Spaans en Cultuur - Español en Culturas (OAMINTCSPAB13)
Notes de cours
2023 - Voor een ruime voldoende Spaans én Cultuur in maar liefst 120 pagina's. Inclusief toetsvragen om je kennis te testen.
34 vues 4 fois vendu
Cours
Spaans en Cultuur - Español en Culturas (OAMINTCSPAB13)
Établissement
Hogeschool Utrecht (HU)
Book
Con gusto nieuw 1 werkboek
120 pagina's met aantekeningen, duidelijke overzichten, tabellen, images, vragen om je kennis te testen, nuttige tips etc. voor het behalen van een DIKKE voldoende!
LAPTOP ALT +
typ ~ (links van 1) en daarna de letter. ñ 164
ñ Heet in spaans Enje Ñ 165
¿ ALT gr (rechts van spatie) + ? ¿ 168
ó 0243
á typ ' (links van Enter) en daarna de letter
ú 0250
à typ ` (links van 1) en daarna de letter.
ä typ " (links van Enter) en daarna de letter.
â typ ^ (op 6) en daarna de letter.
typ ' (links van Enter) en daarna de letter
ç c.
ü shift + “-toets, dan de u
No lo sé. Ik weet het niet.
No (lo) entiendo. Ik begrijp het niet
¿Qué significa …? Wat betekent…?
¿Cómo se pronuncia ...? Hoe spreek je…uit?
¿Cómo se escribe …? Hoe schrijf je…?
¿Cómo se dice … en español? Hoe zeg je ....in Spaans?
¿Puedo ir al servicio? Mag ik naar de WC?
¿En qué página estamos? Op welke bladzijde zijn we?
¿En qué ejercicio estamos? Bij welke oefening zijn we?
¿Puede(s) repetir (lo) por favor? Kunt u het herhalen?
¿Puede(s) deletrearlo por favor? Kunt u het spellen?
,CaRoLa: alleen de C, R en L komen dubbel voor in spaanse woorden.
Hola, ¿qué tal?
Bien, ¿y tú? (en jij?)
Bien. ¿Cómo te llamas? (hoe heet je?) ¿cómo se llama (usted)? (hoe heet u?)
Me llamo …, ¿y tú?
Me llamo …
Mucho gusto. (leuk je te ontmoeten)
Encantado / encantada ¡Hasta luego! (tot ziens)
¡Hasta luego!
¿De dónde eres? Waar kom je vandaan?
¿De dónde es usted? Waar komt u vandaan? (es verwijst naar het werkwoord SER: zijn)
¿Cómo esta usted? Hoe gaat het met u (esta verwijst naar Estar: zijn)
¿Cómo te llamas? Hoe heet je?
¿Cómo se llama usted? Hoe heet u?
Encantado: als man zeg je altijd encantado: aangenaam
Encantada: als vrouw zeg je encantada: aangenaam
Soy … / Me llamo …
Vivo en … con …
Trabajo cómo … / Soy …
Estudio …
Me gusta el español porque … ik vind Spaans leuk omdat…..
Estado en ... ik ben in ……. Geweest
Me gusta bailar y escuchar música
Iemand voorstellen:
Este es….. dit is …..(mannelijk)
Esta es …. dit is …..(vrouwelijk)
Estos son…. dit zijn……
Por para porque
¿Por qué estudiar easpañol?
POR + sustantivo : (voor)
por su sonida (het geluid)
PARA + infinitivo: (om)
para viajar par países de habla hispana Café para todos
, PORQUE + oración con verbo conjugado: (omdat)
Porqué aprender una lengua es bueno para mi cerebra
Por door
Para voor/om -doel
Het antwoord op de vraag: ¿Por qué……(waarom)? begint met: Porque…..(omdat)
Persoonlijke voornaamwoorden
Worden alleen gebruikt als je ze wilt benadrukken of om misverstanden te voorkomen.
Ik heb een hond: tengo un perro (geen yo ervoor)
Usted en ustedes wordt wel gebruikt:
u heeft een hond: usted tiene un perro
In latijns-america wordt ustedes gebruikt in plaats van vosotros
,¿Cómo se pronuncia?
