Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Kernbegrippenlijst Fundamenten van de Psychologie - Marc Brysbaert druk 3 (cijfer 10) €5,92   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Kernbegrippenlijst Fundamenten van de Psychologie - Marc Brysbaert druk 3 (cijfer 10)

 45 vues  2 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

De kernbegrippenlijst van het vak Fundamenten van de Psychologie van de nieuwste druk van het boek. Dit is alle stof die je moet leren voor je tentamen! Met deze lijst heb ik een 10 gehaald.

Aperçu 3 sur 20  pages

  • Non
  • 1,3,4,5,6,7,9,10
  • 7 juillet 2023
  • 20
  • 2022/2023
  • Resume
avatar-seller
Begrippenlijst Fundamenten van
de Psychologie
Hoofdstuk 1
Psychologie (p. 12) is een wetenschap waarbij het gedrag bestudeerd wordt en waarbij de
gedragsevidentie gebruikt wordt om de interne processen te begrijpen die aan dat gedrag
ten grondslag liggen.

Wetenschappelijke revolutie (p.15) In Europa groeide In de 16e - 17e eeuw echter een
andere vorm van kennisvergaring, die uniek was In de wereld, namelijk de overtuiging dat
ware kennis gebaseerd is op systematische observatie en actief ingrijpen in de wereld. Dit
inzicht wordt In de geschiedenisboeken gewoonlijk de wetenschappelijke revolutie
genoemd.

Copernicaanse revolutie (p.16) het inzicht dat de aarde niet het centrum vormde van het
heelal

Evolutietheorie (p. 19) volgens deze theorie waren levende wezens het resultaat van een
aanpassingsproces aan veranderende omstandigheden. Binnen elke soort bestaan
aangeboren individuele verschillen, waardoor niet elke eigenschap in even grote mate
aanwezig is bij elk lid van de soort (genetische variatie). Eigenschappen die goed aansluiten
bij de omgeving, zorgen ervoor dat het individu goed gedijt en veel nakomelingen heeft.
Eigenschappen die niet goed aansluiten bij de omgeving, verminderende overlevings- en
voorplantingskansen van het individu (een principe dat nu bekend staat als natuurlijke
selectie).

Dualisme (p. 20) dualisme verwijst naar de overtuiging dat mensen uit twee onafhankelijke
elementen bestaan: een lichaam en een geest. De geest heeft een vrije wil (is dus niet
onderhevig aan de natuurwetten) en vormt de kern van het menselijk denken. Het lichaam is
niets meer dan een omhulsel van de geest en heeft geen enkele invloed op de geest.

Rationalisme (p. 21) het rationalisme stelt dat ware kennis gebaseerd is op de rede, die door
het toepassen van logica nieuwe informatie afleidt uit de bestaande.

Nativisme (p. 21) Nativisme verwijst naar de overtuiging dat de mens aangeboren kennis
heeft, die het uitgangspunt vormt van alle andere, afgeleide kennis

Empirisme (p. 21) volgens het empirisme wordt de inhoud van de geest niet gevormd door
aangeboren ideeën en afgeleide inzichten, maar via zintuigelijke ervaringen die met elkaar
geassocieerd worden. Een belangrijke grondlegger was John Lock en tijdgenoot Isaac
Newton

Introspectie (p. 22) het kijken naar het eigen bewustzijn van binnenuit.

,Structuralisme (p. 23) een stroming In de psychologie die op basis van introspectie de
structuur van het bewustzijn probeerde te ontdekken

Functionalisme (p. 24) is een stroming in de sociologie en culturele antropologie die uitgaat
van de veronderstelling dat sociale verschijnselen een bepaalde functie vervullen in de
samenleving en dat sociale verschijnselen onderling samenhang vertonen.


Behaviorisme (p. 25) een psychologische stroming waarin men het standpunt huldigt dat
enkel observeerbaar, meetbaar gedrag het onderwerp kan vormen van psychologisch
onderzoek en theorievorming

Positivisme (p. 25) bij de uitbouw van het behaviorisme werd Watson in hoge mate
geïnspireerd door het positivisme. Dit was een beweging die beweerde dat de
natuurwetenschappen de beste manier waren om de wereld te begrijpen en kennis te
genereren. Daarom was het van belang om te expliciteren wat de wetenschappelijke
methode precies inhield, zodat de methode beschikbaar kon worden gesteld aan nieuwe
disciplines.

Operationele definitie (p. 25) Een concept moet gedefinieerd worden in termen van
meetprocessen en concrete begrippen. Een normale definitie van bijv. honger is niet genoeg:
Gewonde definitie honger: ‘’het gevoel dat ontstaat wanneer een persoon of een dier niet
gegeten heeft’’.
Operationele definitie honger: ‘’het aantal uren dat het dier geen voedsel meer gekregen
heeft. Door het aantal uren zonder eten te specificeren kan het onderzoek herhaald worden.

S-R-psychologie (p. 26) het behaviorisme wordt dan ook vaak omschreven als een SR
psychologie: een stimulus lokt een respons uit

Psychoanalyse (p. 26) volgens deze theorie waren het bewustzijn en het gedrag slechts zeer
oppervlakkige fenomenen en lag de ware oorsprong van het ontstaan van
persoonlijkheidsverschillen en mentale stoornissen bij onbewuste krachten. (freud)

Hermeneutiek (p. 27) is de studie van de interpretatie van (geschreven) teksten, in het
bijzonder van teksten op het gebied van literatuur, religie en recht.

Cognitieve psychologie (p. 28) volgens deze stroming wordt informatie verwerkt In de
hersenen en kan men de mechanismen van de informatieverwerking bloot leggen door
gebruik te maken van de natuurwetenschappelijke methode

Biopsychosociaal model (p. 29) volgens dit model is alle functioneren het gevolg van 3
invloeden: een biologische, psychologische en een sociale. Men kan alleen maar een goed
beeld van een fenomeen krijgen als men aan alle 3 de invloeden aandacht besteed.

, Repliceerbaarheid (p32) Een onderzoek is repliceerbaar (oftewel herhaalbaar) als iemand
een onderzoek opnieuw uitvoert volgens dezelfde methode en op basis van de nieuwe data
dezelfde resultaten behaalt. Dit toont aan dat het onderzoek betrouwbaar is.

Psychologisering (p. 54) het toegenomen belang van de psychologische variabele en
verklaringen in menselijke relaties wordt de psychologisering van de maatschappij genoemd

Stereotype (p. 55) is een verzameling van simplistische en sterk veralgemenende
opvattingen over een groep van mensen, die niet op persoonlijke ervaringen gebaseerd zijn
en meestal een negatieve ondertoon hebben.

Hoofdstuk 3
Gewaarwording (p. 90) is de opname van simulatie uit de omgeving en het vertalen van deze
stimulatie in elektrochemische neurale signalen die naar de hersenen gestuurd kunnen
worden en daar omgezet in beelden, klanken, geuren, smaken.

Waarneming (p. 90) is het organiseren, interpreteren en begrijpen van de gewaarwording

Visuele agnosie (p. 91) een aandoening, waarbij de gewaarwordingen niet meer
geïnterpreteerd kunnen worden tot een betekenisvol geheel

Perceptuele constantie (p. 94) gelijkblijvende voorwerpen, ondanks voortdurende
veranderingen In het retinale beeld (mensen die weggaan worden niet kleiner, en deur die
opengaat blijft rechthoekig)

Proximale stimulus (p. 94) is het geheel aan fysische energie dat onze sensorische
receptoren stimuleert. Zo vormen de lichtgolven die onze Retina's bereiken een proximale
stimulus, evenals de geluidsgolven die onze trommelvliezen doen trillen. (=dichtbij)

Distale stimulus (p. 94) is het object In de buitenwereld dat de fysische energie (en dus de
proximale stimulus) produceert (=veraf)

Als jij naar het gezicht van je vriendin kijkt, dan is dat gezicht een distale stimulus, die
energie reflecteert. Het gereflecteerde licht dat je ogen binnendringt en je retina bereikt, is
je proximale stimulus.

Heuristisch interpretatieproces (p. 95) is het visuele systeem waarbij de meest
waarschijnlijke distale stimulus wordt berekend op basis van deze veronderstellingen en de
proximale stimulus

Visuele illusies (p. 96) verkeerde perceptie/waarneming. Bijna onmogelijk om te kijken
zonder te interpreteren. Het perceptueel systeem probeert de meest waarschijnlijke
stimulus te berekenen obv de informatie die binnenkomt via retina en maakt logische
veronderstellingen. (dus: je hersenen vullen het meest logische beeld in o.b.v. wat je ziet).

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur rachelremmerde. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,92. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

66579 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,92  2x  vendu
  • (0)
  Ajouter