1.2 Leerlingen betekenisvol in beweging zetten.
Tous les documents sur ce sujet (1)
Vendeur
S'abonner
lizhoeppe
Avis reçus
Aperçu du contenu
Woord Betekenis
Klashouden Veronderstelt zowel het plannen als het organiseren en controleren
van activiteiten die leiden tot leren.
Didactische componenten Leerdoelen, leerstof en werkvormen.
Management Gericht op het creëren van de voorwaarden om te leren. Versturen
en versterken van taakgericht gedrag. De organisatie van ruimte, de
tijd en het klimaat (orde).
De multidemensionaliteit Heterogene samenstelling van de klas. Het kiezen van de juiste
leerstof, de aangepaste oefening en de meest geschikte werkvorm.
Simultaan gedrag Verwijst naar de vaardigheid van de leraar om meerdere zaken
gelijktijdig af te handelen.
De efficiënte leraar Biedt taken aan die uitdagend en afwisselend zijn. Het oefenen van
steeds dezelfde activiteiten in dezelfde vorm leidt tot verveling.
Opdrachten die te gemakkelijk of te moeilijk zijn worden niet
aanvaard en geven aanleiding tot storende acties of
ontsnappingsgedrag.
Vaardige leraar-manager Beklemtoont voornamelijk het taakgerichte gedrag van de
leerlingen te stimuleren, en niet zozeer het storend gedrag
aanpakken. Efficiënt managen heeft meer te maken met
voorkomen dan met genezen.
Actieve leertijd Word opgedeeld in de leertijd die voorzien is (door de leraar) en de
tijd die de leerling aan de taak wil besteden. Actieve leertijd houdt
in dat de leerlingen actief bezig zijn met relevante leeractiviteiten,
en met een zekere graad van succes, zodat leren mogelijk word.
Benodigde leertijd Afhankelijk van de bekwaamheid van de leerling en van de leraar.
Push Hoort huis bij gesloten relaties die zijn gebaseerd op gezag, op
superioriteit, autoriteit en afstand. De hogergeplaatste geeft
opdrachten die de lager geplaatsten stipt en ordelijk uitvoeren. In
Nederland zien we bijna geen school meer die kiest voor een push-
aanpak. Gebaseerd op macht.
Pull Hoort bij relaties waarin er wel degelijk verschil is tussen de rollen
van betrokkenen, maar die rollen minder strikt zijn gedefinieerd in
termen van macht en aanzicht. Met andere woorden: de rollen
verschillen, maar de mensen ervaren elkaar als gelijkwaardig.
Gebaseerd op gelijkwaardigheid.
Referentiele laag De inhoud en feiten.
Relationele laag Hoe je de anderen ziet, hoe je de rolverhouding tussen jullie opvat.
Expressieve laag Het beeld dat je van je zelf hebt en uitdraagt.
Appellerende laag Wat jij graag wilt dat de ontvanger doet of laat of voelt.
Fundamentele attributiefout Gedrag van ons zelf verklaren we door te wijzen naar de situatie,
gedrag van anderen verklaren we door te verwijzen naar hun
karakter.
Reciprociteit Wederkerigheid, reciprociteit heeft als resultaat dat je de impact
van je eigen gedrag terugziet in het handelen van de ander.
Reflexief systeem Regelt alledaagse handelingen zoals lopen, herkennen, ademen
etc.
Bewust systeem Zaken zoals logisch redeneren, doelen stellen en keuzes maken.
Kennistoets blok 1.2 Mijn professionele ontwikkeling 2022-2023 Woordenlijst
Behets, D. (2011), Didactiek van het bewegingsonderwijs. Den Haag: Acco.
, Woord Betekenis
Halo-effect Aantrekkelijke mensen hebben een streepje voor. In de klas krijgen
kinderen die er mooi uitzien hogere punten dan minder mooie. Als
een aantrekkelijke leerling iets stoms doet, heeft hij zijn dag niet.
En als een onaantrekkelijke leerlingen hetzelfde doet? Zie je wel,
die deugt niet.
Pygmalion-effect Als je als docent verwacht dat iemand intelligent is, zal zon leerling
ook beter presteren. Onbewust moedig je deze leerlingen aan om
te groeien. Even onbewust ontmoedig je leerlingen van wie je
denkt dat zij minderen capaciteiten hebben.
Confirmation Bias We zien wat we willen zien en horen wat we willen horen. Als je
eenmaal gelooft dat een leerling slecht gaat presteren, dan zie je
beter wat er allemaal niet goed gaat en onthoud je minder goed
wat er wel goed gaat.
Motivated reasoning We besteden meer aandacht aan argumenten die ons standpunt
ondersteunen, dan aan argumenten die daarmee strijdig zijn. Je
zult harder twijfelen aan het waarheidsgehalte van een verhaal van
een leerling die je niet mag dan van iemand die je wel mag.
