Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Morfologie der tanden: volledige samenvatting €15,49   Ajouter au panier

Resume

Morfologie der tanden: volledige samenvatting

8 revues
 2189 vues  21 fois vendu

Volledige samenvatting Morfologie der tanden. Je moet de tanden zelf nog tekenen in de kaders. Bevat de volgende hoofdstukken: Hoofdstuk 1 Inleiding en nomenclatuur Hoofdstuk 2 Morfologie van de definitieve tanden (met kaders) Hoofdstuk 3 Melk- en wisselgebit Hoofdstuk 4 Meerkeuzevraagjes Woeffel...

[Montrer plus]
Dernier document publié: 7 année de cela

Aperçu 8 sur 41  pages

  • 3 janvier 2017
  • 27 janvier 2017
  • 41
  • 2016/2017
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (20)

8  revues

review-writer-avatar

Par: musaevairsana • 1 année de cela

review-writer-avatar

Par: karinwithof • 2 année de cela

review-writer-avatar

Par: MarieTHK • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: leonievanheusden • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: margotdoms3 • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: jreitz • 4 année de cela

review-writer-avatar

Par: melanylim • 5 année de cela

Afficher plus de commentaires  
avatar-seller
marievr
Hoofdstuk 1: Vergelijkende tandanatomie, basis nomenclatuur

1 Benaming

1.1 Benaming melktanden (20 tanden)

- Dentes incisivi – snijtanden (8)

- Dentes canini – hoektanden (4)

- Dentes premolares – kleine maaltanden, voorkiezen (\)

- Dentes molares – grote maaltanden, kiezen (8)




1.2 Benaming definitieve tanden (32 tanden)

- Dentes incisivi – snijtanden (8)

- Dentes canini – hoektanden (4)

- Dentes premolares – kleine maaltanden, voorkiezen (8)

- Dentes molares – grote maaltanden, kiezen (12)




1

,2 Tandindentificatie systemen

2.1 Universele nummeringen

2.1.1 Definitieve tanden

Nummering van 1 tot en met 32.




2.1.2 Melktanden

Nummering van A tot en met T.




2

,2.2 Palmer nummering

Een nummeringssysteem waarbij 8 cijfers en 4 kwadranten worden gebruikt.



2.3 FDI nummering

2.3.1 Definitieve tanden




2.3.2 Melktanden




3 Terminologie van de verschillende onderdelen van de tand

3.1 De verschillende weefsels

De vier weefsels van de tand: glazuur, dentine, cementum, pulpa




3.2 Anatomische versus klinische kroon en wortel

De klinische wortel is dat deel van de tand niet zichtbaar in de mond. De anatomische kroon loopt tot aan cervicale lijn (overgang

tussen kroon en wortel) en de klinische kroon is dat deel van tand zichtbaar in de mond.




3

,4 De verschillende tandvlakken

Werkend vlak: incisale rand voor fronttanden en occlusaal vlak voor de posterieure tanden

Mantelvlakken:

- Vestibulair: buccaal voor posterieure tanden en labiaal voor fronttanden

- Proximale vlakken: mesiaal en distaal

- Palataal voor de boventanden en linguaal voor zowel de boven- als ondertanden



Overgang tussen 2 vlakken:

- Distolabiaal (distovestibulair)

- Mesiobuccaal (mesiovestibulair)



5 Relatieve groottes

Tand met de langste kroon = onderhoektand

Langste tand = bovenhoektand

Breedste tand M-D = eerste ondermolaar

Breedste tand B-L = eerste bovenmolaar

Smalste tand M-D = centrale ondersnijtand



6 Terminologie om de morfologie van de tanden te beschrijven

Morfologie van anatomische kroon: cuspide kammen, occlusale outline, cingulum, fossae (putten), groeven: centrale en marginale

(fossa) groeven, …



Morfologie van anatomische wortel: glazuur-cement grens (cervixlijn), apex (worteltop), furcatie indien wortel splitst, …



7 Ideale occlusie

Ideale klasse I occlusie relatie tussen de bogen en de tanden. Een klasse I relatie is wanneer de mesio-buccale cuspide van de

eerste bovenmolaar past in de mesio-buccale groeve van de eerste ondermolaar.



Eigenschappen:

- De middellijn van de boven- en ondertandenboog is dezelfde.

- De boventanden staan meer vestibulair ten opzichte van de ondertanden.

- Bovensnijtanden overlappen de snijranden van de ondersnijtanden in verticale zin.

- Vestibulaire cuspides van de boventanden staan vestibulair ten opzichte van deze van de ondertanden.

- Vestibulaire cuspides van de ondertanden passen in de fossae van de boventanden.

- Linguale cuspides van de bovenkaak past in de mandibulaire fossa.

- Linguale cuspides van de onderkaak staat meer naar linguaal dan die van de bovenkaak.




4

,Hoofdstuk 2: Morfologie van de definitieve tanden

1 Morfologie van de definitieve snijtanden

1.1 Functie

Voedsel snijden, articulatie en smaak, ondersteuning van lippen, onderkaak geleiden tijdens beweging.



