Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting - Argumentatieleer (F0AB1a) €9,99
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting - Argumentatieleer (F0AB1a)

 33 vues  2 fois vendu

Deze samenvatting is gemaakt obv lesnotities en de cursus.

Dernier document publié: 1 année de cela

Aperçu 4 sur 67  pages

  • 5 juin 2023
  • 12 juin 2023
  • 67
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (2)
avatar-seller
catomoerman
DEEL 1 Inleiding
1 Basisbegrippen
1.1 Wat is argumentatie?
Enkele voorbeelden
Een standpunt dat potentieel voor conflicten zorgt – bepaalde mensen kunnen het niet eens zijn met
bepaalde zaken van een standpunt (objectief)
• Onderscheid tussen standpunt & rechtvaardiging daarvan
• Mensen nemen standpunten in als reactie op andere standpunten
• Voorbeelden:
- Spreker zegt “jij gaat niet alleen op vakantie” tegen toehoorder
onderbouwing = stelling als rechtvaardiging: precedent “toen je zus 14 was, mocht ze ook niet”
- Drogredenering van hellend vlak, neemt vorm van verschillende gradaties van hoe erg een
situatie kan worden. 1 stap in een bepaalde richting zet de deur open naar stap 2, 3, 4, 5…
- In de rechtbank

1.1.1 Kenmerken
Verbale activiteit Natuurlijke taal i.p.v. logische taal (betrouwbaarder,
maar nuances verloren)
Sociale activiteit Spreker & toehoorder nodig: situatie waar een
potentieel conflict is en waar het erop aankomt om
mensen te overtuigen
Verstandelijke activiteit Vs. emotioneel; rationele elementen gebruiken
Draait om een standpunt, mening Subjectieve component
Dient ter rechtvaardiging van een Mening wordt onderbouwd
standpunt
Moeilijk om te zien wat het standpunt is en wat de
beweringen, kan veel vormen aannemen
Bestaat uit een constellatie van uitspraken Complex geheel; er is een structuur, netwerk van
met rechtvaardigingspretentie beweringen die je in hun geheel moet analyseren
Is gericht op verkrijgen van instemming Gericht op overtuigen (verstandelijk-rationeel);
van een rationeel oordelend publiek
Poging om iets gedaan te krijgen van het publiek,
vanuit gaan dat er bepaalde bereidwilligheid is van
het publiek.

• De buren zijn (wellicht) niet thuis, want hun auto staat niet in de carport.
- Standpunt: de buren zijn (wellicht) niet thuis
- Rechtvaardiging: hun auto staat niet in de carport
- WANT: wat vooraf gaat is standpunt en wat volgt is rechtvaardiging (zie H2)
• Ik heb Joke en Judith samen zien joggen. Ze zullen hun ruzie dus wel bijgelegd hebben.
- Standpunt: ze zullen hun ruzie bijgelegd hebben
- Rechtvaardiging: ik heb ze samen zien joggen
- DUS: spiegelbeeld WANT, zin waarin DUS voorkomt is het standpunt
à volgorde van standpunt & rechtvaardiging staat niet vast



Argumentatieleer 1

,1.1.2 Evaluatie van argumentaties
• Deugdelijke (aanvaardbaar) vs. ondeugdelijke vertrekpunten van argumentaties
• Deugdelijke vs. ondeugdelijke argumentatieschema’s
à beweringen die onafhankelijk aanvaardbaar zijn maar de manier waarop je ze samenvoegt kan
ondeugdelijk zijn
• Systematische beschrijving van normen/criteria bij beoordeling van deugdelijkheid
1.2 Argumenteren als taalhandeling/speech act
• Onderdeel pragmatiek: stellen van taalhandelingen = speech act
• Als je bepaalde talige handeling verricht, ga je er iets mee doen

1.2.1 Basiscomponenten van de taalhandeling
Locutieve handeling • Utterance act = HOE SPREEK JE?
= locutie (spreken) - Materiële/fysische handeling à er is sprake van een taaluiting
- Bv.: spraakklanken, lettertekens, gebarentaal, micro…
• Propositional act = WAAROVER SPREEK JE?
- Referentiële achtergrond, verwijzing naar fictieve/reële wereld
- Waar verwijs je naar? Bv.: over toekomst
Illocutieve handeling WAT HEB JE GEDAAN DOOR TE SPREKEN = ACTIE à spreker
= illocutie
• Manier waarop referentiële situatie wordt benaderd
• Conventionele waarde van een zin in een communicatieve interactie
• Handeling die wordt gerealiseerd door uitspreken van iets
• Bv.: “kan je me het zout geven?” à ja/nee vraag, maar ontvanger zal
een bepaalde actie uitvoeren
Perlocutieve WAT ZIJN DE GEVOLGEN VAN JE SPREKEN = REACTIE à toehoorder
handeling
• Perlocutief doel = doel dat je nastreeft met handeling/uitdrukking
= perlocutie • Perlocutair effect = effect dat het teweegbrengt

1.2.2 Geslaagdheidsvoorwaarden (felicity conditions)
= voorwaarden waaraan moet voldaan worden om een geslaagde taalhandeling (th) te zijn
Propositionele • Propositional act, waarover spreek je
inhoudsregels • Regels m.b.t. de inhoud van de taalhandeling
Voorbereidende • Eigenschappen van de buitenwereld waarover je spreekt
regels • Regels die situationele & contextuele omstandigheden vermelden
• Je moet bepaalde mate van controle hebben over uitspraken
• Houding toehoorder is niet 100% neutraal
• Bv.: beloven = speech act à uitspraak doen over toekomst
• Bv.: verontschuldigen à verleden, toekomst enkel als iets al vastligt
(zoals een staking)
Oprechtheidsregels • Regels die psychologische ingesteldheid van de spreker aangeven;
subjectief
• Is de spreker te vertrouwen? Of heeft die een verborgen agenda?
• Bv.: politici