Self-fulfilling prophecy Docenten die diep in hun hart geloven dat zij de klas niet kunnen
boeien of in de hand kunnen houden, zullen die non-verbaal
uitstralen – met alle gevolgen van dien.
Co-actief communiceren Gaat over het in praktijk brengen van Grote Woorden, respect,
openheid, veiligheid en zelfvertrouwen.
Incongruent Dreigt dat je straf gaat geven, maar staat er zelf bij als een
ingeslagen hond. Wat je zegt komt niet overeen met wat je
uitstraalt.
Geert, W., & Van Kralingen, R. (2020). Handboek voor leraren. Bussem: Uitgeverij Couthino.
Woord Betekenis
Continu signaal Doorgaande lijn in de les. Een continu signaal draagt bij aan het
voorkomen van ordeproblemen.
Obergedrag Leerlingen bepalen het gedrag van jouw als docent.
Overlappen Bij het overlappen gaat het erom de vaart in de les te houden en
tegelijkertijd de orde te handhaven.
Leerling gestuurd overlappen Als je bezig bent met de ene projectgroep moet je ook een oogje
houden bij de andere projectgroepen.
Leerling Treedt op als de leerling daadwerkelijk verantwoordelijkheid neemt
verantwoordelijkheid voor zijn eigen leer- en werkproces. Als je dat weet te bereiken, is
van ordeverstoringen nauwelijks meer sprake.
Delegeren Als je wilt dat leerlingen verantwoordelijkheid nemen voor hun
taken, moeten ze ook taken hebben om verantwoordelijk voor te
zijn. Je zult dus bepaalde taken aan hen moeten delegeren.
Responsief reageren Aansluiten bij het gedrag van de leerling.
Ontwikkelingsstereotiep Mijn klas zal wel geïnteresseerd zijn in dit of dat. We plakken een
denken leeftijdsgroep dan al gauw een etiket op.
, Woord Betekenis
7 fase directe 1. Aandacht richten op lesdoelen en voorkennis activeren.
instructiemodel 2. Informatie of uitleg geven.
3. Controleren of de belangrijkste begrippen zijn overgekomen.
4. Instructie geven op zelfwerkzaamheid.
5. Onder begeleiding oefenen.
6. Zelfstandig oefenen.
7. Afsluiten op kernbegrippen en vooruitblikken op nieuwe leerstof.
Geert, W., & Van Kralingen, R. (2020). Handboek voor leraren. Bussem: Uitgeverij Couthino.
Pedagogische leerklimaat, artikel over zone van naaste ontwikkeling.
Woord Betekenis
Zone van naaste De zone van naaste ontwikkeling is het aanspreken van het kind op
ontwikkeling een niveau dat net buiten bereik is van wat een kind op eigen
kracht kan. (ZNO) Waar een kind hulp bij nodig heeft.
Zone van actuele Wat een kind zelfstandig kan.
ontwikkeling
Paniek zone Als iets te moeilijk is en het niet uitgevoerd kan worden.
Woltjer, G., & Janssens, H. (2019). Hoe ga je om met kinderen op school en met hun ouders?
Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers.
Woord Betekenis
Relationele ontwikkeling Alle ontwikkeling en leren vindt plaats in relatie met de omgeving.
Een goede relatie vormt de basis voor een goed functionerende
leerling, effectief onderwijs en optimale leeropbrengsten.
Een goede relatie Acceptatie, ondersteuning en betrokkenheid.
Gevoel van relatie Het gevoel van verbondenheid en zich gewaardeerd en
gerespecteerd voelen.
Gevoel van competentie Weten dat je het kunt.
Gevoel van autonomie Onafhankelijkheid; je kunt invloed uitoefenen op datgene wat je
doet.
Zelfdeterminatietheorie Gaat ervan uit dat elke persoon op zijn eigen manier een sterke
behoefte heeft de wereld te verkennen en te begrijpen. Deze
behoefte creëren met elkaar de intrinsieke motivatie om je te
ontwikkelen als mens. Worden deze niet of onvoldoende ingevuld,
dan wordt de basis voor goed functioneren en effectief onderwijs
verkleind.
Zelfbeeld Het beeld dat een kind heeft van zijn eigenschappen, talenten,
houdingen die hem naar zijn idee maken tot wie hij is. De reacties
van de omgeving spelen een belangrijke rol bij het ontstaan van
het zelfbeeld.
Opmerking van omgeving Zelfbeeld van kind Gedrag en
gevoel van kind
‘Ik ben de moeite waard.’ Bestaat uit vier aspecten.
1. Een emotioneel aspect = ik voel me veilig, heb vertrouwen en
voel zekerheid.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lizhoeppe. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.