Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
samenvatting examen onderwijs in vlaanderen (ik had 17/20) €6,49
Ajouter au panier

Resume

samenvatting examen onderwijs in vlaanderen (ik had 17/20)

 11 vues  1 fois vendu

samenvatting voor bij het openboek examen (ik had 17/20 tijdens eerste examenkans)

Aperçu 4 sur 37  pages

  • 1 juin 2023
  • 37
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (8)
avatar-seller
marjolijndillen
Samenvatting onderwijs in Vlaanderen
Hoofdstuk 1: evolutie van het vlaamse onderwijs van 1830-2022

Oprichting belgische staat: 1830 (onafhankelijk)

- België kwam los van het bewind onder Willem I
- Grondwet: burgerlijke vrijheden zoals pers, godsdienst, onderwijs
- Alles werd katholiek qua school ook de staatsscholen  katholieke staatsscholen
- Godsdienst verplicht op leerprogramma & bisschoppen hadden verregaande controle
- Geen staatstoezicht  onderwijsniveau daalde



1842: minister Northomb legt schoolwet vast

- Elke gemeente moet lagere school hebben die gecontroleerd moet worden door
rijksinspectie
- Hoefde niet school in te richten, kon ook katholieke school adopteren en subsidiëren
- Geen school in gemeente?  opgericht en rooms kath kerk mocht instaan voor
godsdienstonderricht & controle daarop (diocesane inspectie)
- Vrij onderwijs werd gesubsidieerd door de staat

DOOR DEZE WET WERD HEEL BELGISCH LAGERONDERWIJS KATHOLIEK ONDERWIJS

- Moeilijk voor liberale partij
 Confessioneel karakter vd gemeentescholen verzwakte in de liberale steden maar op
platteland en kleinere steden nog altijd kerk
- Verkiezingsoverwinning in 1878  godsdienstoorlog



Eerste schoolstrijd: 1878-1884

- Pierre van Hummbeeck bande gods uit programma in officiële schollen
- Gemeente: verboden vrije scholen subsidiëren & verplicht 1 neutrale school
 Liberalen willen onderwijs ontkerkelijken & katholieken willen religieuze karakter
vrijwaren
 ‘de ziel vh kind’ vs ‘scholen zonder god’
- 1879 beroep op artikel 24 ‘belgisch onderwijs is vrij’  richten eigen onderwijs op
- Vakantie 1879: honderden kath lagere scholen  staatsscholen lopen leeg want deelname
aan officiële onderwijs was ‘zware zonde’
- In ieder dorp katholieke en gemeenteschool

Tweede schoolstrijd: na WO II

- Soc en lib willen dat kath zelf hun scholen betaald want neutrale officiële onderwijs was
toegankelijk voor iedereen dus staat moest hen maar betalen
- Katholieken wilde dat grondwettelijke vrijheid financieel mogelijk gemaakt moest worden
- Secundair onderwijs: onderwijsniveau breide uit en inkrimping aantal geestelijke als
lesgevers  groter beroep op leken en die moesten betaald worden
- 1954: christelijke volkspartij verliest  soc-lib coalitie

1

, - Leo Collard= onderwijsminister
 Ontsloeg 110 kath leerkrachten en diende wetsvoorstel in om subsidies vrij
onderwijs te verminderen & wetsvoorstel om rijksscholen op niveau van kleuter-
en lager onderwijs op te richten
- Verkiezingen 1958: kath meerderheid in vlaanderen & soc en lib meerderheid in Wallonië
 Situatie geblokkeerd
 Onderhandelen
 Schoolpact (20 nov 1958)



Schoolpact

= einde 2de schoolstrijd

Indeling volgens inrichtende
machten

Indeling volgens
subsidies




Indeling
onderwijsnetten:

1. Officiele onderwijs:
o overheid inrichtende macht
o 1958: staat/provincie/gemeente  rijksonderwijs  = Vndg:
gemeenschapsonderwijs (GO!)
o Provinciaal of gemeentelijk onderwijs
2. Vrij onderwijs:
o Vrije particulier (privaat persoon/groep private personen) inrichtende macht
o Vooral Katholiek onderwijs
o Maar ook protestantse scholen, methodescholen (steiner/freinet), en vrijzinnige
scholen

Indeling obv subsidiëring:

1. Officieel gefinancierd onderwijs:
o Gemeenschapsonderwijs (vroeger= staatsscholen/rijksscholen)
o Ingericht door vlaamse gemeenschap (vroeger: belgische staat)
o Eigen keuze welke levensbeschouwelijke lessen kind zal volgen & bieden eigen
leerplannen
o 1 koepel: GO!

