Zorgtraject vloeiendheid
PPT 1: Types van vloeiendheidsstoornissen 2
PPT 2: Hoe ontstaat ontwikkelingsstotteren 7
PPT 3: Cognities en emoties in de sociale context 13
PPT 4: Neurologische correlaten bij ontwikkelingsstotteren 21
PPT 5: Diagnostiek van stotteren 29
PPT 6: Inzicht in diagnostiek 36
PPT 7: Behandeling stotteren 40
Document restart-DCM 56
PPT 8: Inzicht in therapie 58
1
,PPT 1: TYPES VAN
VLOEIENDHEIDSSTOORNISSEN
AFKORTINGEN
PdS/ PnS = personen die stotteren/ personen die niet stotteren
VdS = volwasssen
KdS = kinderen
TdS = tieners
VLOEIENDHEIDSSTOORNIS
Smoothness = gladde stroom van spreken
Rate = snelheid van spreken
Effort = inspanning
Continuity = continuïteit in spreken
STOTTEREN EN BRODDELEN
Stotteren = af en toe vastzitten
- Weet wel perfect wat die wil zeggen
- Kan het niet zeggen door onvrijwillige herhaling, verlenging of blokkage
Broddelen = spraak die heel snel is, soms met extra versnellingen
- Minder verstaanbaar
TYPES STOTTEREN
Kijkend naar oorzaak
- Ontwikkelingsstotteren
o Voorbijgaand of persisterend
o Komt het meeste voor
- Neurogeen beroerte, Parkinson,…
- Psychogeen vanuit psychologisch trauma
Klinische praktijk
- Type 1 = ontwikkelingsstotteren
- Type 2 = stotteren – broddelen
- Type 3 : dwangneurotisch
o Vaak bij autisme te vinden
ONTWIKKELINGSSTOTTEREN
Onset leeftijd = 3-5 jaar
- Hier komt het voor het eerst echt naar boven
- Ongeveer 5% van kinderen op deze leeftijd
o Groot percentage = voorbijgaand
o Sommige persisterend stotteren tot in volwassenheid
- Hoe langer al stotteren minder kans op voorbijgaande aard
o Soms herstel bij adolescenten of volwassenen MAAR zeldzaam
Meer mannen dan vrouwen (4:1)
- Jonge kinderen = meer gelijkmatig
- Oudere kinderen = volwassen patroon
Variabiliteit
- Mensen die stotteren = verschillende maten van vloeiendheid op verschillende
tijdstippen (intravariabilieit)
2
, - Mensen die stotteren verschillen onderling in mate van vloeiendheid (intervariabiliteit)
Kern stotteren
- Verlenging klank
o Vvvvvvvandaag
- Blokkade
o B… bal
- Herhaling lettergreep of klank
o Va-va-va-vandaag, v-v-v-vandaag
- Hebben zelf geen gevoel van controle
o Weten zelf niet wanneer het zich voordoet en plots is het daar en dan weer weg
o Ze weten niet hoe het komt
PdS
- Stotteren niet altijd
- Variabel doorheen contexten + tijd
(A)TYPISCHE ONVLOEIENDHEDEN
Typisch
- Aarzelingen, herhaling lettergreep, herhaling van woorden, niet afgemaakte woorden,
interjecties + revisies
- Bij typische spraak ook soms ontspannen herhaling voor, vooral van woorden, soms
binnen woord
o 7-10% van uitingen
o Ontspannen = ze vechten er niet tegen
Atypisch
- Blokkades, verlengingen, veelvuldige herhaling lettergreep, herhaling klankniveau
Stotteren
- Meer binnen woorden (klank of letter niveau) dan tussen woord herhaling
(A)TYPISCHE HERHALINGEN
Herhaling binnen woord met hoge frequenties = atypisch
Herhaling op klankniveau meestal atypisch
Herhaling woord/zinsdeel = niet perse stotteren
- Kan tactiek zijn om niet te stotteren
Filled pauses = niet stotteren
- Gebruiken om stotteren te ontwijken of uitstellen om niet te moeten stotteren
TYPISCHE ONVLOEIENDHEDEN (1.5-6 jaar)
- Gemiddelde freq onvloeiendheden = 7-10%
- Typisch 1 of 2 units per herhaling of interjectie
o Vb: ke-kermis
o Interjectie Vb : weet je, weet je
- Vooral herhalingen, interjecties + herzieningen
- Afnemende freq van deelwoordherhalingen met ouder worden
o Vb: gi-gisteren
- Geen tekenen van bewustzijn van stotteren of frustratie
BORDERLINE STOTTEREN (1,5-6jaar)
- Meer dan 10% onvloeiendheden
- Dikwijls meer dan 2 units per herhaling
- Deelwoord herhalingen, 1 lettergrepige herhalingen + klankverlengingen domineren
- Onvloeiendheden zijn nog niet gespannen
- Weinig tekens van frustratie
- Ten minste 3 binnen-woord onvloeiendheden per 100 syllaben = at risk voor stotteren
3
, ONTWIKKELINGSSTOTTEREN
Wanneer wordt afwijkende vloeiendheid atypisch?
- Vanaf welke mate van afwijkende vloeiendheid kunnen we spreken over stotteren?
- Normale fase in spraak- en taalverwerving?
- Taalprobleem vs stotteren
DSM-IV naar DSM-V
- Stotteren = kindertijd onset vlotheidsstoornis
- Verwijdering typisch onvloeiendheden als kernsymptoom
- Angst + vermijding erbij
o Erkenning comorbiditeit
Kern stotteren
Secundair gedrag
- Kan zich op verschillende manieren uiten
o Spanning nek, ogen dichtknijpen, ogen naar boven rollen,…
= reactie op stotteren
- Vermijden sommige voelen aan dat ze zullen stotteren op een woord
o Deze woorden vermijden
o Kan zover gaan dat ze minder spreken of niet meer
- Uitstellen = uitstellen dat je het woord moet uitspreken
- Startgedrag = iets voor je plaatsen om vlot gestart te raken (keelklank, zuchten,…)
Psycho-sociale aspecten
- Cognities
- Emoties
INSIDER PERSPECTIEF
Stotteren altijd benaderd vanuit buitenperspectief
- Je stottert zelf niet en dan hier onderzoek naar doen ofzo
- We benaderen hoe wij het als niet stotteraars ervaren
Insider perspectief
- “wat is stotteren voor jou?”, naïef perspectief naar beleving
- Meta-analyse 17 studies
o Vermijding wordt gebruikt om stotteren te beheersen
o Stotteren vormt de eigen identiteit
o Stotteren heeft negatieve impact op relaties
o Stotteren heeft negatieve impact op beroepskansen
o Stotteren leidt tot negatieve reacties
- Wat wil je als resultaat van therapie?
o Zichzelf kunnen zijn, minder vermijden, relaties durven aangaan
o NIKS met de herhalingen enzo te maken
FENOMENEN BIJ ONTWIKKELINGSSTOTTEREN
Ook vloeiende spraak aanwezig
Adaptatie
- Je laat iemand een tekst luidop lezen en dit 3x na elkaar elke keer meer vloeiend lezen
Consistentie
- Als je de tekst opnieuw leest, stottert die vaak op dezelfde woorden
- Minder woorden naarmate meer lezen
Loci
- Specifieke plekken waar mensen stotteren
- Anders voor kinderen en volwassenen
Positieve invloed op stotteren
- Zingen
- Luidop in koor lezen
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lisehuysmans. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.