Resume
Samenvatting Definitielijst en belangrijke begrippen
- Cours
- Verbintenissenrecht
- Établissement
- Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Definitielijst met alle belangrijke begrippen uit de boeken van S. STIJNS en uit de lessen.
[Montrer plus]
Vendeur
S'abonner
Aperçu du contenu
Verbintenissenrecht boek 1 def/ belangrijke elementenVermogensrechtelijke verbintenis = Rechtsband tussen 2 of meer personen, ontstaan
krachtens de wet ingevolge een eenzijdige of meerzijdige rechtshandeling of ingevolge een
andere menselijke gedraging, op grond waarvan de ene jegens de andere (SE en SA) in geld
waardeerbare en juridische afdwingbare aanspraken kan doen gelden.
(Heeft in geld waardeerbare afspraken tot voorwerp)
Wederkerig contract = contract dat minstens 2 verbintenissen doet ontstaan, waarbij elke
partij tegelijk SE en SA is (vb. koopcontract: leveringsverbintenis en betalingsverbintenis).
Vorderingsrecht = Een rechtsbetrekking waarbij de ene persoon aanspraak kan maken op
een bepaalde gedraging van een andere persoon (iets doen, iets niet doen of iets geven).
Zakelijk recht = Vestigt een rechtsbetrekking tussen 1 of meerdere personen en een zaak, de
titularis van een zakelijk recht verkrijgt hierdoor een zeggenschap over de zaak.
Rechtshandelingen = Menselijke handelingen die erop gericht zijn rechtsgevolgen te doen
ontstaan.
Eenzijdige rechtshandeling = Rechtshandeling die de wilsuiting van slechts 1 persoon
veronderstelt (vb. een aanbod).
Meerzijdige rechtshandeling = Rechtshandeling die uitgaat van een wilsuiting van minstens 2
personen.
Oneigenlijke contracten= quasi-contracten = Vrijwillige daden van de mens, waaruit enige
verbintenis ontstaat jegens een derde, en soms een wederzijdse verbintenis voor beiden.
(vb. zaakwaarneming) zie art 1371 BW
Verplichting om iets te geven = De overdracht van het eigendomsrecht of van een ander
zakelijk recht op een roerend of onroerend goed.
Species = Specifieke zaken.
Genus = Soortzaken.
Resultaatsverbintenis = Verbintenis waarbij de SA zich ertoe verbindt een bepaald resultaat
te bereiken, blijft hij in gebreke, dan volstaat het voor de SE om de verbintenis en het
uitblijven van het resultaat te bewijzen (vb. verb. ve garagist om auto te herstellen).
1
,Inspanningsverbintenis = Verbintenis waarbij de SA zich ertoe verbindt om de nodige
inspanningen te leveren of om bepaalde middelen aan te wenden om een gewenst resultaat
te bereiken, zonder te beloven erin te zullen slagen. Hier moet de SE bewijzen dat de SA niet
alle nodige inspanningen heeft geleverd. (vb. verb. ve dokter om patiënt te behandelen)
Gerechtelijke vervanging = De SE kan machtiging vragen aan de rechter om de prestatie, op
kosten van de schuldenaar, door een derde te laten uitvoeren.
Overeenkomst = Een op wilsovereenstemming of consensus berustende meerzijdige
rechtshandeling waarbij een of meer partijen jegens een of meer anderen, dan wel over en
weer, juridisch bindende verbintenissen aangaan.
Internationale OVK/ verdragen = Afspraken tussen soevereine internationaalrechtelijke
rechtspersonen of Staten.
Publiekrechtelijke OVK = Alle andere afspraken tussen overheden binnen eenzelfde Staat
(vb. gemeenten, gewesten…)
Gewone OVK met de OVHD = De overheid treedt op zoals een particulier en sluit, op voet
van gelijkheid met de particuliere contractpartij, overeenkomsten af (vb. koopcontracten).
Administratieve OVK = De overheid treedt op “als overheid”, met name vanuit een positie
van boven geschiktheid, en heeft de rechtstreekse behartiging van het algemeen belang op
het oog (vb. administratieve concessies over distributie van water of gas).
Beleid OVK = Overheid kiest vanuit haar bovengeschikte positie, algemene of sectoriële
beleidsopties en wil in samenwerking met een particulier dit beleid formuleren en/ of ten
uitvoer leggen. Met het oog op de verwezenlijking van een bepaald beleidsobjectief zal aan
een particuliere contractpartij concrete verplichtingen opleggen (vb. verrichten van
investeringen, scheppen van werkgelegenheid…) in ruil daarvoor doet de ovhd bepaalde
toezeggingen (vb. staat subsidies toe).
Beheerscontract = Een overeenkomst die de Staat en een autonoom overheidsbedrijf op
voet van gelijkheid sluiten. Het beoogt de bijzondere regels en voorwaarden te bepalen
waaronder het bedrijf zijn taken van openbare dienst vervult die het door de wet zijn
toevertrouwd.
Consensuele contracten = Contracten komen tot stand door de loutere toestemming van de
partijen, zonder formaliteiten.
Zakelijke contracten = Contracten komen slechts geldig tot stand doordat, naast het
consensus, ook het voorwerp van het contract aan de schuldeiser wordt overhandigd
(vb. bruiklening).