2. Officieel gesubsidieerd onderwijs:

2

, o Georganiseerd door lokale besturen: steden, gemeenten of provincies
o Eigen keuze welke levensbeschouwelijke lessen kind zal volgen
o Provinciale scholen: koepel= provinciaal onderwijs vlaanderen (POV)
o Gemeentelijke scholen: koepel= onderwijssecretariaat van vlaamse steden en
gemeenten (OVSG)
 Beide koepels voorzien eigen leerplannen
3. Vrij gesubsidieerd onderwijs:
o Georganiseerd door privé initiatief
o Schoolbestuur: vereniging zonder winstoogmerk (vzw)
o Grootste onderwijskoepel: katholiek onderwijs vlaanderen
o Enkele kleinere koepels
o Onderscheid confessioneel (gebaseerd op erkende godsdienst zoals katholiek,
protestants,…) & niet-confessioneel (niet gekoppeld aan bepaalde religie zoals
steinerscholen)

Privé scholen:

- Geen werkingsmiddelen van vlaamse gemeenschap
- Hoeven eindtermen en ontwikkelingsdoelen niet te volgen
- Kunnen geen erkende getuigschriften, diploma’s of andere bekwaamheidsbewijzen uitreiken
- Hoog inschrijvingsgeld door geen subsidies

Subsidiëring= overheidscontrole  minimumnormen voor schoolbevolking, minimumprogramma en
dezelfde diplomavereisten voor personeel

Concurrentiestrijd tss netten was groot na schoolpact  gevolgen die we nu ook nog zien

- Er mogt geen inschrijvingsgeld meer gevraagd worden
- Ouders hebben keuzevrijheid van school
- Onderwijsaandeel in de begroting is groot
- Personeel wordt betaald door vlaamse overheid

Onderwijsbevoegdheden= macroniveau, niveau van gemeenschappen  vlaams minister van
onderwijs (Ben Weyts)

Enkele onderwijsbevoegdheden= federaal niveau: bv leerplicht en diploma’s

Vlaams ministerie van onderwijs:

- Bevoegdheid omtrent ontwikkelingsdoelen en eindtermen
- Onderwijskwaliteit wordt gecontroleerd door onderwijsinspectie
- Via de doorlichting adviseerd vlaams minister vn onderwijs over erkenning vn scholen
o Erkenning= voorwaarde financiering (GO) of subsidiëring ( overige scholen)

Tijdens doorlichting:

- Doorlichting enkele dagen op diverse niveaus door commissie
- Inspectie maakt doorlichtingsverslagen
- 2 onderzoeksvragen:
o In welke mate ontwikkelt onderwijsinstelling eigen kwaliteit (aandacht voor
aansturing en kwaliteitsbewaking)



3

, o In welke mate verstrekt de onderwijsinstelling kwaliteitsvol onderwijs dat tegemoet
komt aan de kwaliteitsverwachting uit het OK (referentiekader voor
onderwijskwaliteit) en respecteert de regelgeving?
- Concreet: worden ontwikkelingsdoelen en eindtermen nagestreefd
- Doorlichting: schoolniveau (mesoniveau) niet op individueel niveau ( microniveau)
- 1/9/2018: inspectie 2.0  nieuwe manier van doorlichten
o Inspectie als partner niet als boeman
o Zetten in op controle maar ook op stimuleren

Pedagogische begeleidingsdienst (macro/meso):

- Kwaliteit mee monitoren zonder controlerend karakter  hulp van PBD
- Elke koepel heeft eigen PBD met team van pedagogisch begeleiders
- Takenpakket: 7 opdrachten  bieden ondersteuning aan onderwijsinstellingen en CLB

Scholengemeenschap/scholengroep (GO):

- Verzameling van scholen uit hetzelfde onderwijsniveau die vrijwillig samenwerken op diverse
vlakken
- Scholen: dezelfde of verschillende schoolbesturen binnen dezelfde of verschillende netten
 Bijna altijd binnen hetzelfde onderwijsnet MAAR meer en meer
netoverschrijdende initiatieven (bv scholengemeenschap SCHOT)
- Scholengroep: enkel GO
- Scholengemeenschappen  bestuurlijke schaalvergroting
- Scholen van 1 scholengemeenschap = min 900 leerlingen
 Vooral netoverschrijdende samenwerking in hoger onderwijs

Scholen krijgen subsidies op grond vd leerlingkenmerken vn hun populatie  financiering
losgekoppeld vd netten



Doe de check
Plaats volgende begrippen uit hoofdstuk 1 in chronologische volgorde

1. Inspectie 2.0 6. schoolpact
2. Katholieke staatsscholen 7. Netoverschrijdende initiatieven
3. Ontstaan drie onderwijsnetten 8. Tweede schoolstrijd
4. Strijd om de ziel van het kind 9. Strijd ‘wie betaalt ons onderwijs’
5. Eerste schoolstrijd



2 4/5 8/9 6/3 7 1




4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur marjolijndillen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

52928 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,49  1x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté