Hierbij een beknopte samenvatting van het vak Persoonlijkheidsleer. Dit is de mini-samenvatting op basis van mijn uitgebreide samenvatting met alle belangrijkste onderwerpen van het vak. Zowel de colleges, clips en literatuur komen hierin terug. Ook belangrijke delen van de quiz zijn in deze samenv...
Inhoudsopgave
College 1 – Inleiding en het intrapsychische domein.......................................................................................1
College 2: Het dispositionele domein............................................................................................................. 8
College 3 – Ontwikkeling en het biologische domein....................................................................................12
College 4 – Erikson & Rogers........................................................................................................................ 18
College 5 – Sekse en persoonlijkheid & cultuur en persoonlijkheid...............................................................22
College 6: Cognitieve domein....................................................................................................................... 28
College 1 – Inleiding en het intrapsychische domein
Persoonlijkheid
- De definitie van persoonlijkheid: “Een verzameling psychologische
kenmerken (eigenschappen/attituden) en mechanismen (cognitieve
processen) in het individu die georganiseerd zijn (samenhangen en
, dynamisch gestuurd) en relatief stabiel (over situaties, consistentie, en
over tijd, continuïteit) zijn en die zijn/haar interacties met en
aanpassing aan de intrapsychische, fysieke en sociale buitenwereld
beïnvloeden”
- Er zijn vier belangrijke interacties met de buitenwereld;
1. Perceptie; mensen nemen de wereld verschillend waar en interpreteren
verschillend (halfvol of halfleeg)
2. Selectie; mensen hebben verschillende karakters, die verschillende
keuzes (zoals studie of vakantie) uitkiezen/bepalen
3. Evocatie; iemands persoonlijkheid kan de reacties van anderen bepalen
en produceren
4. Manipulatie; manieren waarop we anderen opzettelijk proberen te
beïnvloeden
Er zijn drie niveaus om sociale gerichtheid te bestuderen
1. Menselijke aard; er wordt dan gekeken naar de universele kenmerken van
mensen (eigenschappen die typerend zijn voor ons soort)
2. Individuele en groepsverschillen; er wordt dan gekeken naar de verschillen
tussen mensen en groepen
3. Individuele uniekheid; er wordt dan gekeken naar de kenmerken die
iemand specifiek typeren
In dit vak: persoonlijkheidstheorieën worden onderverdeeld in 6
domeinen
1. Dispositionele domein; basale eigenschappen met een biologische
eigenschap. Er wordt gekeken naar de verschillen tussen mensen in
gedrag, gevoel en het denken, die tamelijk stabiel zijn over de tijd en
tamelijk consistent zijn over situaties
o Literatuur; manieren waarop individuen geneigd zijn zich te
gedragen en waarom deze disposities van elkaar verschillen;
eigenschappen waarmee persoon mee geboren wordt
Vijf-factor model van persoonlijkheid (Goldberg, Costa & McCrea)
2. Biologische domein; genetisch, psychofysiologisch en evolutionair. Er
wordt hier gekeken naar lichamelijke kenmerken en systemen die
samenhangen met gedrag, het denken en het voelen
o Literatuur; mensen zijn verzamelingen van biologische systemen en
dit zijn de bouwstenen voor gedrag, gedachten en emoties
Biologische trait-theorie (Eyseneck)
3. Intrapsychische domein; mentale processen. Het is hier gericht op factoren
in de geest/psyche die, in interactie, het gedrag, het denken, en het voelen
beïnvloeden
o Literatuur; Mentale mechanismen van persoonlijkheid (buiten het
bewustzijn); conflicten in de eigen geest van de persoon
Psychoanalytische theorie (Freud) en de levenslooptheorie (Erikson)
4. Cognitief-experientiële domein; cognities en subjectieve ervaringen
(bewuste gevoelens, overtuigingen en verlangens). Het gaat hier om het
, begrijpen van de persoonlijke kijk van mensen op de wereld en van hun
gedachten, gevoelens en wensen, en hoe mensen die verkrijgen
Persoonsgerichte theorie (Rogers) en de persoonlijke constructtheorie
(Kelly)
