korte samenvatting scheikunde 5 havo hoofdstuk 7 - chemie overal
5 vues 0 fois vendu
Cours
Scheikunde
Type
HAVO
Book
Chemie overal 4h
hoe zit dat met die gekke zuren? en hoe wordt de H+ overgedragen? wat zijn meerwaardige zuren en hoe zit dat? wat is moraliteit, is dat niet gewoon mol?
zit je met veel vragen maar kom je er maar niet uit? gebruik deze korte samenvatting en dan Valle alle puzzelstukjes op zn plek!
samenvatting nodig van scheikunde? hierin staat alles voor jou op een rijtje
Tout pour ce livre (79)
École, étude et sujet
Lycée
HAVO
Scheikunde
5
Tous les documents sur ce sujet (890)
Vendeur
S'abonner
noemidemooij
Aperçu du contenu
Scheikunde smv H7 – 5H
pH: geeft in getalwaarde de zuurgraad van een oplossing aan van 0 tot 14 (foto1)
7.1
- Zuur = pH lager dan 7 hoe lager pH, hoe groter hoeveelheid zuur in oplossing
- Neutraal = pH gelijk aan 7
- Basisch = pH hoger dan 7 hoe hoger pH, hoe groter hoeveelheid base in oplossing
Indicatoren: stof waarmee je kunt bepalen of oplossing zuur, basisch, neutraal is.
1. Lakmoes(papier): onnauwkeurige indicator die alleen aangeeft of een oplossing zuur of
basisch is doordat de kleur bij een neutrale pH niet veranderd.
Rood lakmoes: basisch = kleurt blauw
Blauw lakmoes: zuur = kleurt rood
2. Universeel indicator papier: nauwkeurige indicator dat bestaat uit papier waarop een
mengsel van verschillende indicatoren is aangebracht. Je kan er de pH mee bepalen door
het in een oplossing te doen en te kijken met welke kleur van de ph schaal, de ontstane
kleur overeenkomt. Bij elke kleur staat een cijfer, dit is dan de pH.
3. Oplossingen van indicatoren: geven PH-gebied aan. De kleur van de indicatoroplossing
veranderd wanneer de oplossing erbij komt. In binas52A zie je welke kleur bij welke pH
hoort en hun:
Omslagtraject: het pH-gebied waarin de indicator van kleur veranderd en het de
oplossing een mengkleur geeft.
vb: oplossing van methylrood kleurt bij pH < 4,8 rood en bij pH > 6,0 geel.
Omslagtraject hier is van 4,8 tot 6,0 pH
7.2 Zuur: deeltje dat 1 of meer H+ kan afstaan
Zijn meestal moleculaire stoffen waarin H voorkomt
Geleid geen stroom (in vaste of gasvormige fase)
Het mengen van een zuur met water gebeurt dmv een oplosvergelijking waarin een
chemische reactie plaatsvindt: het zuur vormt H+ ionen en staat deze af aan het water.
Bij deze reactie ontstaan er ook negatieve ionen: zuurrestionen
Hoe hoger H+ concentratie = des te zuurder de oplossing
Zuur (l/s/g) H+ (aq) + zuurrestionen- (aq)
Geconcentreerd of verdunt = opgelost in water
Zure oplossing: is een zuur dat opgelost is in water. Kenmerken:
- Hebben een zuren smaak.
- Beinvloeden de kleur van zuur-base indicatoren (lakmoes)
- Geleiden elektrische stroom, omdat er altijd vrije elektronen aanwezig zijn: waterstofionen
- Hebben een pH-waarde lager dan 7
Sterke zuren: zuren die bij oplossen in water volledig splitsen in ionen: alle waterstofatomen
worden H+ ionen = volledig geïoniseerd
Oplossingen van sterke zuren bevatten dus alleen H+ ionen en zuurrestionen
Zwakke zuren: zuren waarvan bij oplossen in water maar een deel van de waterstofatomen
H+ ionen worden = gedeeltelijk geïoniseerd
oplossingen van zwakke zuren bevatten opgeloste zuurmoleculen, H+ ionen, zuurrestionen
Zie tabel 7.9 in boek voor formules zuren/oplossingen die je moet leren! (deel staat in binas)
7.3 Molariteit = M: De verhouding tussen het aantal mol opgeloste stof en het volume van de
oplossing waarin deze hoeveelheid zit. Dit kan zijn tussen:
1. Aantal mol opgeloste stof in een liter oplossing
2. Aantal mmol opgeloste stof in een mL oplossing.
Dit kan je vergelijken met limonade: siroop en water. En het effect
Eenheid: mol L-1 / mmol mL-1 = dit aantal mol opgeloste stof zit in 1 L oplossing. / = -
Formule: molariteit = Hoeveelheid opgeloste stof (mol) = [A] = n / V (M = [A] Geen [M])
Volume oplossing (L)
Notatie molariteit: molariteit van een oplossing kan je op verschillende manieren weergeven:
1. De molariteit van …. - oplossing is … mol/L
2. De molariteit van …. - oplossing is … mol L-1 is het makkelijkste
3. De molariteit van …. - oplossing is … molair/ ….-1 M
4. [Formule opgeloste stof] = …. Mol/L
[..] = molariteit. Tussen de haken zet je of [A] of [stof] (als het om 1 deeltje gaat)
Deze notatie wordt alleen gebruikt bij deeltjes die werkelijk in oplossing aanwezig zijn.
Wordt gebruikt bij zoutoplossing om concentraties van ionen in oplossing te berekenen
1
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur noemidemooij. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.