Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Management en Logistiek - H1 t/m H7 €4,98   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Management en Logistiek - H1 t/m H7

1 vérifier
 66 vues  12 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting van H1 t/m H7 van het boek Management en Logistiek (3142). 3e druk door Roel Grit & Jan de Geus.

Aperçu 4 sur 39  pages

  • Non
  • Hoofdstuk 1 t/m 7
  • 21 mai 2023
  • 39
  • 2022/2023
  • Resume

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: sjtthonissen • 6 mois de cela

Traduit par Google

Great summary!

avatar-seller
Samenvatting management en logistiek
Noordhoff Uitgevers; Roel Grit & Jan de Geus; 3e druk




 HST 1.......7
 HST 2..........10
 HST 3.5
 HST 4.4
 HST 5.....5
 HST 6.........9
 HST 7...........11

,1.1 Organisatie
Een organisatie is een groep van mensen die samenwerkt om met behulp van middelen
activiteiten uit te voeren om afgesproken doelstellingen te bereiken. Een organisatie
voldoet aan twee kenmerken:

1. er is sprake van een samenwerking tussen mensen.
2. er is een gemeenschappelijk doel.

Het samenwerkingsverband, de organisatie, kan tijdelijk of permanent zijn. Als er sprake
is van een permanente samenwerking, dan heeft de organisatie nog een derde kenmerk:

3. het is de bedoeling de organisatie te laten voorbestaan.

Projectorganisaties
Een organisatie, een samenwerking, die tijdelijk van aard is noem je een
projectorganisatie. Het heeft een duidelijk begin- en eindpunt en een duidelijk
omschreven doel.

Permanente organisatie
Dit zijn samenwerkingsverbanden tussen mensen die doelgericht zijn en waarvan het de
bedoeling is dat ze blijven voortbestaan. Een organisatie die tot het doel hebben om
goederen of diensten op de markt te brengen  bedrijf. Een bedrijf met winstoogmerk 
onderneming.

Partijen en omgeving
De organisatie heeft invloed op haar omgeving, maar de partijen (stakeholders) uit de
omgeving oefenen op hun beurt ook invloed uit op de organisatie. De omgeving en
daarmee de partijen kun je onderverdelen in drie schillen:

1. Interne omgeving. De interne omgeving bestaat uit partijen die deel uitmaken van
de organisatie en die een direct belang bij de organisatie hebben (RvC,
aandeelhouders).
2. De taakomgeving. De taakomgeving bestaat uit die partijen die geen deel
uitmaken van de organisatie, maar waarmee het bedrijf direct te maken heeft
(leveranciers, vakbonden, omwonenden, concurrenten, milieuorganisaties).
3. De algemene omgeving. De algemene omgeving omvat de partijen en factoren die
van invloed zijn op de organisatie, maar die niet een directe relatie hebben met
het bedrijf. Deze factoren worden ook wel de DESTEMP-factoren genoemd.

Samenwerking tussen organisaties
Voor samenwerking kunnen verschillende motieven bestaan, bijvoorbeeld het:

o verminderen van de concurrentie.
o spreiden van risico’s.
o bundelen van specifieke kennis.
o verlagen van de kosten.

Een voorbeeld van het verlagen van de kosten is Supply Chain Management (SCM). Dit
betekent dat er steeds verdergaande samenwerking is tussen de opeenvolgende
schakels in de keten van oerproducent tot consument.

,1.2 Structuur
Structuur in organisaties
De organisatiestructuur geeft aan op welke wijze de taken binnen een organisatie zijn
verdeeld over verschillende afdelingen en op welke wijze de afstemming tussen deze
afdelingen plaatsvindt. Deze organisatiestructuur of formele organisatie geeft aan hoe
een organisatie zou moeten functioneren. Het is vastgelegd in functiebeschrijvingen en
procedures.

Processen in een organisatie
Een proces is een aaneenschakeling van activiteiten, in een bepaalde volgorde en met
een beoogd resultaat. VB: zoals inkoop, verkoop, productie en het werven van personeel.

Het primaire proces omvat de kernactiviteiten van de organisatie, dat zijn de activiteiten
waaraan de organisatie zijn bestaansrecht verleent.

Ondersteunende processen zijn de processen die het primaire proces mogelijk maken.
Ondersteunende afdelingen zijn meestal stafafdelingen, zoals systeembeheer, inkoop en
planning.