Plechtige contracten = Contracten waarvan de geldigheid aan bepaalde vormvereisten is
onderworpen (vb. schenking)
2
,Eenzijdige rechtshandeling = Rechtshandeling waar maar 1 wilsuiting voor nodig is, m.a.w.
een handeling waar er alleen ten laste van 1 partij verbintenissen ontstaan (vb. bruiklening).
Meerzijdige overeenkomst = Overeenkomst waar contractanten zich over en weer jegens
elkaar verbinden zodat er van bij de aanvang verbintenissen ontstaan voor elke partij (vb.
huur).
Ontbindingsrecht = SE mag een gerechtelijke ontbinding van de overeenkomst vorderen.
Onvolmaakte wederkerige OVK = Een eenzijdige OVK waarbij in de loop van hun bestaan,
een verbintenis ontstaat ten laste van de wederpartij, waardoor ze een wederkerige OVK
worden.
Restrictieve of beperkende interpretatie = Interpretatie waarbij het toepassingsgebied van
het beding bewust wordt ingekrompen.
Marginale toetsing = De rechter oordeelt niet over de inhoud van het besluit/OVK maar kijkt
alleen of het op de juiste manier tot stand is gekomen. Ze heeft een terughoudende werking.
Proportionaliteitscriterium = Er is rechtsmisbruik wanneer het gediende belang buiten
verhouding staat tot het geschade belang.
Generiek criterium = De uitoefening van een recht op een wijze die kennelijk de grenzen te
buiten gaat van de normale uitoefening van dat recht door een voorzichtig en bezorgd
persoon getuigt van rechtsmisbruik.
Voorwaarden rechtsmisbruik: - exclusief oogmerk om een ander te schaden
- handelen zonder motief of zonder voldoende belang
- tussen verschillende handelswijzen de schadelijkst kiezen
- proportionaliteitscriteria
Matigingsbevoegdheid van de rechter = Bevoegdheid van de rechter om een aangepaste
sanctie op te leggen, aangepast aan de aard en de vorm van het rechtsmisbruik.
Uitdrukkelijke wilsuiting = Wanneer de wilsuiting blijkt uit een handeling die speciaal wordt
verricht om de wil tot uiting te brengen, m.a.w. een doelgerichte handeling.
Stilzwijgende of impliciete wilsuiting = Wilsuiting die niet blijkt uit een doelgerichte
handeling, maar men deze kan afleiden uit een gedraging (handelen of stilzitten) die voor
geen andere interpretatie vatbaar is en die noodzakelijk de wil om te contracteren insluit.
Volwaardige wilsuiting = Wilsuiting die uitgaat van een persoon die in staat is de gevolgen
van zijn daden te overzien. Het moet gaan om een vrije en bewuste wil.
Gerichte wilsuiting = Wilsuiting die gericht is tot de persoon met wie men wenst te
contracteren of tot de vertegenwoordiger van die persoon (enkel zo kunnen aanbod en
aanvaarding elkaar ontmoeten).
3
, Problemen rond wilsovereenstemming = De wilsgebreken, de afwezigheid van toestemming
en de dicrepantie tussen de werkelijke en de verklaarde wil zijn de drie elementen hiervan.
Wilsgebreken = In geval van een wilsgebrek is de werkelijke wil aangetast omdat hij gevormd
is onder invloed van een verkeerde voorstelling van zaken of onder druk van een externe
factor, m.a.w. de wil is dus niet volwaardig omdat het vrij karakter of het bewust karakter
ontbreekt.
Culpa in contrahendo/ precontractuele aansprakelijkheid = Leer van de precontractuele fase,
een fout in het contracteren.
- fout
- schade
- oorzakelijk verband
Discrepantie = Situatie waarin twee zaken niet met elkaar overeenstemmen.
Dwaling = De verkeerde voorstelling hebben van de werkelijkheid.
- moet op het ogenblik van de contractsluiting zijn
- moet gaan om essentiële/ substantiële dwaling
- moet verschoonbaar zijn
Verschoonbaar = De dwalende partij kan de vernietiging van het contract maar bekomen
indien ook een redelijk persoon in gelijkaardige omstandigheden zou hebben gedwaald.
Wilsverhinderde dwaling = Dwaling die over een doorslaggevend element van de
overeenkomst gaat.
Bedrog = Is een ander woord voor bedrieglijk handelen, met name indien er bij een ander op
listige wijze een onjuiste voorstelling van zaken wordt opgewekt.
- aanwenden van kunstgrepen
- bedrog van de medecontractant en niet van een derde
- doelbewust en TKT
- moet om hoofdbedrog gaan
Geweld of dwang = Het uitoefenen van een fysieke of morele dwang, minstens uit de
dreiging ermee, ten aanzien van de persoon van de medecontractant, zijn eer of zijn
vermogen, dan wel ten aanzien van zijn echtgenoot of zijn bloedverwanten.
- onrechtmatig/ ongeoorloofd
- determinerend/ doorslaggevend
- dadelijke vrees voor aanzienlijke kwaad
Benadeling = Wanneer er bij een overeenkomst onder bezwarende titel, die ook vergeldend
is, een aanzienlijk onevenwicht bestaat tussen de wederzijds bedongen prestaties, m.a.w.
een economisch evenwicht tussen de verbintenissen.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur asRKUL123. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.
Peut-on faire confiance à Stuvia ?
4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)
72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours
Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans