Dit document omvat alle lessen van het vak macro-economie. Hiernaast vind je op het einde van het document een aantal oefeningen die ook in de lessen aan bod zijn gekomen
Micro = hoe individuele bedrijven beslissingen nemen (i.e. bedrijven en consumenten)
Meso = op sector-niveau (bv. de industrie, het onderwijs)
Macro = hoe al deze beslissingen van individuele mensen samenkomen en dé economie vormen
Mankiw & Taylor: “macroeconomics is the study of economy-wide phenomena”, including
inflation, unemployment and economic growth.
Macro-economie bestudeert hoe alle economische beslissingen die individuele
bedrijven/consumenten/spaarders/werkgevers/ werknemers maken samenkomen en het
economische systeem vormen. Vb.: inflatie, werkloosheid, economische groei van een land,…
Meestal op het niveau van een land of regio.
2 grote stromingen:
Lange termijn vragen vb.: groei van landen waarom landen zo rijk zijn en andere zo arm
Korte termijn bv. conjunctuur, inflatie, werkloosheid
Artikel: België ontsnapt aan recessie
Recessie is macro-economisch fenomeen dat eerder op korte termijn is
Wat is het nut van macro-economie?
Leerdoelen:
- Macro-economische concepten als BBP, groei, inflatie en werkloosheid kennen en weten hoe
deze berekend worden
- Cijfers kunnen opzoeken omtrent deze macro-economische concepten kunnen opzoeken en
interpreteren
Nut voor toekomstige bedrijfseconomen:
Berichtgeving over macro-economische situatie kunnen volgen en begrijpen wat dit
mogelijks betekend voor individuele bedrijven en consumenten
Bv. de impact van een recessie op verkoop
Bv. de impact van inflatie op kosten
Controverse:
, Macro-economen zijn goed in het verklaren van het verleden maar niet goed in het
voorspellen van de toekomst
Vb.: artikels: dan toch geen recessie voorspeld, waarom economen de inflatie niet zagen
aankomen
Hoe komt dat? Macro-economie is een sociale wetenschap bestudeert mensen mensen
zijn onvoorspelbaar
Mensen leven in een wereld waarin deze mensen leven en beslissingen maken verandert
Verschillende economische stromingen hebben verschillende vertrekpunten
een econoom in 1830 gaat niet hetzelfde idee hebben als iemand in 2011
dus economen beïnvloed door de tijd, periode waarin ze leefden en hebben hun eigen
ideologie
Economische stromingen
Grondlegger economie = Adam Smith
Nog geen sprake van “Economie” of opsplitsing micro & macro
Hield zich wel bezig met macro-economische vragen: Waarom zijn sommige landen arm en
andere rijk?
Economische groei (grote vraag van de economische groei)
De industriële revolutie
2 tegenovergestelde stromingen:
Marxisme
Kapitalisme is de oorzaak van economische crisissen en de extreme armoede
Oostenrijkse school
De markt werkt perfect in een markttransactie winnen alle partijen
de enige reden waarom er bv werkloosheid is, is door vakbonden die de lonen artificieel
hoog houden, moesten die vakbonden er niet zijn zou iedereen betaald worden waarin hij/zij
productief waard is en zou iedereen beter af zijn
De crisis van de jaren ’30 (massale werkloosheid)
John Maynard Keynes
Econoom die op dat moment werkte voor de Britse overheid
Deze niveaus van werkloosheid kan niet enkel en alleen verklaard worden door vakbonden
die het moeilijk maken, dit is een bewijs dat markten niet automatisch voor iedereen dat wilt
werken een job heeft
Hij zegt dat door deze werkloosheid er een risico is om een vicieuze cirkel te hebben: mensen
zijn werkloos en hebben geen inkomen, kunnen dus ook geen goederen en diensten kopen
waardoor dat de vraag naar goederen en diensten voor bedrijven gaan dalen, die bedrijven
gaan genoodzaakt zijn om mensen te gaan ontslaan, meer mensen die werkloos zijn enz…
