Gerechtelijk recht
DEEL I: ALGEMENE BEGINSELEN
TITEL I: WEZEN EN FUNCTIE VAN HET GERECHTELIJK RECHT
HOOFDSTUK 1: BEGRIPSOMSCHRIJVING
Gerechtelijk recht is het geheel van rechtsregels die betrekking hebben op de effectuering van de materieelrechtelijke
aanspraken van de rechtssubjecten.
- > (burgerlijk) procesrecht: het proces en de procedure zijn slechts onderdelen van gerechtelijk recht, ook
rechtsvordering van de rechtssubjecten, de rechtsmacht en de bevoegdheid van de rechtbanken en hoven, het
geschil en het geding worden omvat door gerechtelijk recht
- > gerechtelijk privaatrecht: ook strafprocesrecht
- Nauwe band met materieel recht
HOOFDSTUK 2: BRONNEN
§1: Grondwet
- Art. 13 Gw. – recht op toegang tot de rechter
- Art. 23, 2° Gw. – recht op juridische bijstand
- Art. 40, 144-159 Gw. – rechterlijke macht
“De rechterlijke macht wordt uitgeoefend door de hoven en rechtbanken.
De arresten en vonnissen worden in naam des Konings ten uitvoer gelegd.”
§2: Verdragsrecht en recht van de Europese Unie
- Art. 6 EVRM en art. 14 BUPO – kwaliteitsvereisten inzake het gerechtelijk recht en algemene beginselen van
behoorlijke rechtspraak
- Verordening nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de
rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de ten uitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken
(= Brussel I bis Verordening)
- Verordening nr. 2201/2003 van de Raad van 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en
tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid
- Verordening nr. 1206/2001 van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de samenwerking tussen de gerechten van
de lidstaten op het gebied van bewijsverkrijging in burgerlijke en handelszaken
- Verordening (EG) nr. 1393/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 inzake de
betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of
in handelszaken
- Verdrag van den Haag 15 november 1965 inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van
gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken
- Verordening (EG) nr. 1896/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot invoering van
een Europese betalingsbevelprocedure
® vgl. Invordering van onbetwistbare geldschulden (art. 1394/20 Ger.W.)
- Verordening (EG) nr. 861/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007 tot vaststelling van een
Europese procedure voor geringe vorderingen
1
,§3: Gerechtelijk wetboek
– Wet 10 oktober 1967, in werking 1 november 1970 – invoering Gerechtelijk Wetboek
® Ontwerp van Charles van Reepinghen, Koninklijke commissaris voor de gerechtelijke hervorming (opgevolgd
door Ernst Krings)
® Maakte een einde aan de rechtsbron bij uitstek van het civiel procesrecht: de sleur en de slenter in het
gerechtsgebouw.
® Betrachtingen:
o Modernisering van een drie eeuwen oud procesrecht (Ordonnance Civile 1667; Code de procedure
civile 1806; Wet Rechterlijke Organisatie 1869; Wet Bevoegdheid 1876)
o Bekomen van een eenheid van rechtsmacht
® cfr. nu eenheidsloket of centrale inleidingskamer
o Bekomen van een eenheid van rechtspleging
o Vereenvoudiging en versnelling van rechtspleging
® bv. afschaffing van verplichte kennisgeving bij gerechtsbrief; minder formalisme (bv. verminderen van
vormvereisten en minder streng sanctioneren bij schending); wijziging van eis; beslagprocedure;
verwijnen pleitbezorgers
® Amendering in het parlement (o.m. arrondissementen rechtbank)
– Latere aanvullingen:
o Arbitragewet 4 juli 1972 (Deel VI)
o Nieuwe wet op de bemiddeling 25 februari 2005 (Deel VII)
o Collaboratieve onderhandelingen (wet 12 juni 2018, inwerkinggetreden op 1 jan. 2019)
– Verwaarlozing 1970 – 1995:
o Wet van 3 augustus 1992 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek
- Nadien talrijke wetswijzigingen:
o Octupuswetgeving met HRJ – 7 december 1998
o Adviesraad magistratuur – 8 maart 1999
o Derde weg magistratuur – 7 april 2005
o Coll. schuldenregeling – 13 december 2005
o Rechtsbijstand – 1 juli 2006
o Commissie modernisering – 20 juli 2006
o Feniks – 2005-2006 later CHEOPS Justitie, JUPORTAL (databank rechtspraak), e-Deposit: vorige minister
van Justitie besteedde dit deels uit (Diplad)
o Evaluatie korpschefs – 18 december 2006
o Instituut gerechtelijke opleiding – 31 januari 2007
- BELANGRIJKE RECENTE HERVORMING:
o Wet 21 april 2007 verhaalbaarheid erelonen advocaat + KB 26 oktober 2007
o Wet 26 april 2007 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op het bestrijden van de
gerechtelijke achterstand
o Wet 15 mei 2007 deskundigenonderzoek inmiddels “gerepareerd” door art. 20 – 32 van de Wet van 30
december 2009 houdende diverse bepalingen betreffende justitie II, BS 15 januari 2010, 1889
o Wet van 30 juli 2013 betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank
o Wet van 1 december 2013 tot hervorming van de gerechtelijke arrondissementen en tot wijziging van het
Gerechtelijk Wetboek met het oog op een grotere mobiliteit van de leden van de rechterlijke orde
® 12 nieuwe gerechtelijke arrondissementen, gerechtelijke arrondissementen vergroot, ondernemings-
en arbeidsrechtbanken worden georganiseerd op niveau van rechtsgebieden
2
,1. Gerechtelijk gebied Antwerpen 4. Gerechtelijk gebied Gent
a. Gerechtelijk arrondissement Antwerpen a. Gerechtelijk arrondissement Oost-Vlaanderen
i. Afdeling Antwerpen i. Afdeling Dendermonde
ii. Afdeling Mechelen ii. Afdeling Gent
iii. Afdeling Turnhout iii. Afdeling Oudenaarde
b. Gerechtelijk arrondissement Limburg b. Gerechtelijk arrondissement West-Vlaanderen
i. Afdeling Hasselt i. Afdeling Brugge
ii. Afdeling Tongeren ii. Afdeling Ieper
iii. Afdeling Kortrijk
2. Gerechtelijk gebied Bergen iv. Afdeling Veurne
a. Gerechtelijk arrondissement Henegouwen
i. Afdeling Bergen 5. Gerechtelijk gebied Luik:
ii. Afdeling Charleroi a. Gerechtelijk arrondissement Eupen
iii. Afdeling Doornik i. Afdeling Eupen
b. Gerechtelijk arrondissement Namen
3. Gerechtelijk gebied Brussel i. Afdeling Namen
a. Gerechtelijk arrondissement Brussel ii. Afdeling Dinant
i. Afdeling Brussel c. Gerechtelijk arrondissement Luik
ii. Afdeling Halle-Vilvoorde i. Afdeling Luik
b. Gerechtelijk arrondissement Leuven ii. Afdeling Hoei
i. Afdeling Leuven iii. Afdeling Verviers
c. Gerechtelijk arrondissement Waals-Brabant d. Gerechtelijk arrondissement Luxemburg
i. Afdeling Nijvel i. Afdeling Aarlen
ii. Afdeling Marche-en-Famenne
iii. Afdeling Neufchâteau
o Wet 26 maart 2004 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek en de wet van 2 augustus 2002 betreffende
de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties met het oog op de toekenning van
bevoegdheid aan de natuurlijke rechter in diverse materies, BS 22 mei 2014 (Wet natuurlijke rechter)
o Wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen betreffende Justitie
o Wet 8 mei 2014 houdende wijziging en coördinatie van diverse wetten inzake Justitie
- Potpourri I: Wet van 19 oktober 2015 houdende wijziging van het burgerlijk procesrecht en houdende diverse
bepalingen inzake justitie, BS 22 oktober 2015: “a reasonable justice, within reasonable delays at a reasonable
cost”
- Potpourri III: Wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse bepalingen inzake Justitie, BS 13 mei 2016
- Potpourri IV: Wet van 25 december 2016 tot wijziging van de rechtspositie van de gedetineerden en van het
toezicht op de gevangenissen en houdende diverse bepalingen inzake justitie, BS 30 december 2016
- Potpourri V: wet van 6 juli 2017 houdende vereenvoudiging, harmonisering, informatisering en modernisering
van bepalingen van burgerlijk recht en van burgerlijk procesrecht alsook van het notariaat, en houdende diverse
bepalingen inzake justitie
- Potpourri VI: Wet 25 mei 2018 tot vermindering en herverdeling van de werklast binnen de rechterlijke orde (BS
30 mei 2018)
- Waterzooiwet: Wet 18 juni 2018 houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog
op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing (BS 2 juli 2018)
- Potpourri VII: Wet 21 december 2018 houdende diverse bepalingen betreffende justitie (BS 31 december 2018)
- Knelpunten waren/blijven:
o Behoudsgezinde mentaliteit van rechtspractici
o Inertie van de rechtspractici bij de receptie van nieuwe wetteksten inzake gerechtelijk recht
o Geen moderne infrastructuur: maar e-justice krijgt vorm
3
, §4: Bijzondere wetteksten
– In het Burgerlijk Wetboek
® bv. “materie X wordt geregeld door de vrederechter”, zo staat de regeling voor huwelijksakten in het BW en
niet in het Ger.W.
