SAMENVATTING ONTWERPMETHODIEK 1.1
ONTWERPTHEORIE
Algemene inleiding lezen = pagina 1 t/m 14
Kijken = persoonlijk à subjectief
Wat en hoe we waarnemen is persoonlijk via herkenning en classificatie volgens
een persoonlijk systeem
Eerste contact = visuele waarneming
Reflexen à automatische reacties
Automatismen à automatische handelingen
Bij alle namen en begrippen die de mens eigen gemaakt heeft hoort een à beeld,
stereotype & schema.
Herinnering = een kenmerk van een object of situatie
Dingen die we niet begrijpen gewoon niet zien
Invloeden van waarneming zijn à cultureel & opvoedkundig.
Ervaringen kleuren onze normen en waarden = connotieve benadering
Zien = objectief
De vormgever beheerst op een INTENSIEVE en GENUANCEERDE manier de
visuele info, kan deze RELATIVEREN, HERLEIDEN EN ONTLEDEN tot een
wetenschappelijke benadering die leidt tot GEFORMALISEERDE uitspraken en een
PROFFESSIONELE EN DOELTREFFENDE COMMUNICATIE.
Voorbeeld: rechthoekige tafel
- Rechthoekige ruimtelijke vorm
70 cm hoog
- 200 cm breed
100 cm diep
- Extra steunsystemen voor Onder te verdelen in:
stabiliteit materiaal volume
- Constructie Kijkvoorwaarden
- Afwerking onderdelen kleur en Licht kleur
textuur Ruimte (vorm)
- Patroon van licht en
schaduwvlakken verduidelijkt de
vorm en structuur van het geheel
- varianten (groot, klein, zwaar,
licht..)
Samenvatting ontwerpmethodiek 1.1
,Creativiteit = De kunst om patronen, gewoonten en zekerheden te doorbreken. à
Is het creëren van iets nieuws dat nuttig en verrassend is.
De top 5 om tot creatieve gedachtes te komen:
- Vernieuwend zijn
- Oplossingen bedenken
- Out-of-the-box thinking
- Originaliteit
- Anders denken
In een ontwerpproces onderscheiden we
volgende fases:
1. Analyse: van opdracht stelling naar een
ontwerpvraag (Analyse= onderzoek
naar ruimtelijke context, doelgroep,
functies, ... om zo de ontwerpvraag
scherper te krijgen én grafisch weer te
geven).
2. Ontwerpvorming: van ontwerpvraag
naar concept idee (Ontwerp- vorming =
op basis van de gegevens uit de
analyse komt men tot een conceptidee
en zowel het proces van
conceptvorming als het concept zelf
worden doelgroepgericht
gecommuniceerd).
3. Uitwerking: van concept idee naar
definitiefontwerp (Uitwerking = het
conceptidee ergonomisch, constructief,
technisch en financieel uitwerken tot
een uitvoeringsklaar geheel met
aandacht voor materialen, kleuren,
texturen én dit definitief ontwerp
doelgroepgericht communiceren).
‘Triple Diamond’ is een ontwikkelmodel met drie stappen
- Ontdekken
- Ontwerpen
- Ontwikkelen
Brainstormen = een creativiteitstechniek met als doel snel, veel nieuwe ideeën
Samenvatting ontwerpmethodiek 1.1
,Gps brainstorm methode
Stap 1
Ideeën genereren
Stap 2
Ideeën selecteren
- Welke ideeën spreken jou het meest aan,
vond je ze boeiend, vernieuwend, verassend,..?
- Welke wil je verder onderzoeken?
- De verschillende ideeën registreren/ archiveren in je schetsboek (dmv.
Foto’s, beeld, tekst, woordspin, schetsen,...)
Stap 3
ideeën uitwerken
- Maak het concreet
- Heldere beschrijving:
- Wie, wat, waar, wanneer,
- Waarom, hoe vaak, ..
Aandachtspunten
- Stel je oordeel uit
- Openheid en enthousiasme
- Aandacht voor gekke of naieve ideeën
- Meeliften op ideeën van anderen.
- Geen dikke nekken, geen egotripperij
Samenvatting ontwerpmethodiek 1.1
, Associatieve beelden
- Veel creatieve technieken gaan uit van associëren.
We kunnen hierbij vertrekken vanuit a
Materiele beelden à natuurlijke en kunstmatige (visueel, auditief, audiovisueel)
- Visuele:
o Beeldende kunst: (figuratieve) schilderijen, tekeningen, standbeelden
en andere (figuratieve) plastieken (ook maquettes en modellen)
o Fotografie: foto's, hologrammen -pictografie: pictogrammen en
schematische afbeeldingen
o Auditieve: -hoorspel, elke klanknabootsing in een muziekuitvoering
o Audiovisuele: -films, televisieprogramma's, computeranimaties…
Halfbeelden à bvb. Visuele poëzie, lay-out van een tekst...
Mentale beelden à subjectief daar ze alleen maar bestaan voor degene die ze
vormt en dus niet voor derden waarneembaar zijn
o Reproductief (gewone voorstellingen en herinneringen) anticipatorisch
(voorstellingen van wat men wil gaan doen of wat er zal gebeuren)
o Fantasiebeelden (voorstellingen die niet teruggaan op reëel
o Bestaande zaken)
o Droombeelden
Deels subjectieve, deels objectieve beelden à Gezichten in een vlek op het
behang.
Archetypische of mythologische symbolen à judas als oerbeeld van de verrader.
Denkbeelden à in de betekenis van een visie of een geheel van opvattingen.
Verbale beelden à beeldende taal, klanknabootsingen, isomorfisme, 'Levendige
beschrijvingen', vergelijkingen.
Uitdrukkingen met "beeld" in afgeleide betekenis
Beeldaspecten:
Licht Kleur Vorm & Ruimte
Vorm:
- Open/gesloten positief/negatief
- Buitenvorm/binnenvorm silhouet
plat
plastisch
- Geometrisch organisch hoekig
vaag restvorm
Vormordening: vlakvulling
- Symm/a-symm statisch/dynamisch diagonaal
ornamentaal vertic/horiz ritme/herhaling
Vormcontrast
Vormvervreemding
Proporties
Compositie
Textuur
Beweging
Samenvatting ontwerpmethodiek 1.1