Psychopathologie Hoofdstuk 1:
Psychiatrie en de maatschappij
,Psychopathologie
Hoofdstuk 1: Psychiatrie en de maatschappij
Algemene psychopathologie
- gericht op volwassenen
- specifieke onderwerpen:
Neurocognitieve stoornissen (dementie)
Schizofrenie (psychosen)
Persoonlijkheidsstoornissen
Stoornissen rond seksualiteit
Begrippen
1. Psychopathologie (wetenschap)
Kennis: theorie
Het algemeen geldende staat centraal
2. Psychiatrie/psychotherapie (praktijk)
Kunde, praktisch doen, toepassing
Het individuele staat centraal
Bestaan er psychische stoornissen?
Vier argumenten om ja te antwoorden
1. Belevingsargument: patient ervaart iets als vreemd
2. Historisch argument: door alle eeuwen heen zijn er stoornissen beschreven
3. Geografisch argument: in alle culturen bestaan er stoornissen bij mensen
4. Experimenteel argument: stoornissen zijn met bepaalde middelen en in bepaalde
omstandigheden op te wekken en kunnen ook weer verdwijnen (drugs, opsluiten
in isolatie kamer etc)
Zeven kenmerken van abnormaal gedrag
1. Persoonlijk lijden
2. Disfunctionaliteit van gedrag
3. Irrationeel en onbegrijpelijk van omgeving en persoon zelf
4. Onvoorspelbaarheid en controle verlies
5. Opvallend: onconventioneel
6. Gedrag brengt ongemakkelijk gevoel bij anderen teweeg
7. Komt niet voort uit een ‘culturele aanvaarde’ reactie op een gebeurtenis
Normaal versus abnormaal
Drie voorwaarden om te kunnen spreken van een psychische stoornis
1. ‘Abnormaal’ verschijnsel in de zin dat het afwijkt van een sociale norm
- Afhankelijk van leeftijd
- Afhankelijk van situatie, tijdstip
- Afhankelijk van cultuur, tijdgeest
2. Veroorzaakt ongemak, lijden of bezorgdheid bij de betrokkene en/of omgeving
3. Gedrag moet passen binnen een psychopathologisch begrippenkader
Medisch model
Een systematische werkwijze om pathologische verschijnselen te bestuderen en zo
mogelijk, te wijzigen. Hierin zijn de volgende stappen te onderscheiden:
, 1. Diagnose: beschrijving van karakteristieke eigenschappen, ongeacht de mogelijke
verklaringen van de stoornis
2. Verklaring: verkenning van de factoren die de stoornis hebben veroorzaakt,
uitgelokt, bevorderd of in stand gehouden
3. Prognose: een op onderzoek gebaseerde voorspelling van het mogelijke beloop
van de stoonis, enerzijds zonder therapeutisch ingrijpen en anderzijds onder
invloed van behandeling
4. Therapie: ontwerp en uitvoering van een interventie op grond van 1, 2 en 3 met
het doel de stoornis te doen verdwijnen of minstens te verbeteren
5. Preventie: ontwerp en uitvoering van een actieplan op grond van 1, 2, 3 en 4 om
stoornissen te voorkomen (primaire preventie), zo snel en effectief mogelijk te
behandelen ter voorkoming van rest toestanden (secundaire preventie), of om
nadelige gevolgen te beperken (tertiaire preventie of revalidatie)
Epidemiologie
Studie van de verspreiding van een ziekte of stoornis in een:
- Bepaalde bevolkingsgroep
- Bepaalde tijdsspanne
- Bepaalde plaats
- Enzovoorts
Twee belangrijke begrippen zijn:
- Prevalentie -> ooit, jaar, maand, of punt
- Incidentie
GGZ in Nederland
- Meeste mensen met psychische stoornis komen niet in de GGZ terecht
- Lichte psychische problematiek bij huisarts
- Maar ook hij/zij ziet niet alles
Werkterreinen GGZ Nederland
- Intramuraal -> opname
- Ambulant -> vrijgevestigde hulpverleners. Grootste groep van hulpverleners zit in
deze categorie
- Semi muraal -> beschermde woonvorm bijvoorbeeld
Belangrijke GGZ voorzieningen in Nederland
Extramuraal Semimuraal Intramuraal
Volwassenen
GGZ-instellingen, klinieken Psychiatrische deeltijd Crisisdienst en
voor ambulante behandeling, woon en dag crisisopvang, ggz
behandeling, vrijgevestigde voorzieningen instellingen, klinieken voor
hulpverleners klinische behandeling.
Kinderen en jeugdigen
Vertrouwensarts, GGZ Medisch kinderdagverblijf, GGZ instellingen etc.
instellingen, centra voor deeltijdbehandeling
kinder-jeugd psychiatrie
Ouderen
GGZ instellingen, Psychogeriatrische en GGZ instellingen, APZ,
psychogeriatrische psychiatrische deeltijd verpleeghuizen
, thuiszorg behandeling
Verslaafden
GGZ instellingen, Psychiatrische Crisisdienst en
instellingen voor deeltijdbehandelingen crisisopvang, ggz
verslavingszorg, instellingen, instellingen
zelfhulpgroepen voor verslavingszorg,
therapeutische
gemeenschappen.
Verwijzing van mensen met psychische problematiek binnen de huidige GGZ structuur
Zie tabel bladzijde 14
Hoofdstuk 2: Diagnose
Classificatie
Wat is er aan de hand?
- Indeling van gedrag op grond van (uiterlijke en innerlijke) kenmerken
- Het basisprincipe is beschrijving
- DSM 5 is een classificatiesysteem ook al zit het begrip diagnostisch in de naam.
De huisarts gebruikt ICD (International Classification of Diseases)
- Platvloers gezegd presenteren deze systemen rijtjes met kenmerken van de stoornis
(symptomen)
Syndroombegrip
- Tekens van een stoornis worden als symptomen gezien.
- Bepaalde combinaties van symptomen passen bij een bepaalde stoornis zoals:
Het depressie-syndroom
Het PTSS-syndroom
- Symptomen zijn puzzelstukjes. Met een bepaalde passende combinatie ontstaat er
een beeld. Dit kan samen een syndroom worden.
Indeling volgens de DSM 5
Er was behoefte aan een diagnostisch systeem dat moest voldoen aan 2 basisprincipes
- de ordering van psychische stoornissen moet losstaan van de mogelijke verklaringen
- de indeling moet steunen op heldere en ondubbelzinnige criteria, die bruikbaar zijn
in de diagnostische praktijk en het wetenschappelijk onderzoek.
Diagnose behandeling combinaties (DBC’s)
Een DBC beschrijft iedere stap in de behandeling van een bepaalde stoornis: vanaf het
eerste contact tot de laatste sessie. Dit vormt de basis voor de declaratie bij de
zorgverzekeraar. De prijs van een DBC is afhankelijk van de aandoening en de duur van
de zorg en daarmee is de link tussen diagnose en bekostiging heel direct geworden. Het
opstellen van zo’n DBC is voorbehouden aan ‘specialisten’: psychiaters,
psychotherapeuten en klinisch (neuro)psychologen. Zij moeten voor de typering van de
zorgvraag van de client strikt gebruik maken van de systematiek van de DSM.
Diagnostiek
Waarom of hoe is het zo gekomen?
- Gebaseerd op theorie en interpretatie
- Is de eerste (voorwaardelijke) stap naar hulpverlening
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur STUDYLAB2023. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,31. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.