BEZONKEN ROOD – JEROEN
BROUWERS
JEROEN BROUWERS
- 30 april 1940 – 11 mei 2004
- Maastricht, Nederland
- Schrijver, journalist, essayist
- Jappenkamp
- Andere boeken: het verzonkene, cliënt E. Busken, de laatste deur
- Literatuurprijzen: boekenbon, fintro, gouden uil 2x
BEZONKEN ROOD
- Autobiografische oorlogsroman
- 1981
- hij beschrijft zijn verhaal heen en weer over de tijdlijn en met verschillende terugkomende zinnen als
leidraad. Hij vergelijkt het ook vaak met een toneel. Uit het verhaal wordt duidelijk dat Jeroen een
moeilijke man is, door zijn verleden weliswaar. Hij kan niet voelen, en draagt veel haat, naar zijn
moeder toe en vrouwen in het algemeen.
- Reden: verwerken dood van zijn mama (✝ 1981)
- Personages: Jeroen, mama (Henriette Maria Elisabeth), Liza, zus, grootmoeder, papa, 2 broers,
grootvader (componist Van Maaren), Ger Verrips (schrijver), Kenitji Sone (kampcommandant)
- Locaties: Exel - NL (waar J verneemt dat zijn mama gestorven is), stadje *** (ontmoeting Liza), Tjideng
(Jappenkamp in Batavia), Tjitaroemweg 7 (woonplaats Jeroen en familie in Tjideng)
- Titel: “Bezonken” omdat hij ergens in het verhaal vermeld dat hij door het opschrijven van dit verhaal
zijn herinneringen kan laten bezinken en er niet meer aan terug moet denken hierna, “Rood” voor het
bloed die heeft gevloeid in de kampen, de bol op de Japanse vlag en een van de kleuren van Lisa’s
lichaam
- Tijd: tweede wereldoorlog, “huidig (1981)”
- Genre: autobiografische psychologische oorlogsroman
- Stroming: romantiek, existentialisme, neorealisme, psychologische realisme, postmodernisme
- Thema: (gebroken) moeder-zoon relatie
- Literatuur
HOOFDSTUK 1
Jeroen (41) krijgt telefoon dat zijn mama is gestorven. Op de grond, met een boterham in haar hand en mond.
Hij wil luidop voorlezen als een soort hommage voor haar uit een boekje waarmee ze hem heeft leren lezen in
het Jappenkamp. Hij woont de crematie niet bij.
HOOFDSTUK 2
Hij staat naakt aan het raam met de telefoon in zijn hand. Bij het vernemen van het nieuws pakt hij zijn doosje
pilletjes, voor angstaanvallen. Hij laat alle pilletjes vallen. Er blijven er een paar zitten in zijn geslachtshaar.
HOOFDSTUK 3