Argumentatieleer 2

,1.2.3 Typologie van taalhandelingen
Gericht op verdere actie (perloctieve) Op zichzelf effectief
Sprekergericht COMMISIVES (commitment) ESPRESSIVES
Spreker engageert zich t.o.v. hoorder Psychologische toestand van de spreker
over latere handelingswijze
Bv.: beloven, dreigen, aanbieden Bv.: zich verontschuldigen, bedanken
Hoordergericht DIRECTIVES DECLARATIONS
(Performatieve, institutionele TH)
Toehoorder tot een handelingswijze Door een TH ga je iets veranderen in de
proberen brengen * (reactie vereist) werkelijkheid
Bv.: bevelen, vragen, verzoeken Bv.: dopen, ontslaan, oorlog verklaren
Referentgericht Hangt af van spreker/toehoorder dus hier niets! RESPRESENTATIVES (ASSERTIVES)
(context) Common ground updaten (= gedeelde
kennis, referentiekader)
Bv.: bevestigen, meedelen, concluderen

(*) Spanning eigenschappen speech act en talige manier waarop die uitgedrukt kunnen worden. Vaak
discrepanties. Bv.: syntactisch welk type zin je aan het bouwen bent (vraag, neutraal, bevel). Vragen
kunnen directief zijn maar hoeven dat niet te zijn (zie: retorische vraag) à syntax vs. pragmatiek
• Commisives: meer energie van spreker dan van toehoorder
• Directives: meer energie van toehoorder, gericht op een reactie krijgen van toehoorder
• Linksonder: referent gerichte taalhandeling à toehoorder en spreker spelen hier geen rol maar
dat kan niet als je een actie verwacht (de buitenwereld beweegt niet op zichzelf)
• Expressives: expressiemiddel vanuit spreker; is afgeronde handeling als het uitgesproken is &
reactie is niet vereist
• Declarations: toehoorder is betrokken partij maar geen van beide moet reageren
• Representatives: asserties/beweringen, dingen die zich aanbieden in de buitenwereld

1.2.4 Soorten taalhandelingen in gegevens en standpunt
Argumentatieve context: onderscheid standpunt – gegevens, achtergrondgegevens, rechtvaardiging…
à aard van standpunt heeft invloed op de keuze van de soort gegevens om standpunt te verdedigen
Zaken die er feitelijk uitzien (bv.: het heeft vannacht gevroren) maar niet altijd in praktijk verifieerbaar
(bv.: gisteren zijn er … kinderen geboren à moeilijk na te gaan)
• Assertieve taaluitingen over een feitelijke stand van zaken: waar of onwaar (simpele feiten)
- Het heeft vannacht gevroren, er is leven op mars, ze is geslipt omdat ze te snel reed…
• Assertieve taaluitingen van evaluatieve aard: waar of onwaar; terecht of onterecht
- Het 2e voorstel is het beste, ze is een excellente studente, belastingen ontduiken is immoreel…
• Directieve taaluitingen: gepast of ongepast; terecht of onterecht
- Je mag je belastingen niet ontduiken, we moeten nu vertrekken, je neemt beter geen…




Argumentatieleer 3

, 1.2.5 De argumentatie als complexe taalhandeling
Componenten van argumentatie indelen in een aantal actoren: spreker, aanhoorder en standpunt
Perlocutief doel Spreker S probeert m.b.v. argumenten A…Z de toehoorder T te
overtuigen van de aanvaardbaarheid van zijn standpunt P
Perlocutief effect • T begrijpt dat A…Z gelden als argumenten voor P
• T aanvaardt A…Z als rechtvaardiging voor P (niet enkel ratio)
à Aanvaarden is nog een ander verhaal dan begrijpen
Voorbereidende regels • S gelooft dat T het verdedigde P niet zonder meer aanvaardt
(spreker & toehoorder) • S gelooft dat T er belang bij heeft P te aanvaarden (subjectief)
• S gelooft dat T bereid is om de individuele A…Z te aanvaarden
• En dat T bereid is om A…Z als rechtvaardiging P te aanvaarden
Begrip Aanvaarding
+ + Beste scenario
+ - Begrijpen maar geen overtuiging
- + Complexe argumenten maar aanvaarding
- - Rampscenario
Oprechtheidsregels • S gelooft dat P en de individuele A…Z aanvaardbaar zijn
(spreker) • S gelooft dat A…Z gelden als rechtvaardiging voor p
Weerlegging van Tot nu toe asymmetrisch proces, vaak symmetrisch proces: argumenten
argumentatie aanhalen voor een alternatief standpunt à moet mogelijk zijn een
argumentatie te weerleggen
• Aantonen dat gegevens waarop P en A…Z gebaseerd zijn onjuist zijn
• Juistheid A…Z toegeven, maar verband P afzwakken door andere
argumenten aan te voeren
à bv.: milieu – trein is langer dan vliegtuig zeker door Ryanair e.d.
• Aantonen dat A…Z niet als verantwoording tot P kan dienen




Argumentatieleer 4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur catomoerman. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

52510 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€9,99  2x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté