Samenvatting Onderzoeksmethodologie 2022-2023
1) Introductie
Zoals Alfred Hitchcock ons zei: “The three most vital elements in any good film are the script, the
script, the script.”
Onderzoeksmethodologie biedt ons een reeks regels en procedures om onderzoek te ontwerpen en
te evalueren op de betrouwbaarheid en geldigheid ervan.
Bedrijfsonderzoek verwijst naar "academisch onderzoek over onderwerpen met betrekking tot
vragen die relevant zijn voor het gebied van bedrijfsleven en management en een sociaal-
wetenschappelijke oriëntatie hebben."
Zelf onderzoek doen: Het is de moeite waard om jezelf veel tijd te geven
- Begin na te denken over onderwerpen die u zouden kunnen interesseren en die u een
onderzoekbaar gebied zouden kunnen opleveren.
- Dit kan aanvoelen als een weinig productief proces waarin een aantal valse starts of
koerswijzigingen worden gemaakt
- De tijd nemen om verschillende wegen te verkennen kan echter problemen in een veel later
stadium voorkomen
Voor een goed wetenschappelijk onderzoek is het noodzakelijk dat je focus op één ding, en niet op
veel verschillende onderwerpen (wees een egel, niet een vos)
Aspecten waar we rekening mee moeten houden bij een sociaal onderzoek
- Praktische overwegingen: Maken niet uit in het onderzoek dat wij gaan voeren
Zaken die hier in zitten zijn tijd, budget, ethiek, wetten en financiën
- Estimologie
- Ontologie
- Theorie
- Waarden
1.1) Bias
Bias kan altijd gecreëerd worden in onderzoeken. Het is dan ook belangrijk dat dit zo veel mogelijk
vermeden of opgelost wordt.
Het is gemakkelijker vooroordelen te creëren dan ze te weerleggen
In de cursus komen verschillende bias boxes voor. Deze gaan per onderdeel vermeld worden.
Elk onderzoek heeft nog bias-fouten maar het doel is om er zo weinig mogelijk te hebben
De fouten die bij de eerste stap worden gemaakt, gaan helemaal mee tot aan het einde van het
project (ze zijn cumulatief)
1
,1.2) Onderzoeksstrategie
Onderzoek is het fundament waarop elke solide wetenschap moet worden gebouwd. Het creëert een
georganiseerde en gestructureerde manier om kennis te vergaren over een bepaald "systeem"
Algemeen bestaat een onderzoek uit vier stadia:
1. Design: Dit is een zeer belangrijke fase, het is de fundamentele basis waarop je je onderzoek gaat
uitvoeren
We kunnen een onderzoek beschrijven aan de hand van een ‘onderzoeksschildpad’
Op een gegeven moment moet je afbakenen wat er in je onderzoek komt: Je moet ‘er een schild
over leggen’
2. Data verzameling
3. Data-analyse
4. Rapport
Deze stadia kunnen zeker wel overlappen, en in elk van hen kan er bias worden gecreëerd. Een bias-
vrij onderzoek is (bijna) onmogelijk om te voeren
2) Turtle template
2
,3) Turtle head: Onderzoeksoriëntatie en -strategie
Het hoofd van de schildpad is de richting waarin je gaat met je onderzoek
3.1) Onderzoeksstrategie
Onderzoeksstrategie = De algemene aanpak van een onderzoek, met de fysiek- sociale assumpties
Er zijn 4 paradigma, die elks worden gezien als een continuüm, moeten in rekening gebracht worden
Ontologie: Wat is de werkelijkheid? (Objectivisme ↔ Constructionisme)
Epistemologie: Hoe kunnen we de werkelijkheid kennen? (Positivisme ↔ Interpretivisme)
Theorie in relatie tot onderzoek? (Deductief ↔ Inductief)
Methodologie: Hoe komen we erachter? (Kwantitatief ↔ Kwalitatief)
3.1.1) Ontologie en epistemologie
Ontologie = de aard van de realiteit
Sociale werkelijkheid kan zowel objectief als constructief zijn
Objectief: Sociale werkelijkheid bestaat los van de sociale personen of observatoren
Iedereen heeft deze sociale werkelijkheid, je moet ze als onderzoeker gewoon kunnen capteren
Iedereen heeft een idee wat bv. sociale werkelijkheid is
Constuctief: Sociale werkelijkheid wordt ALTIJD (doorlopend) gecreëerd en veranderd door
mensen en door de betekenissen die sociale actoren er aan geven
Bv. Je mist een feestje -> deze sociale werkelijkheid heb je gemist, Vragenlijst naar studenten
sturen zonder dat je ze persoonlijk kent
Epistemologie = kennis creëren, de aard van kennis
De twee uitersten van dit paradigma zijn positivisme en interpretivisme
Positivisme: Kennis wordt gecreëerd door de wetenschap, de toepassing van de natuurlijke
wetenschappen (fysica, wiskunde, biologie, …) en metingen
Heel extreme visie (fenomenalisme): Als je het niet kan meten, dan bestaat het niet
Interpretivisme: Minder kijken naar alle wetenschappelijke metingen enz. maar meer naar de
dingen die zich in u leven afspelen, waar je woont, wat je doet, …
Auto-etnografisch is hier de extreme versie
Dit is een heel belangrijk onderscheid
De twee paradigma kunnen gecombineerd worden:
Objectivisme hoort vaak bij positivisme en
constructionisme hoort vaak bij interpretivisme
Realisme: Kritisch realisme
- Structuren identificeren die gebeurtenissen en discours genereren
- Structuren zijn niet spontaan zichtbaar in de waarnemingen, ze kunnen alleen worden
geïdentificeerd door het praktische en theoretische werk
3
, 3.1.2) Theorie in relatie tot onderzoek
Theorieën worden vaak gezien als verklaringen voor sociale fenomenen die kunnen worden
bestudeerd met behulp van diverse empirische gegevens
Theorie kan ook verwijzen naar de achtergrondliteratuur die de onderzoeker gebruikt om een
fenomeen te bestuderen
Er zijn drie perspectieven die we kunnen gebruiken voor
theorie:
Deductie: Er is een theorie, daar halen we de onderzoeksvraag uit. Hier halen we een hypothese uit,
die we dan gaan testen en onderzoeken
Deze benadering wordt vaak aangeduid als theorie-toetsing. Het proces gaat als volgt:
1. Theorie
2. Hypothese
3. Gegevensverzameling
4. Bevindingen
5. Hypothesen bevestigd of verworpen
6. Herziening van de theorie
7. d
b afleiden uit a, alleen wanneer b een formeel logisch gevolg is van a
Inductie: De theorie is het resultaat van onderzoek. Men gaat hier zelf een theorie construeren
Het wordt daarom vaak een theorie-ontwikkelende benadering genoemd. Het proces gaat als volgt:
1. Informatie verzamelen
2. Vragen stellen
3. Categorieën vormen
4. Zoeken naar patronen
5. Theorie ontwikkelen
6. Theorie vergelijken
d
b afleiden uit a, waarbij b niet noodzakelijk volgt uit a. a kan ons zeer goede redenen geven om b
te aanvaarden, maar garandeert b niet.
Aductief: Wordt gebruikt om theorieën te ontwikkelen over heel de wereld. Onderzoekers proberen
de eenvoudigste en meest waarschijnlijke verklaring te vinden van de waarnemingen
Voorbeeld: Gras is nat; als het regent, wordt het gras nat; dus heeft het geregend. Maar er zijn ook
andere verklaringen mogelijk
Afleiden van a als verklaring voor b
Meerdere mogelijke verklaringen voor b
Drie belangrijke figuren in de theorievorming:
- Herbert Simon: "De wetenschappen van het kunstmatige" (1969) “Bounded rationality”
Wij kunnen nooit helemaal aan één uiterste zitten, juist omdat onze rationaliteit beperkt is
- Karl Popper over empirische falsificatie: Een theorie in de empirische wetenschappen kan nooit
bewezen worden, maar wel gefalsificeerd (nulhypothese kunnen verwerpen)
- Kuhn (over Max Planck): "Een nieuwe wetenschappelijke waarheid triomfeert niet door haar
tegenstanders te overtuigen en hen het licht te doen zien, maar eerder omdat haar tegenstanders
uiteindelijk sterven, en er een nieuwe generatie opgroeit die ermee vertrouwd is."
4