0. Intro en mgmt begrippen
• Kernconcepten mgmt → organisaties (gekenmerkt door samenwerking), doel (gewenste staat) en mgmt
• Organisatie performance → efficiëntie (min mogelijk middelen) & effectiviteit (doeltrefendheid ongeacht hoe)
• 3 niveaus van mgmt: (hoe hoger mgmt functie, hoe belangrijker conceptuele skills en minder technische skills)
o Non-mgmt → uitvoerende taken
o First-line managers → uitvoerend team controleren op dagdagelijkse/operationele activiteiten
o Middle managers → superviseren first-line → department verantwoordelijke (budgetten, coachen, …)
o Top managers (C-level) → monitoren middle → organisatorische doelen → cross-departemental resp.
• 4 mgmt-functies (POLC)
o Planning → identificeren en selecteren van doelen en acties (welke doelen, hoe en welke middelen?)
o Organiseren → structuur van samenwerken en relaties uittekenen (organigram)
→ groeperen in departementen, uitzetten van verantwoordelijkheden en autoriteit
o Leiden → hele org. op 1 lijn krijgen voor behalen doelen door bepalen richting (visie) en gebruiken van
macht, overtuigingskracht, beïnvloeding en communicatievaardigheid → doel: motivatie en inzet WN’s
o Controleren → evalueren of doelen bereikt (meten van prestaties) en indien nodig corrigeren
→ monitoren WN, departement of org. → nemen van maatregelen (bestraffing en change mgmt)
• Stakeholder (belanghebbende) VS Shareholder (AH’s) & mgmt VS RvB → struggle for power
o Principle agent problem → inherent conflict mgmt. & RvB (verkozen door AH’s) → dividend VS OR
→ oplossing: mgmt deels uitbetaald in aandelenopties
▪ Conflict wordt versterkt door: verschillende doelen, formele org. en balans in macht
→ oplossing: corporate governance → mgmt misdroeg zich → transparantie in financiële rapportering
• Trends & uitdagingen in mgmt
o Trends: downsizing (elimineren van jobs), empowerment (taakverrijking) & self-managing teams
o Uitdagingen: meer internationale org.’s, competitief voordeel, ethiek (verschillende niveaus), teams
worden diverser, groot aantal stakeholders en complexe instituties, nieuwe technologieën
• Strategische planning (mgmt verantwoordelijk voor planningsproces) → set van plannen voor doel = strategie
o Hiërarchie strategisch plan: (=proces doelen gedefinieerd, strategie tot stand en plannen ontwikkeld)
▪ Missie (waar voor staan en waarom bestaan)
▪ Visie (waarvoor gaan)
Strategisch plan
▪ Waarden (waarin geloven)
▪ Strategische doelstellingen (wat moeten doen voor doel)
▪ Doelstellingen (specifieke resultaten)
Actieplan ▪ Actieplannen (geplande acties)
▪ Performance measures (success indicator)
o 3 fasen in planningsproces (continu proces)
▪ Bepaal de business (missie en doelen)
▪ Strategie formulering (analyseer situatie & ontwikkel strategie)
▪ Strategie implementering (middelen en verantwoordelijkheden alloceren)
o 3 planning levels
▪ Corporate level → top mgmt → op welke markten actief → raamwerk andere planning
▪ Business-level → departementele doelen (BU) → competitieve strategie
▪ Functioneel niveau → managers in departementen → waarde toevoegen aan org.
o Kenmerken van plannen → KT (<1J – functioneel), mid.LT (1-3J – middel mgmt) of LT (3-5J – C-level)
• Mgmt besluitvorming (= proces waarbij mgmt reageert op opportuniteiten en bedreigingen)
o Klassieke model → voorschrijvend model → gaat van uit dat mgmt alle info heeft en zo optimale
beslissing neemt door rangschikking van alternatieven → echter niet alle info (human science)
o Administratief model → ziet besluitvorming als risocovol → bounded rationality: mgmt onmogelijk alle
info in overweging nemen → onvolledige info, waardoor niet alle alternatieven (satisficing behavior)
→ redenen onvolledigheid: onzekerheid, ambiguïteit, tijd en kosten
o Stappen besluitvorming: nood besluit, kader probleem, creëer alternatieven, kies, implementeer & leer
o Evalueer alternatieven: ethisch, legaal, economisch & praktisch?