El alfabeto español: https://www.youtube.com/watch?v=Z7R-QkOXgcU&embeds_
euri=https%3A%2F%2Feuc-powerpoint.officeapps.live.com%2F&feature=emb_logo
c en z = th
c = k maar voor de e en l = th
ch = tsj
g = guh
h = klankloos
j= g
ll = j
ñ = nj
q=k
u = oe
y = j aan het eind als i
z = th
b en v worden beide als b uitgesproken. Midden in een woord iets zachter dan aan het begin van
een woord. Baño, vino, Sevilla, Eva.
Accent
Bij de vragende voornaamwoorden staat er een tilde op (accent)
Bij het aanwijzend voornaamwoord niet.
Qué krijgt een tilde (accent) als het een vragend vnw is
Que als het gewoon in een zin staat, dus verwijst naar iets dus bij más que meer dan
¡ Que calor!
¿Qué estudias?
El coche que he comprado es muy bonito
El coche es mas bontito que el mío
¿Por qué? Porque
Estar krijgt bij alle vervoegingen een accent maar niet bij estoy en etsamos (está estáis etc)
Alle woorden op -ón hebben een accent maar in het meervoud niet
Bij twijfel valt het accent bij lange woorden op de twee na laatste lettergreep
SEMANA 2 unidad 2
Lidwoorden
El: mannelijk. Meestal eindigend op -o
La: vrouwelijk. Meestal eindigend op -a, -cíon, -dad.
Er zijn uitzonderingen zoals: el día, el problema, la razón
Woorden op een -e kunnen mannelijk of vrouwelijk zijn bv La calle : de straat
Publiek transport (el autobus, el tren) zijn meestal mannelijk
Meervoud
Woord dat eindigt op een klinker krijgt in het meervoud -s
, Woord dat eindigt op een medeklinker krijgt in het meervoud -es
El teatro Los teatros
La palabra Las palabras
La universidadLas universidades
Is er een accent op de laatste lettergreep dan vervalt deze in het meervoud: la región. Las regiones
Vacanciones is altijd in meervoud en betekent: vakantie
Onbepaald voornaamwoord
El -> un ¿Trabaja en un hotel?
La -> una No, en una fábrica
Los -> unos Los teatros: de theaters unos teatros: deze theaters
Las -> unas Las lunas: de manen unas lunas: deze manen
Pasamos unos días en Mallorca: we brengen enkele dagen op Mallorca door
Letters zijn vrouwelijk: la hache (de h)
Beroepen
Bij veel beroepen eindigend op -o, eindigt de vrouwelijke vorm op -a.
Eindigend op -o mannelijk (médico, mannelijke arts)
Eindigend op -a vrouwelijk (médica vrouwelijke arts) Twee vrouwelijke artsen: médicas
Eindigend op -or mannelijk
Eindigend op -ora vrouwelijk
Zowel mannelijk als vrouwelijke beroepen eindigen soms op: -e, -ia, ista
Dentista, policía, periodista, economista, receptionista,
Representante, contable (acountant), cantante
Pianista, masajista, astronauta, fútbolista,
modelo
Wie wat waar
Quién Wie Quien es Frida Kahlo? Con quién vas al cine?
Quiénes Wie Quiénes son tus padres? Quiénes son Piet y Klaas?
Dónde Waar ¿Dónde vives? Sabe usted dónde hay una farmacia?
¿Dónde trabajo? En el banco
Adónde Waarheen Adónde vamos mañana?
De dónde Waarvandaan De dónde es usted?
Cuándo Wanneer Cuándo es tu/su cumpleaños?
NB Con cuándo (met wanneer) bestaat niet
Cuánto/a Hoeveel Cuánto cuesta el melon?
Cuántos/as Hoeveel Cuántos litros leche?
Por qué? Waarom Por qué no vienes?
Porque Omdat Porque hay muchos estudiantes
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur alettasmit. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €14,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.