5. Sociale en culturele domein; wederzijdse beïnvloeding. Het gaat hier om
sekseverschillen, gender en culturele verschillen
6. Aanpassingsdomein; het gaat hier om gezondheid en psychopathologie.
Persoonlijkheid heeft een sleutelrol in hoe we omgaan met en aanpassen
aan veranderingen in het dagelijks leven
Er is niet één grote persoonlijkheidstheorie, maar alles is dus opgedeeld in
deel theorieën die allemaal een ander domein behandelen
Standaarden die persoonlijkheidstheorieën beoordelen
- Volledigheid; hoeveelheid fenomenen en observaties met betrekking tot
persoonlijkheid verklaard kunnen worden
- Heuristische waarde; hier gaat het om het kader van nieuwe bevindingen
- Toetsbaarheid; nauwkeurig opnieuw te toetsen
- Zuinigheid; theorie weinig permissen en aannames (of juist veel)? (hoe
minder (spaarzamer), hoe beter)
- Verenigbaarheid en integratie met andere kennis
Het meten van persoonlijkheid
1. S-data (self report) Zelfrapportage; vragenlijst
o Informatie die een persoon over zichzelf onthult, niet altijd accuraat,
maar meest gebruikte vorm voor persoonlijkheidsonderzoeken
2. O-data (observer report data) Observaties (door bekenden of getrainde
onderzoekers)
o Inter-raterraibility; meerere waarnemers kunnen de mate van
overeenstemming tussen waarnemers beoordelen
o Multiple social personalities; we tonen allemaal verschillende kanten
van onszelf aan verschillende mensen en situaties. Door meer
observeerders te hebben, worden alle aspecten van iemands
persoonlijkheid meegenomen
o Naturalisitc observations; registreren gebeurtenissen die zich in de
normale levensloop voordoen
o Artificial setting; deelnemers worden geïnstrueerd om taak uit te
voeren en dan kijken hoe zij zich gedragen
3. T-data (test data) Gestandaardiseerde testen (aan de hand van apparaten,
vragenlijsten of projectieve technieken)
o Funstional magnetic resonance imaging (fMRI); techniek waarbij
bepaalde hersengebeiden worden geïdentificeerd bij het uitvoeren
van bepaalde taken er wordt zo inzicht gegeven in de activiteit
van hersenregio’s die in verband staan met
persoonlijkheidskenmereken, intelligentie of psychopathologie
o Projectieve technieken; iemand krijgt een standaardprikkel en moet
vertellen wat diegene ziet (inktvlek); wat de persoon in de stimulus
, ziet, wordt geïnterpreteerd om iets over zijn persoonlijkheid te
onthullen
4. L-data (Life-outcome data) Levenskenmerken – die publiekelijk
beschikbaar zijn (zoals trouwen, opleidingsniveau, kinderen etc.)
Stabiele kenmerken of veranderlijke kenmerken Concentric ring
theory
-
Theorie 1: Psychoanalytische theorie (Freud)
- Het gaat hier om de onbewuste invloeden van de mens
- Deze theorie heeft een grote heuristische waarde, omdat het erg
vernieuwend was
- Volgens deze theorie is er een bepaalde structurele opbouw van
persoonlijkheid;
1. Id (volledig onbewust) – dit is de bron van de primitieve en biologische
impulsen (zoals seks en agressie)
o Het gaat vanuit het plezierprincipe; id is namelijk geneigd op
direct plezier (als ik het wil, dan wil ik het nu)
2. Ego (grotendeels bewust en voorbewust) – deze is meer realistisch en
reguleert tussen het Id en Superego (deze hebben veel conflict)
o Gaat vanuit het realiteitsprincipe; bevredigende driften (uit het
id) uitstellen tot een geschikter moment)
3. Superego (grotendeels voorbewust en deels onbewust) – dit zijn de
geïnternaliseerde normen en de ‘ideale-ik’ (ook wel het geweten)
o Gaat vanuit het gewetensfunctie ‘perfectionistisch’
- Persoonlijkheid is dus de interactie tussen id, ego en superego
-
- Het ego reguleert dus tussen het id en het superego, vanwege de vele
conflicten. Om dit te kunnen doen is er wel energie voor nodig, maar deze
kan ook weer opraken. Dan is er sprake van ego-depletie; uitputting van
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur maradejong9999. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.