Sociaal Werk 2022-2023
Pedagogiek van de voorschoolse voorzieningen
Les 1: Openingscollege
0.1 Gastspreker Evita Willeart
Evita is schepen voor onderwijs, opvoeding, gezinsbeleid en outreachend werk in Gent (sinds een jaar
geleden). Ze bespreekt 3 stellingen:
Stelling 1: Er is geen betere plek om op te groeien dan in de stad.
Dit is een positieve kijken maar we mogen niet naïef zijn want er zijn heel wat uitdagingen waar de stad
voor staat. Een uitdaging is de ‘stadsvlucht’. Elk jaar verlaat een bus vol kinderen de stad om nooit meer
terug te keren. Uit cijfers blijkt dat Gent blijft groeien qua inwoners ookal verlaten er ook wat Gentenaren
de stad (bv als kinderen leren wandelen – meer ruimte nodig). Op lange termijn is het belangrijk om de
gezinnen met jonge kinderen te behouden. Gent wil niet enkel vergrijzing zien maar ook vergroening. Het
beeld van een stad is niet altijd rooskleurig (de kansen die een stad biedt). Maar er is in Vlaanderen een
anti-grootstedelijk beleid gevoerd, mensen worden gemotiveerd om buiten de stad te gaan wonen.
Ouders denken dat de stad geen goeie plaats is voor hun kinderen om op te groeien door het gebrek aan
ruimte en door de luchtvervuiling. Gent heeft ook een gigantisch aanbod aan onderwijs en buitenschoolse
activiteiten.
Nood aan een moedig beleid
o In Gent doet men dit door het invoeren van een lage emissiezone, meer wandelgebieden,
openbaar vervoer
o Ook inzake wonen: betaalbaarheid van de woningen zijn heel hoog, veel kotstudenten
blijven plakken (getrificatie), inzetten op huurwoningen voor de hoogstnodige, inzetten op
isolatie/renovatie. Fenomeen dat mensen (met kind) een huis willen met een kleine tuin.
Nieuwe vormen van wonen: hospitaal wonen, co-housing…
Beleid rond samenleven (veel uitdagingen)
o Vroegtijdig schoolverlaten zonder diploma
o Armoede (1/5 leeft in armoede)
o Dakloosheid (acties zoals geen kind op staat, betaalbaar wonen)
o Racisme & onverdraagzaamheid
Stelling 2: Sterke scholen die hebben een sterke stad nodig en omgekeerd.
We hebben sterke scholen nodig om spiralen van armoede te doorbreken (het duurt soms 4 generaties
vooraleer men uit armoede geraakt). De scholen in de steden hebben een sterk netwerk rond de scholen
nodig. Scholen kunnen het niet alleen zeker door de diversiteit aan de situaties. Het is belangrijk dat er
partnerschap is tussen scholen en de stad. In Gent zijn er veel laagdrempelige organisaties bv
wijkwandelingen voor leerkrachten (handig voor leerkrachten die buiten de stad wonen) zodat men kan
doorverwijzen in de stad. Een sterke stad heeft ook crèches nodig. Veilig en positief klasklimaat creëren.
Kinderen eerst (project)
o Moeilijk leren met een lege maag (lege brooddozen)
o OCMW komt naar school
Inzetten op brugfiguren & brede school
o Mensen die verbonden zijn aan een school en de brug slaan tussen de school en de ouders
o Brede school: projecten binnen en buiten school voor cultureel kapitaal te vergroten
Inzetten op een veilig en positief klasklimaat
o De leerlingen durven laten spreken en niet bang zijn om fouten te maken
1
, Sociaal Werk 2022-2023
o Materiaal in de talen van de leerlingen voorzien in de klas
o Interactie in andere talen toestaan
o De thuistaal actief verbinden met het Nederlands
o Leerstof duidelijk uitleggen in het Nederlands
Stelling 3: De stad is een kansenfabriek, een plaats waar mensen naartoe komen om vooruit te gaan op
de sociale ladder. Onderwijs, kinderopvang, gezinsbeleid… zijn sleutels om van de stad een
kansenfabriek te maken voor iedereen die er woont.
Een stad is geen dorp. Men moet nabijheid, sociale controle, hulp… bieden. Ook in een stad moet er
zichtbaarheid zijn.
0.2 Gastspreker Celia Groothedde
Celia Groothedde spreekt over de kinderopvang. De kinderen bij ons brengen heel veel tijd doorbrengen
in de kinderopvang. De opvang is relatief goedkoop ten aanzien van andere gemeenschappen.
“Werk en gezin kunnen combineren”. We streven naar een stoel voor elk kind. De kinderopvang wordt in
de werkelijkheid heel erg versmald: het gaat over werk en gezin, voldoende, betaalbaar en toegankelijke
opvang. Er wordt enorm gefocust op extra plekken voor kinderopvang én de nadruk wordt gelegd op
voorrang voor werkende ouders. Als je mensen aan het werk wilt krijgen is dat heel moeilijk met een kind
op de schoot. Het is bijna onmogelijk om uw leven op orde te krijgen als je in een precaire situatie leeft
(klein leefloon) én voor een klein kind moet zorgen. Daarom is het onlogisch om te zeggen dat
kinderopvang voorrang verleend aan werkende ouders.
“Hoe zien jullie als beleidsmensen het idee dat kinderopvang op Vlaams niveau een onderdeel van
onderwijs zou worden?”