1.2 Kenmerken

 Raaklijnen t.h.v. mesiale en distale zijde convergeren van contactpunt naar cervicale lijn (vestibulair aanzicht)

 Distaal vlak is meer convex dan mesiaal vlak

 Mesio-incisale hoek is recht en disto-incisale hoek is stomp (m.u.v. centrale ondersnijtanden)

 Mesiaal contact op incisaal derde en distaal contact iets meer cervicaal (m.u.v. ondersnijtanden)

 Lijnen langsheen wortel convergeren (spitser) naar apex toe (vestibulair + proximaal aanzicht)

 Wortel is breder V-L dan M-D (m.u.v. centrale boven snijtanden)

 Wortel buigt vaak om naar distaal in het apicaal derde (m.u.v. centrale bovensnijtand: zeer rechte wortel)

 Wortels zijn langer dan de kroon (vestibulair en proximaal aanzicht)

 Proximale vlakken convergeren naar linguaal toe (incisaal aanzicht)

 Mesiale en distale marginale kammen convergeren naar het linguaal cingulum toe (incisaal aanzicht)

 Cervixlijn t.h.v. het vestibulair en linguaal vlak zijn convex naar de apex toe (vestibulair aanzicht)

 Cervixlijn t.h.v. de proximale vlakken is concaaf naar de apex toe, de curvatuur is meer uitgesproken aan mesiale zijde dan

aan de distale zijde (proximaal aanzicht)

 Proximale outline is wigvormig en driehoekig (proximaal aanzicht)

 Maximale contour aan de vestibulaire en linguale zijde ligt t.h.v. het cervicaal derde (proximaal aanzicht)

 Linguale outline is S-vormig met een concave linguale fossa en convex cingulum > linguale outline van de marginale

kammen zijn meer verticaal dan horizontaal (proximaal aanzicht)

 Incisale randen eindigen mesiaal en distaal t.h.v. het breedste deel van de tandkroon (incisaal aanzicht)

 Vestibulaire contour is breder afgerond dan linguale outline (incisaal aanzicht)



1.3 Vergelijking boven snijtanden vs. onder snijtanden

 Cingulum en linguale fossa zijn meer uitgesproken bij de BST dan bij de OST

 OST hebben een gladdere linguale anatomie zonder groeven en putten (linguaal aanzicht)

 BST hebben wortels die meer rond zijn in doorsnede en bij PST zijn de wortels mesio-distaal smaller vestibulo-linguaal

breder (proximaal aanzicht)

 Incisale randen van de BST zijn vaak iets vestibulair van de as doorheen de wortel, terwijl bij de OST de snijrand iets meer

linguaal ligt (proximaal aanzicht)

 OST hebben smallere M-D t.o.v. kroonlengte, terwijl bij BST het verschil tussen beide geringer is (vestibulair aanzicht)

 Bij OST kent de outline M en D een rechter verloop dan bij de BST (vestibulair aanzicht)

 Proximale contactpunten liggen meer naar incisaal bij de OST dan bij de BST; distaal contactpunt ligt iets meer naar

cervicaal dan het mesiaal contactpunt (met uitzondering van COST)


5

,1.4 Vergelijking boven snijtanden: centrale vs. laterale

1.4.1 Centrale bovensnijtand (11)




1.4.2 Laterale bovensnijtand (12)




1.4.3 Bespreking

 CBST is meer vierkant en de LBST is meer uitgerokken in cervicale-incisale richting (vestibulair aanzicht)

 Mesio-incisale hoek is bijna 90° en de disto-incisale hoek is meer afgerond

 LBST heeft meer afgeronde hoeken dan CBST (vestibulair aanzicht)

 Incisale rand loopt iets schuin af naar distaal, dit is iets meer uitgesproken bij de LBST (vestibulair aanzicht)

 Bij de CST is de verhouding kroonlengte/wortellengte kleiner dan bij de LBST

 Cingulum van de CBST is meer naar distaal gepositioneerd, terwijl bij LBST meer centraal ligt (incisaal aanzicht)

 De mesiale marginale kam is langer dan de distale marginale kam bij de CBST (door cingulum) en de LBST (door schuin

verlopende incisale rand) (linguaal aanzicht)

 De vestibulaire contour CBST draait om naar disto-linguaal terwijl meer symmetrisch is bij LBST (incisaal aanzicht)

 M-D > V-L bij CBST (meer rechthoekig), dit verschil is kleiner bij de LBST (meer vierkant) (incisaal aanzicht)




6

,1.5 Vergelijking onder snijtanden: centrale vs. laterale

1.5.1 Centrale ondersnijtand (41)




1.5.2 Laterale ondersnijtand (42)




1.5.3 Bespreking

 Bij LOST ligt het proximaal contactpunt aan de distale zijde meer naar apicaal

 Bij COST liggen de proximale contactpunten ongeveer op dezelfde hoogte

 Bij LOST is de disto-incisale hoek meer afgerond dan de mesio-incisale hoek en bij COST zijn beide hoeken ongeveer gelijk

(vestibulair aanzicht)

 Bij LOST buigt/ twist de incisale rand iets meer om naar disto-linguaal en bij de COST kent de incisale rand een meer

symmetrisch verloop (mesiaal en incisaal aanzicht)

 De kroon van de LOST is als het ware iets naar distaal gekanteld (vestibulair aanzicht)




7

, 8

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur marievr. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64438 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€15,49  21x  vendu
  • (8)
  Ajouter