– In het Wetboek van Economisch Recht (boeken XV-XVII Rechtshandhaving)
– Talrijke bijzondere wetten (Wet 15 juni 1935 gebruik der talen in gerechtszaken)
– Decreten
® Vlaamse decreetgever begeeft zich soms op het vlak van het Gerechtelijk Recht (wat normaal een federale
aangelegenheid is), bv. het Woninghuurdecreet (eigenlijk ‘copy & paste’, maar toch enkele zaken aangepast) – er
kwam een andere procedure op Vlaams vlak – GwH zegt dat decreetgever ook deze regels mag uitvoeren als er
een nauwe band met het materieel recht is
® GEVOLG: geen eenheid van rechtspleging – er gaan afwijkende regels komen in BW, WER, bijzondere wetten,
decreten, …
§5: Rechtspraak
– Hof van Cassatie: bijzonder gewichtig aandeel, omdat zijn arresten wezenlijk tot doel hebben de eenheid in de
rechtspraak, en daardoor de rechtsvrede, te verzekeren – echter enkel een gezaghebbende rechtsbron
® De rechters mogen in zaken die aan hun oordeel onderworpen zijn, geen uitspraak doen bij wege van algemene
en als regel geldende beschikking (art. 6 Ger.W.), er is geen bindend precedentenrecht in België
® Zijn uitspraak geldt enkel en alleen voor het geschil dat hem aanhangig wordt gemaakt en niet voor toekomstige
geschillen
® Oorspronkelijke invulling was een benadrukking van het principe van de scheiding der machten (“le juge est la
bouche de la loi”)
® Een rechter voldoet niet aan zijn motiveringsplicht als hij enkel verwijst naar rechtspraak, de hele redenering
moet overgedaan worden, toegepast worden op de feiten, het zijne maken en dan pas concluderen.
“Ik veroordeel partij A tot schuldbetaling op basis van arrest X omdat het vergelijkbaar is”
Je mag wel naar rechtspraak verwijzen, maar het mag niet je volledige redenering zijn
– Erkennen van algemene rechtsbeginselen:
o Algemeen rechtsbeginsel volgens hetwelk de partijen verplicht zijn mee te werken aan de bewijsvoering
o Autonomie van de procespartijen (beschikkingsbeginsel)
o Verbod van eigenrichting
o Onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechter
§6: Rechtsleer
– Ger.W. stimulans voor nieuw wetenschappelijk onderzoek inzake gerechtelijk recht
® bv. taak van de rechter, collectieve rechtsvordering (class action)
– Rechtsvergelijking met Nederland en Frankrijk
® bv. kort geding, contradictoir verzoekschrift, betekening van exploten, dwangsom (Benelux-wet)
HOOFDSTUK 3: KENMERKEN
§1: Nationaal karakter
– Het Gerechtelijk Wetboek regelt enkel hoe je toegang krijgt tot de Belgische rechtbanken en hoven in de Belgische
rechtsorde (maar des te meer ‘grenzeloos procederen’)
– Internationalisering van de rechtsbetrekkingen
– Europees procesrecht
o Bv. EEX (Europese Bevoegdheids- en Executieverdrag) en andere Europese verordeningen
o Verdragsautonome interpretatie Hof van Justitie te Luxemburg: bv. “gewoon rechtsmiddel” (in België zijn
een gewone rechtsmiddellen ‘verzet en hoger beroep’, voor het Hof van Justitie is ‘cassatie’ ook een
gewoon rechtsmiddel).
4