Dat is een heel tweesnijdend zwaard. Onder onderwijs kan het ervoor zorgen dat binnen het
onderwijs de nadruk op de pedagogische kwaliteit verhoogt. De grote nadruk op het pedagogische
is goed maar zorg is een kwaliteit die ondergewaardeerd is maar toch heel belangrijk is.
Voor- en nadelen aan dat idee.
2
, Sociaal Werk 2022-2023
Les 2: Organisatie van de voorschoolse voorzieningen p277-318
- Voorschoolse voorzieningen
Wat zijn voorschoolse voorzieningen? Het zijn instanties die zorg en educatie opnemen van 0
tot de start van de leerplichtonderwijs. Voorschoolse voorzieningen dienen als basis voor leren
en ontwikkelen (gebaseerd op kwaliteit). Er bestaat niet zoals als dé voorschoolse
voorzieningen.
- Kinderopvang (groepscommandant en gezinsopvang)
- Kleuteronderwijs (basisonderwijs)
Early Childhood Care and Education”, met andere woorden deze voorzieningen hebben alles
te maken rond opvoeding en onderwijs voorafgaand de leerplicht.
In België is er sprake van een “split system”.
- Split vs geïntegreerd systeem p298
Er zijn twee manieren om ECEC te organiseren (European Commission). We hebben splitsystemen en
geïntegreerde systemen.
- Splitsystemen voor jongere en oudere kinderen met (institutionele) split rond 3 jaar (België,
Nederland, slovakije, UK, Zwitserland)
- Geïntegreerde systemen voor de hele groep kinderen (0 – 6) met aandacht voor zorg en educatie
(Kroatië, Slovenië, Finland, Ijsland, Noorwegen)
KINDEROPVANG KLEUTERSCHOOL
Leeftijd 0 tot 2,5/3 jaar 3 tot 5/6 jaar
Bevoegdheid Welzijn Onderwijs
Minister: Crevits Minister: Ben Weyts
Aanwezigheid 50 à 60% kinderen Bijna 100% kinderen
Toegankelijkheid Plaats tekort; wachtlijsten Bijna behoeftedekkend
Kwalificatie 7de jaar beroepsonderwijs Bachelorsdiploma
9 kinderen per x-aantal kinderen per persoon
persoon (1/9) (1/?)
Per wet Niet per wet bepaald maar
bepaald door school zelf
2.1 Problemen van splitsystemen:
1. Abrupte transities voor kinderen
2. Lage kwalificaties
o Kwaliteit? Stimulerende omgeving? Hoog gekwalificeerde medewerkers dragen bij aan de
kwaliteit bv goede leeromgeving creeëren.
o Slechte werkomstandigheden. Slechte werkomstandigheden kunnen zorgen voor lage
kwalificaties, weinig doorgroeimogelijkheden.
o Weinig doorgroeimogelijkheden
o Inzetten op hoger gekwalificeerde medewerkers (Denemarken, Nederland, Finland). Er is wel
meer interesse in die hoge kwalificaties. In Vlaanderen worden er meer coaches ingezet in de
kinderopvang – kinderen en begeleiders ondersteunen maar ook in interactie gaan met hen
3
, Sociaal Werk 2022-2023
3. Aparte zorg- en educatiefocus afhankelijk van leeftijd
o ‘zorg’ lijkt voorbehouden voor de jongste kinderen én uitgevoerd door minder gekwalificeerde
professionals?
o ‘leren’ zou pas plaatsvinden vanaf 2,5 jaar
4. Lage toegankelijkheid van zorgvoorzieningen
5. Plaatsgebrek
6. Verschoolsing van het kleuteronderwijs
o Het wordt te schools. De nadruk komt te liggen op bepaalde vaardigheden (het leren) ipv het
speelse aspect.
2.1.1 Problemen voor peuters
Men wilt inzetten op kwaliteit voor peuters (op vlak van het
educatieve en emotionele aspect)
Emotionele: in welke mate is er aandacht voor de noden van de
kinderen (fysieke). In welke mate gaat de begeleider er op in als
het kind hongeren heeft.
Educatieve: Bieden van leerkansen
Wat kunnen we afleiden?
Blauw: educatieve ondersteuning
Oranje: emotionele ondersteuning
Op jonge leeftijd meer aandacht voor emotionele ondersteuning in plaats van het educatieve. De
educatieve ondersteuning is niet goed, onvoldoende voor peuters in de kinderopvang.
2.1.2 Problemen voor kleuters
1. Betekenisvolle interacties; kwaliteit en interactie zijn belangrijk voor ontwikkeling en leren
Betekenisvolle interacties in een klas (tussen kinderen en kinderen + begeleiders). Het is ook een
maatstaf voor kwaliteit, zorgt dat kinderen gaan leren.
2. Kwaliteit en kwantiteit van talige interacties
We stellen ons een aantal vragen bij deze talige interacties:
- Zijn vragen mogelijk?
- Thuistaal benutten? Enorm belangrijk en heeft veel voordelen
- Leerkransen?
We merken ook dat er in de kinderopvang veel bevelende taal wordt gebruikt, zoals ‘doe je jas aan’ of
‘doe je schoenen aan’ omdat de kinderen moeten meedraaien binnen de structuren.
3. Kinderen moeten verbaal sterk zijn om taalrijke interacties ‘op te eisen’
In de kinderopvang merken we dat er heel wat drukke momenten zijn waar de kinderen bezig zijn.
- Kinderen moeten verbaal al heel sterk zijn om in interactie te gaan(moeilijk door de drukke
momenten)
- Kinderen die net meer nood hebben aan die interactie, zijn vaak minder taalvaardig en
krijgen/hebben vaak de kans niet om in die interactie te gaan.
4