Samenvatting hoofdstukken Werken in Gedwongen kader
Établissement
Hogeschool Rotterdam (HR)
Book
Werken in gedwongen kader
Samenvatting van het boek werken in gedwongen kader. De volgende hoofdstukken zijn samengevat: 1, 2, 3, 4, 6, 8, 11, 12, 14, 16, 18, 19, 20, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30, 32, 34 en 36. Hiermee zijn alle hoofdstukken samengevat die voor de tentamens werken in gedwongen kader - volwassenen, forens...
Samenvatting hoofdstukken Werken in Gedwongen kader
Tous les documents sur ce sujet (1)
5
revues
Par: roescherlianne • 2 année de cela
Par: idakaseo • 4 année de cela
Par: samfurude • 5 année de cela
Par: Bale1300 • 7 année de cela
Par: Dulceaq • 7 année de cela
Vendeur
S'abonner
Sammievk
Avis reçus
Aperçu du contenu
INHOUDSOPGAVE
Hoofdstuk 1: Professionaliteit als kader ................................................................................................................... 1
Hoofdstuk 2: Reclasseringswerk als waarde(n)vol werk .......................................................................................... 1
Hoofdstuk 3: Het kader van het werkveld ................................................................................................................ 1
(RIGK) Hoofdstuk 4: Juridische kaders en extramurale sanctiemodaliteiten .......................................................... 3
Hoofdstuk 6: Theorieën over afbouw en stoppen met delinquent gedrag ............................................................. 5
Hoofdstuk 8: De werkalliantie in het gedwongen kader: de theorie ....................................................................... 6
(FPP en RIGK) Hoofdstuk 12: Licht verstandelijke beperking ................................................................................... 8
(RIGK) Hoofdstuk 14: Jong volwassenen .................................................................................................................. 9
(FPP) Hoofdstuk 16: Verslaafd aan middelen ........................................................................................................... 9
(FPP) Hoofdstuk 18: Cliënten met een psychiatrische stoornis ............................................................................. 10
Hoofdstuk 19: Handelen in gedwongen kader: enkele kwesties vooraf ................................................................ 10
Hoofdstuk 20: Het belang van regie ...................................................................................................................... 11
Hoofdstuk 23: Regie op samenwerking met de cliënt: werkalliantie in de praktijk .............................................. 12
Hoofdstuk 24: Regie op samenwerking tussen professionals ................................................................................ 12
Hoofdstuk 25: Privacy en beroepsgeheim.............................................................................................................. 13
Hoofdstuk 26: Methodisch werken aan risicobeheersing ...................................................................................... 14
Hoofdstuk 27: Risicobeheersing en zelfmanagement ............................................................................................ 16
Hoofdstuk 28: Onvrijwillige cliënten: bewerken van reactance ............................................................................ 17
Hoofdstuk 29: Motivatie en weerstand in het gedwongen kader ......................................................................... 19
, Minor Werken in gedwongen kader (WIGK)
Samenvatting WIGK Volwassenen (incl. FPP en RIGK)
Sam van Keulen
HOOFDSTUK 1: PROFESSIONALITEIT ALS KADER
Wat is een professional? Waarin onderscheidt de professional zich van een amateur? Het volgende model over
professionaliteit van de hulpverlener is ontleend aan de Jonge (2011):
Een beroepsgroep kan zich professioneel noemen als er sprake is van de volgende drie kenmerken:
1. Een duidelijke professionele missie: voor professionals is het belangrijk dat zij zich bewust zijn van hun missie,
dat ze zich realiseren ‘waar ze van zijn’ en waar ze het voor doen. Zij dienen zich met een zekere regelmaat af te
vragen of zij ‘het goede doen’, of de maatschappelijke bijdrage leveren die hun beroepsgroep hoort te leveren.
2. Duidelijke activiteiten en specifieke professionele expertise om die activiteiten uit te voeren: een
professionele beroepsgroep kent duidelijke gemeenschappelijke activiteiten en expertise. Aan deze expertise
zijn de volgende kenmerken verbonden:
- Het evalueren van effectiviteit (welke strategie draagt vermoedelijk het beste bij aan het behalen van de
doelen bij meneer X?)
- Gebaseerd op handelingskennis en onderbouwde kennis, afgeleid van modellen en methoden (state-of-the-
artkennis).
- Het creatief en innovatief kunnen reageren op specifieke situaties. Ervaringskennis kan ook impliciet zijn
(intuïtief handelen, ook wel latente kennis of tacit knowledge).
Professionals vinden in nieuwe situaties snelle oplossingen: ze handelen, maken fouten, reflecteren hierop, doen
soms al dan niet toevallig ‘het goede’ en houden dat vast. In dit proces van trial and error ontwikkelt zich de
samenhang tussen algemene theoretische kennis en specifieke ervaringskennis die wordt aangeduid als
professionele expertise.
3. Inbedding in een beroepsgroep: professionals zijn ingebed in een beroepsgroep en/of organisatie. Er dient
sprake te zijn van een georganiseerde vorm van professioneel beraad en onderlinge communicatie, gericht op
het realiseren van kwaliteit, kennis delen, reflectie en leren.
Professionals dienen zich te verantwoorden tegenover cliënten, opdrachtgevers en aan samenwerkingspartners.
