Sociale filosofie Stijn Rottiers
Aanbeveling: “Kom naar de les/zet je vooraan/participeer” en “Verwerk de leerstof (zoek een
toehoorder)”
Colleges:
- Beperkt aantal kennisclips (online)
- Beperkt aantal kleine opdrachten
- Opnames hoorcolleges
- Respect voor elkaar en de situatie
- Geen gsm
Mondeling examen (zelf kunnen vertellen):
- Voorbeeldvragen online
Cursusmateriaal:
- Lespresentaties (op Canvas na het college) + kennisclips
- Eigen notities – liefst op papier (verwijs naar de dia-nummering)
- Uitgeschreven tekst
- Discussieforum
Filosofie is:
Wij waren allemaal vroeger filosofen
verwondering: waarom en wat vragen
kinderen zijn voortdurend verwonderd, stellen vragen-> nog niet oordelen/ in hokjes
stoppen)
Wij, volwassenen/mensen niet
= we h al een stuk antwoorden, wat we vandaag zien h we gisteren ook al gezien (brein), wij
kunnen dat in een hokje stopen (catalogeren): natuurlijke reactie vh brein
=> we hebben de tijd niet om vragen te stellen – plaatsen van info in hokjes waardoor we
er niet over nadenken en een minder open blik hebben
Hokjes helpen mensen maar we moeten ons er bewust van zijn
Kahneman: zegt dat ons brein zaken in foute hokjes kan steken
Fundamentele vragen stellen (Socrates >< Sofisten) + commentaar geven
=> kritische vragen
Vragen in onze tijd: er zijn meer perspectieven GEEN meerdere waarheden (waar en
onwaar)
mensen blijven vragen stellen
bv. is de aarde plat? (nog altijd mensen die dit niet geloven en er blijven vragen over
stellen)
Is het nog nodig om een bepaald iets nog in vraag te stellen?
tijd van vandaag: niet altijd alles in vraag stellen, soms wel betrouwb bronnen
Durven kijken naar welke bronnen we volgen of niet (betrouwbaarheid)
Sofisten= vragen stellen om ergens mee weg te raken (bv. advocado)
Er is een tendens in onze SL om tegengestelde visies (debat)
Hoe hard zijn die fundamentele vragen het extreme opzoeken?
- Antwoorden op basis van argumenten kritisch reflecteren
=> steeds open voor nieuwe kritiek dagelijks taalgebruik: ‘mijn levensfilosofie)
Filosofie is niet:
- Mening (= een oordeel zonder argumenten erachter)
- Geloof (een geloof is een geloof)
- Gevoel
- Smaak (voorkeuren)
soms komt filosofie hiermee overeen en soms ook niet: kan tegenspraak zijn
filosofie die botst met mening, geloof…
2
, Bv. iemand beschuldigd van moord -> bewijsmateriaal: procedurefout (rechtvaardig?)
-> ambetant gevoel (rechtsregels helpen ons)
af en toe procedures niet gevolgd -> mens vrij laten: ons gevoel botst daarmee,
MAAR eigenlijk zeer rechtvaardig: die regels zijn er voor ons te beschermen
1.1 Onderwerp van sociale filosofie
Het onzichtbare
= waarden, zin, hoe iets ‘hoort’ te zijn => niet zintuigelijk waarneembaar
= Heel reëel
Voorbeeld 1: dierenreportage kijken en terwijl zegt prof iets: niet roepen naar de
luipaard (hé doe dat niet’), bij konijn wel
=> motief veranderen naar hetzelfde MAAR toch blijf het hetzelfde
= id natuur is dat gewoon maar ik mag dat niet doen (verwonde konijn vs gazelle/
luipaard)
=> Daarmee wil hij tonen hoe reëel het onzichtbare is
Voorbeeld 2: seks tussen broer en zus (taboe)
Voorbeeld 3: vooruitgangsgedachte (anticonceptie, vrouwenrechten, technologie…
oorlog, bewakersstaat: technologie, armoede)
armoede ie relatief begrip (=hoe dat je doet ten aanzien v a in de sl: 2 dollargrens )
In de definitie van sociaal werk is er ook sprake van een vooruitgangsgedachte want als
sociaal werker ga je de belanghebbenden versterken
Voorbeeld 4: het ‘normale’ aan de eigen cultuur !
=> legt normen ne standaarden op aan anderen die a normen en standaarden h
=> bepaalde normen vh normaal: hier trekken we een lijn (niet overschrijden)
bv. te laat id les komen en niet verontschuldigen
waar ligt deze grens (ontzettend snelle sl)
Norm - aal= wat iedereen zou moeten hebben (regel/wet, verplichting, een standaard)
-> er mogen meerdere normalen zijn: in ene gezin normaal om te wachten tot iedereen
klaar is met eten en andere gezinnen hebben andere normen
= normen opleggen bij anderen
1. Microcultuur
= huishouden (eetgewoontes, plaats ad tafel)
w hier bewust van wnr je voor eerste keer bij vriendje of vriendinnetje gaat eten
=> onschuldig
2. Mesocultuur
3. Macrocultuur aanwezig
=> verschilt naargelang cultuur
-> Als sociaal werker de redenering maken “Voor wie is dit normaal?”, Is dit wel terecht?
=> moet dit iets zijn waar iedereen in moet passen?
3
, => die versnelling brengt ook normen mee
bv. verwachten dat mensen snel reageren
sommigen k deze versnellingen niet a: h de middelen er niet voor: TOCH basis normatief
anders ben je ‘mislukt’
=> vraag ih hoeverre we dit oké vinden: soms SOW ingezet om mensen naar de arbeidsmarkt
te brengen (ook versnelling) jamaar ‘wat ben ik ah doen?’, dit zou geen normaal
moeten zijn voor iedereen
Is dat wel terecht die normaal die we opleggen
2x gevaar voor relativisme
= normaal in vraag gaat stellen
* Alles kan, is relatief
* Geen vaste maatstaf om te zeggen “dit is te verkiezen”
* Relativeren= het belang moet gerelativeerd worden, we mogen niet zeggen dat ‘dit’
de norm is voor iedereen, de belangrijkheid vd norm wat wegnemen bv.
tafelgewoontes (geen norm opleggen: niet in elke cultuur): normen (=hoe het zou
moeten zijn) gelijkwaardig stellen
Gevaar
= niet alle normen wil je relativeren
bv. prikken in konijntje, vrouwenrechten (norm)
dieren rechten: iedereen aanhouden
Assimilatie (aanpassen) vs ‘assimilatie niet altijd beste’ (onhaalbaar..)
debat
Alle thema’s hangen met spanningen aan elkaar -> verschillende perspectieven
1.2 Sociale filosofie?
1.2.1 Wat is dan sociale filosofie?
Alles wat met mensen en samenleven te maken heeft
Het ‘Sociale’ is het samenleven van mensen (in brede zin)
* Persoon
* Persoon ten opzichte van anderen
* Vrijheid/autonomie VS Sociale bepaaldheid
* Verantwoordelijkheid
* Rechtvaardigheid
* Rechten
1.2.2 Filosofie voor SW’ers: wht the f*
Waarom hebben SW’ers (sociale) filosofie nodig?
=> Duidelijk in de opleiding ingebed: leerlijn ‘reflectie onderbouwen’: moet k reflecteren (stap
terugnemen
Sociale filosofie
Historische reflectie
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur brittvancoillie. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.