,1. Concept strategie (= proces/plan om doelstellingen te realiseren)
• Rol van strategie in succes → 4 eigenschappen strategie die leidt tot succes:
o Eenvoudige-, consistente- & LT-doelstellingen
o Kennis van concurrentiele omgeving
o Objectieve beoordeling van bronnen/middelen
o Effectieve implementatie
• Geschiedenis van strategie
o Onderscheid van tactiek (=schema voor specifieke actie)
→ strategie geeft richting en doel (=algemene plan om gewenst doel te bereiken)
o 5 fasen in evolutie strategisch mgmt (afgelopen 60J)
▪ Financiële budgettering (1950) → door beperkte budgetten focus op objectieve budgetten
▪ Bedrijfsplanning (1960) → booming 60’s wou veel zaken doen, maar niet alles tegelijk → plan
▪ Opkomst strategisch mgmt (1970) → focus bedrijfsstrategie (industrie-analyse & positionering)
▪ Zoektocht naar concurrentievoordeel (1990) → creëren CV a.d.h.v. R&C
▪ Aanpassing aan turbulentie (2000 - heden) → benutten technologie, flexibilitiet, innovatie, …
• Strategie vandaag
o Def. = proces (plan/methode) van toewijzen van middelen om LT-doelstellingen te realiseren
→ kenmerken: bereiken van doel, allocatie van middelen, consistentie, integratie en cohesie
→ echter shift door complexe & onvoorspelbare bedrijfswereld → (strategy as a plan → as a direction)
(minder bezig met gedetailleerde plannen, meer met zoektocht naar succes → doelstellingen)
o Corporate- VS business strategie (bronnen van hogere winstgevendheid → doel niet altijd winst)
▪ Corporate → industrie aantrekkelijkheid → (waar) in welke markt actief? → corporate level
▪ Business (competetitive) → competitief voordeel → (hoe) concurreren? → business level
o Strategie als positioning of als direction
▪ As positioning → corporate- & business strategie → focus op heden
▪ As direction → visie, missie & specifieke performance targets → focus op toekomst
o Identificeren van strategie
▪ Waar strategie terug te vinden? → vaak confidentieel → toch waarde van het delen
o Hoe wordt strategie gemaakt? (design VS emergence) → 3 vormen:
▪ Intended = o.b.v. overleg, onderhandelingen, rationele analyse en compromissen
▪ Realized = de effectieve geïmplementeerde strategie (slechts gedeeltelijk de intended)
▪ Emergent = mgmt dat intended aanpast aan externe omstandigheden
→ echter: planned emergence (combinatie rationele design en decentralized adaption)
o Rol van strategie
▪ Als ondersteuning besluitvorming → verbeterd de kwaliteit van beslissingen
▪ Als coördinatie/communicatie apparaat → zorgt voor consistentie en eenheid
▪ Als doel → zorgt voor betere prestaties door hogere doelen te zetten
▪ Als animatie en oriëntatie → motiveert en mobiliseert
o Winst (profit) & hoger doel (purpose) → winst is slechts middel om hoger doel te bereiken → missie
→ puur winst streven faalt vaak als doel → nood aan motivatie en raison d’être (sense of purpose)
, o CSR = verantwoordelijkheden die verder gaan dan de directe belangen van de AH’s
→ Milton Friedman → zag CSR als onwenselijk → slechts 1 verantwoordelijkheid bedrijf: winst maken
▪ Shareholder interest → max. winstcreatie → firm as a property van AH’s
→ Echter meer en meer CSR/MVO in bedrijfswereld → stakeholder interest → firm as a social entity
▪ Ethiek = set van waarden en normen die het menselijk handelen bepalen
(maatschappelijk-, persoonlijk- & professionele ethiek) → mgmt verantwoordelijkheid ruimer
▪ 3 stromen/decennia:
• Eerste 10J → waarom? → normatieve- & instrumentele stroming
• 2de decennium → Hoe? → reden maakt niet uit (2), zolang maar doen (6 dia 7)
• 3de decennium → zodat bijdraagt aan competitief voordeel (verplichting/engagement)
▪ Pyramide van CSR → elke beslissing moet afgetoetst worden aan:
• Economische verantw. → wat vereist wordt door AH’s (winstgevendheid)
• Juridische verantw. → wat vereist wordt door wetgeving
• Ethische verantw. → wat verwacht wordt om ethisch te zijn
• Filantropische verantw. → wat gewenst wordt om goed mens te zijn → perifere CSR
→ vaak niets te maken met organisatie (bv. sponsor goed doel, …) → image building
▪ 4 niveaus van verantwoordelijkheid: (low → high)
• Obstruction resp. → niet MVO, onwettig, onethisch & geen rekening stakeholders
• Defensive resp. → wat wettelijk verwacht wordt, AH > stakeholdersbelang
• Accomodative resp. → op wetgeving anticiperen & belangen stakeholders balanceren
• Proactive resp. → mgmt omarmt maatschappelijke opdracht, proactief stakeholders
▪ Filmpje IBM over CSR → resultaten en wat te doen
o Strategie in wiens belang?
▪ Stakeholder approach = bedrijf is coalitie van belangengroepen, waarbij top-mgmt deze
belangen moet balanceren (stakeholder mgmt)
→ stakeholder analyse = handige tool voor identificeren & prioriteren van stakeholders noden
1) Identificeer potentiële stakeholders
2) Rangschik o.b.v. belang
3) Identificeer criteria waarmee stakeholder prestatie zal beoordelen
4) Ga na hoe goed org. het doet vanuit stakeholder perspectief
5) Wat doen om stakeholders tevreden te stellen?
6) Leg LT punten vast met individuele stakeholders en de hele groep
o Stakeholder power/interest grid → kader voor identificeren belangen stakeholders en hun macht
▪ Stakeholder interest → mate van interesse in een bepaalde org. of opbrengst
▪ Stakeholder power → mogelijkheid om invloed uit te oefenen op org. of hun opbrengsten
Interesse
laag - hoog
Crowd Subjects
hoog - laag
Power
(monitoren) (informeren)
Context setters Players
(tevreden houden) (closely managen)
→ Afhank. van positie verschillende approaches:
• Crowd → monitoren (minimale inspanning)
• Context setters → tevreden houden, maar niet teveel doen zodat niet verveeld raken
• Subjects → geïnformeerd houden en zorg dat geen problemen ontstaan (behulpzame groep)
• Players → closely managen (volledig betrekken en alles doen om hen tevreden te stellen)
• Basiskader → strategie als schakel tussen onderneming en haar omgeving → strategische fit