HOOFDSTUK 2: RECLASSERINGSWERK ALS WAARDE(N)VOL WERK
Bij ‘goed handelen’ kunnen we aan twee betekenissen denken. Ten eerste aan ‘goed’ in de zin van dat degene
die handelt die dingen goed doet. Hierbij gaat om effectiviteit en om kwaliteit, en dat houdt in dat de
werkzaamheden en de resultaten aan een zekere standaard voldoen.
Een tweede betekenis van ‘goed handelen’ is moreel van aard. Het gaat dan niet zozeer om het bereiken van
gestelde doelen, maar om de vraag of het wel goede doelen zijn.
Waarden in het handelen verwoorden, verhelderen en verklaren wat wij goed vinden (ik vind dit goed omdat het
rechtvaardig is). Anderzijds kunnen waarden ook gebruikt worden om zichtbaar te maken welke morele lading
het handelen aanwezig is (sporten om prestaties te leveren -> erkenning) Het handelen van mensen wordt
begrijpelijker wanneer we kunnen zien welke waarden hieraan ten grondslag liggen.
HOOFDSTUK 3: HET KADER VAN HET WERKVELD
Wanneer iemand een strafbaar feit pleegt en met de politie in aanraking komt zijn er diverse fasen te
onderscheiden in de rechtsgang. Deze worden hieronder in volgorde weergegeven. (Dit betekent overigens niet
dat iedere fasen zal worden doorlopen; dit is afhankelijk van de ernst van het strafbare feit en omstandigheden).
1
, Aanhouding:
Wanneer iemand wordt verdacht van een strafbaar feit mag de politie hem aanhouden en verhoren op het
politiebureau. De politie mag hem maximaal zes uur vasthouden, waarbij de tijd tussen 0.00 en 9.00 uur niet
meetelt. In deze fase kan de politie deskundigen (bijvoorbeeld een psychiater of somatisch arts) raadplegen als
de toestand van de verdachte daartoe aanleiding geeft.
In verzekeringstelling:
Indien blijkt dat er voldoende aanleiding is om de verdachte langer vast te houden, wordt hij voorgeleid aan een
officier van justitie die kan besluiten om hen in verzekering te stellen. De fase van inverzekeringstelling duurt ten
hoogste drie dagen en kan bij dringende noodzakelijkheid door de officier van justitie eenmaal voor ten hoogste
drie dagen worden verlengd.
In deze fase heeft de verdachte recht op toewijzing van een (kosteloze) advocaat. De reclassering wordt in
kennis gesteld van de inverzekeringstelling en kan besluiten tot vroeghulp bezoek aan de inverzekering gestelde.
Op grond van dat bezoek kan een advies worden uitgebracht aan de officier van justitie en de rechter-
commissaris, bijvoorbeeld over een mogelijke schorsing van de voorlopige hechtenis en eventuele voorwaarden
die daaraan verbonden zouden moeten worden.
In bewaringstelling:
Indien de officier van justitie van mening is dat de verdachte nog langer moet worden vastgehouden vordert hij
voorgeleiding en bevel tot bewaring bij de rechter-commissaris. De bewaring duurt maximaal veertien dagen. De
rechter-commissaris kan ook beslissen om de voorlopige hechtenis te schorsen, en daar eventueel voorwaarden
aan te koppelen waar de verdachte zich aan moet houden.
Gevangenhouding:
Op vordering van de officier van justitie beslist de rechter in raadkamer over de gevangenhouding voor ten
hoogste negentig dagen. De verdachte kan tegen het bevel tot gevangenhouding in hoger beroep gaan bij het
gerechtshof. Deze bevoegdheden van politie en justitie bij een strafrechtelijk onderzoek worden dwangmiddelen
genoemd. De verdachte wordt dan geplaatst in een huis van bewaring. De rechter kan in deze fase ook besluiten
dat de omstandigheden zodanig zijn dat het niet nodig is om de verdachte gevangen te houden. In dat geval kan
hij worden heengezonden of onder voorwaarden worden geschorst. Hij blijft dan wel verdachte.
Onderzoek door de rechter-commissaris:
De officier van justitie kan de rechter-commissaris vragen om een onderzoek te starten. De rechter-commissaris
beschikt over meer bevoegdheden dan de officier van justitie. De officier van justitie behoudt de leiding over de
opsporing en is verantwoordelijk voor de vervolging. De rechter-commissaris krijgt de taak toezicht te houden op
het verloop van het onderzoek. Daarnaast kan hij op verzoek van de officier van justitie of de verdachte
aanvullende onderzoekshandelingen verrichten tijdens het gehele vooronderzoek.
Als er mogelijk sprake is van een psychiatrische stoornis bij de verdachte kan de rechter-commissaris ook een
advies vragen aan het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP). Deze brengt dan
een advies uit over de geestesgesteldheid en toerekeningsvatbaarheid van de verdachte.
Besluit omtrent verdere vervolging:
De officier van justitie is niet verplicht om elke strafzaak voor de rechter te brengen. De volgende besluiten zijn
mogelijk:
- niet vervolgen of wel (voorwaardelijk) seponeren;
- transactie (bijvoorbeeld: geldboete of onbetaalde arbeid -> instemming van verdachte niet noodzakelijk);
2
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Sammievk. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.