Oplossing volgens Keynes om uit vicieuze cirkel te geraken: De overheid die de economische
vraag moet aanzwengelen, dus de overheid moet zelf producten en diensten gaan aankopen
zodat er mensen tewerkgesteld gaan worden
Vb.: overheid moet zelf in tijden van crisis nieuwe wegen aanbouwen, …
Wordt gezien als grondlegger van de macro-economie en economisch beleid
, eerste die zegt dat al die micro-economische beslissingen samen vormen geen perfect
harmonisch geheel, er bestaat een macro-economie waar zaken niet uit zichzelf op zijn plaats
komen
Ook eerste die pleit voor een macro-economisch beleid van overheden
Volgelingen worden “Cambridge School” genoemd
Jaren ’70 = stagflatie (= werkloosheid en inflatie op dezelfde moment toenemen)
Niet te rijmen met ideeën Keynes
want Keynes zegt: werkloosheid komt omdat er minder vraag is, maar als er minder vraag is
dan kan er ook nooit inflatie zijn (inflatie is wanneer vraag groter is dan het aanbod en dat de
prijzen stijgen) Keynes had hier geen verklaring voor
Opkomst monetarisme
nieuwe economische stroom
zeggen dat de hoofdoorzaak van inflatie niet zozeer de vraag is, maar wel het feit dat er te
veel geld in omloop is in de economie
de centrale bank heeft te veel geld gecreëerd heeft en daardoor de werkelijke waarde van
zaken veranderd heeft, maar hoeveel mensen willen betalen voor iets niet veranderd
Geldhoeveelheid bepaald inflatie
Binnen monetarisme 2 stromingen
Chicago school
Friedman
anti alle dingen dat Keynes hiervoor zei
voornamelijk gelinkt aan het neo-liberalisme en stellen dat de overheid absoluut niet mag
tussen komen in markten, het feit dat de centrale bank te veel geld in de economie gepompt
heeft is de aanleiding geweest tot de stagflatie van de jaren 70
Nieuw Keynesiaanse school
geloven ook in het idee dat de inflatie veroorzaakt wordt door te veel geld in omloop maar
terzelfdertijd zeggen ze ook dat de markt uit zichzelf niet perfect zijn (vb. als prijzen stijgen
loon ook maar je krijgt dat nooit meer naar beneden)
want in een perfect werkende markt als de inflatie weer daalt, moeten de lonen ook weer
dalen
mensen zouden dit niet aanvaarden, dus sticky wages overheidsinterventies nodig om ervoor
te zorgen dat die markten gecorrigeerd worden op de momenten dat die niet perfect werken
Na de crisis van 2008 nieuwe theorieën
>10 jaar lage groei en lage inflatie (ondanks dat de centrale banken gigantisch hoeveelheid geld
in het economische systeem gepompt hebben)
Moderne monetaire theorie
als je een land bent met een sterke munt (vb.: euro) kan je eigenlijk geld bij printen zoveel als
je wilt en dan gaat dat niet direct tot inflatie leiden want er zijn altijd genoeg landen die toch
uw dollar of uw euro gaan kopen als reservemunt
Hevig bekritiseerd
Sinds 2021 terug hoge inflatie
, Theorie en empirie
Binnen economie ook theorie en empirie
verwachtingen van hoe de economie zich gaat gedragen (theorie) deze aftoetsen met de
realiteit (empirie)
tegenspreken nieuwe thoerie
Macro-economie voor bedrijfskunde
Tijdens dit semester
Basisconcepten van de macro-economie
Verschillende macro-economische theorieën begrijpen
Macro-economische berichtgeving volgen
Macro-economische theorieën staven met eenvoudige empirische voorbeelden
Module 2: BBP & Inflatie
De Macro-Economische kringloop
Alle consumptie-beslissingen van huishoudens en productie-beslissingen van bedrijven komen
samen in de economische kringloop
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jannesomers. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €11,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.