede werkers… en zwart is slecht, onbetrouwbaar, slechte
werkers…), op vlak van geloof, op vlak van gewicht…
GRONDSLAGEN VAN STIGMA
- Problemen van kennis: onwetendheid
o Voorkomen
- Problemen van attitude: vooroordelen
o Negatieve gedachte + emotie: angst, kwaadheid, afkeer, vijandigheid,...
o Sterke predictor van discriminatie (angst en vermijding)
o Emotioniële reacties naar mentale stoornissen : angst voor geweld
- Problemen van gedrag: discriminatie
o Verwerping en vermijdend gedrag
o Research naar hypothetische situaties, weinig ivm interventies
OPM: Psychiatrische patiënten zijn meestal niet gevaarlijker, maar ze zijn wel kwetsbaarder
voor psychiatrisch geweld.
OPM: Als er veel stigmatisatie is over mentale stoornissen, ga je er minder over spreken
waardoor dit leidt tot meer problemen. Bijvoorbeeld: er is veel meer zelfmoord in België dan
in Nederland omdat ze daar veel openlijker over dit onderwerp praten.