Besturingsprocessen worden uitgevoerd door het management van de organisatie en
zorgen er onder meer voor dat de andere processen op elkaar worden afgestemd. Ze
behoren niet tot het primaire proces.

Hiërarchie en arbeidsverdeling
De verticale arbeidsverdeling ontstaat door een scheiding tussen leiding (besturing) en
uitvoering van werkzaamheden over verschillende personen. Door verticale
arbeidsverdeling ontstaat er een hiërarchie (rangorde). Hoe groter de organisatie, hoe
meer hiërarchische lagen in de organisatie.

Het topmanagement is verantwoordelijk voor de algehele leiding van de organisatie.

Het lager management bestaat uit afdelingschefs die uitvoerende medewerkers
aansturen.

De Raad van Commissarissen (RvC) controleert – namens de aandeelhouders – het
topmanagement.

Bij horizontale arbeidsverdeling is er sprake van arbeidsverdeling op gelijk niveau 
afdelingsmanagers.

Functie, taak en rol
In het kader van verticale en horizontale arbeidsverdeling kun je drie belangrijke
begrippen onderscheiden:

1. Functie: het geheel van min of meer bij elkaar behorende taken die door een
medewerker moeten worden uitgevoerd. Deze taken, de werkzaamheden van een
medewerker, leg je vast in een functiebeschrijving.
2. Taak: is een onderdeel van een functie. Een taak beschrijft de activiteiten die
iemand in het kader van zijn functie mag en moet uitvoeren. Een procedure is een
beschrijving van de manier waarop een activiteit of proces moet worden
uitgevoerd. In een werkinstructie wordt vastgelegd hoe iets precies moet worden
uitgevoerd.
3. Rol: is datgene wat iemand wel doet en niet doet in zijn positie en functie. Een rol
gaat om verwachtingen die iemand heeft over het gedrag van een ander en de
manier waarop deze zijn functie wil invullen.

, Organisatiestructuur
Er kunnen verschillende organisatiestructuren worden onderscheiden:

o Lijnorganisatie. Kenmerkend voor de lijnorganisatie is dat er een strikte
hiërarchische verhouding bestaat tussen leidinggevende en ondergeschikte. Ieder
lid van de organisatie heeft slechts één leidinggevende, dit noem je eenheid van
gezag. Daarnaast is er eenheid van bevel, iedereen is via een keten van
leidinggevenden verbonden met de top van de hiërarchie.
o Lijn-staforganisatie. Dit is een organisatie waarbij de leidinggevenden worden
bijgestaan door lijnfunctionarissen. Deze medewerkers hebben specialistische
kennis en deskundigheid.
o Matrixorganisatie. Een matrixorganisatie wordt vooral toegepast bij tijdelijke
samenwerkingsverbanden en projecten binnen een grote organisatie.



1.3 Cultuur
Informele organisatie
De werkelijkheid is vaak anders dan de formele organisatie en wordt de informele
organisatie genoemd. In elke organisatie spelen zich immers onbedoelde en vaak
onbeheersbare processen af tussen mensen. Zie afbeelding als voorbeeld.




Verschillende organisatieculturen
De organisatiecultuur is de bindende kracht in een organisatie. Het gaat hierbij om
gemeenschappelijke normen, waarden, verwachtingen en doeleinden van de
medewerkers. Elke organisatie heeft haar eigen cultuur, die bestaat uit een verzameling
geschreven en ongeschreven regels. Een organisatie kan een formele cultuur (netjes
gekleed en sterke gezagsverhouding) of een meer informele cultuur (formeel gedragen
als de situatie erom vraagt) hebben.

Een ander belangrijk aspect van een organisatiecultuur is de veranderingsgezindheid van
de organisatie.

De cultuur van een bedrijf kun je volgens Handy indelen in vier hoofdtypen:

- Machtscultuur. In een machtscultuur draait de organisatie om één leider, vaak
de oprichter of eigenaar van het bedrijf  vaak kleine en beginnende bedrijven. Er
zijn weinig regels, het individu is belangrijk en de medewerkers zijn zelfbewust.
- Rolcultuur. In een rolcultuur streven de medewerkers naar zekerheid. Deze
zekerheid vinden ze in regels, afspraken en hiërarchie. Rol en status belangrijker
dan prestaties.  bureaucratische organisaties.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ormstudie. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,98. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

83750 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,98  12x  vendu
  • (1)
  Ajouter