Hoofdstuk 1: Het ondernemingsrecht
1 Het recht voor vennootschappen
▪ We kunnen het ondernemingsrecht opsplitsen in 2 zaken:
₋ Het economisch recht
₋ Het vennootschaps – en verenigingswerk
▪ Voor het sociaalrecht bekijken we:
₋ Het arbeidsrecht
2 Bronnen van ondernemingsrecht
▪ Wetgeving
₋ Nationale wetgeving
₋ Internationale wetgeving
▪ Rechtspraak
₋ Rechtbanken spreken vonnissen uit
₋ Hoven spreken arresten uit
₋ De ondernemingsrechtbank en Hof van Beroep zijn bevoegd
▪ Rechtsleer
₋ Studies geschreven door rechtsgeleerden
₋ Niet bindend
₋ Niet dwingend
₋ Het is een geheel van wetenschappelijke publicaties over juridische aangelegenheden
Handboeken
Proefschriften
Artikels
Commentaren bij rechtspraak in juridisch tijdschrift
▪ Gewoonte
₋ Herhaalde handelswijzen die als algemeen verbindend worden aanvaard
₋ Een set van ongeschreven rechtsregels
3 Nationale wetgeving
3.1 Wetboek van Economisch Recht = WER
▪ Het ondernemingsrecht
₋ Wat is een onderneming
₋ Hoe wordt een onderneming opgericht
▪ De insolventie – en het faillissementsrecht
₋ Doorstoot van een onderneming
₋ Beëindigen van een onderneming
▪ Inhoud van het Wetboek Economisch Recht
₋ Boek I: Definities
₋ Boek II: Algemene beginselen
₋ Boek III: Vrijheid van vestiging, dienstverlening en algemene verplichtingen van onderneming
₋ Boek XXX: Insolventie van de ondernemingen
Deel 1: Ondernemingsrecht 1
,3.2 Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen = WVV
▪ Recent gewijzigd sinds 2019
▪ Eerste belangrijke wijziging
₋ Een BVBA werd gewijzigd naar een BV
₋ Een BV kan opgericht worden door één persoon en er is geen startkapitaal meer nodig
₋ Een BV wordt vaak verkozen boven éénmanszaak, want er is beperkte aansprakelijkheid
▪ Tweede belangrijke wijziging
₋ Vermindering van 17 soorten vennootschappen naar 4 vennootschappen
▪ Inhoud van het Wetboek Vennootschappen en Verenigingen
₋ Boek 1: Inleidende bepalingen
₋ Boek 2: Bepalingen gemeenschappelijk aan rechtspersonen geregeld in dit wetboek
₋ Boek 3: De jaarrekening
₋ Boek 4: De maatschap, de vennootschap onder firma en commanditaire vennootschap
₋ Boek 5: De besloten vennootschap
₋ Boek 6: De coöperatieve vennootschap
₋ Boek 7: De naamloze vennootschap
₋ Boek 8: De erkenning van vennootschappen
₋ Boek 9: De VZW
4 De hervorming van ondernemingsrecht
▪ Op 01/05/2018 was er een hervorming van het insolventierecht
▪ Op 01/11/2018 was er een hervorming van het ondernemingsrecht
▪ Op 01/05/2019 was er een hervorming van het vennootschaps – en verenigingsrecht
₋ De wet is van toepassing op nieuwe entiteiten vanaf 1 mei 2019
₋ De dwingende bepalingen zijn van toepassing op bestaande entiteiten vanaf 1 januari 2020
₋ Alle bepalingen zijn van toepassing op bestaande entiteiten vanaf 1 januari 2024
5 De ondernemingsrechtbank
5.1 Beschrijving
▪ Ondernemingsrechtbank is gespecialiseerde rechtbank voor geschillen tussen ondernemingen
▪ Er is een ondernemingsrechtbank in elk rechtsgebied van een hof van beroep
▪ België telt in totaal 9 ondernemingsrechtbanken
▪ Ondernemingsrechtbank kan één of meerdere afdelingen hebben
5.2 Kamers en samenstelling
▪ Elke ondernemingsrechtbank heeft één of meerdere kamers. In elke kamer zetelen:
₋ Één beroepsrechter
₋ Twee rechters in ondernemingszaken, ook wel lekenrechters genoemd
Dit zijn geen beroepsrechters, maar wel ondernemers, bestuursleden, boekhouders,
bedrijfsrevisoren, enz. Zij helpen de beroepsrechter met hun ervaring in bedrijfswereld
5.3 Algemene bevoegdheden
▪ Ondernemingsrechtbank is bevoegd voor alle geschillen tussen ondernemingen, ongeacht bedrag
▪ Ondernemingsrechtbank is bevoegd voor geschillen van burgers tegen een onderneming
Deel 1: Ondernemingsrecht 2
,5.4 Bestuurlijke bevoegdheden
▪ Ondernemingsrechtbank heeft naast rechtsprekende bevoegdheid ook bestuurlijke bevoegdheid
▪ Zo beëdigt de ondernemingsrechtbank
₋ De met scheepvaartcontrole belaste ambtenaren
₋ De beëdigde wegers, scheepsmeters of meter voor zee – en binnenschepen
5.5 Bijzondere bevoegdheden
▪ Ondernemingsrechtbank neemt ook kennis van aantal specifieke geschillen, ongeacht het bedrag
₋ Geschillen inzake intellectuele eigendomsrechten
₋ Geschillen inzake vennootschappen, verenigingen of stichtingen
₋ Geschillen inzake marktpraktijken
₋ …
5.6 Uitsluitende bevoegdheden
▪ Ondernemingsrechtbank is uitsluitend bevoegd voor geschillen over een insolventieprocedure
₋ Faillissement
₋ Gerechtelijke reorganisatie
5.7 Vordering tot staking
▪ Voorzitter ondernemingsrechtbank is bevoegd voor bevelen van bepaalde maatregelen
₋ Het verbieden van marktpraktijken
₋ Maatregelen inzake de werking van een vennootschap
₋ Maatregelen met oog op continuïteit van een onderneming
₋ …
5.8 Bewijs
▪ Rechtsfeiten kunnen bewezen worden met alle middelen van recht
▪ De rechter beschikt over een vrije appreciatie van de aangeboden bewijsmiddelen
▪ Twee bijzondere bewijsmiddelen: boekhouding en de factuur
6 Omvorming rechtbanken
▪ Sinds wijziging van Wetboek van Economisch Recht bestaat rechtbank van koophandel niet meer
₋ Op 01/11/2018 was er een hervorming van het ondernemingsrecht
₋ De rechtbank van koophandel is toen de ondernemingsrechtbank geworden
▪ Er wordt enkel nog gesproken van economisch recht en niet meer van handelsrecht
▪ Er wordt enkel nog gesproken van ondernemers en niet meer van handelaars
Deel 1: Ondernemingsrecht 3
,Deel 1: Ondernemingsrecht 4
, Hoofdstuk 2: De onderneming
Deel 1: Het nieuwe begrip onderneming
1 Basisbegrippen
1.1 Natuurlijk persoon vs. rechtspersoon
▪ Een natuurlijk persoon
₋ Iedere persoon van vlees en bloed met rechten en plichten
₋ Bijvoorbeeld: Jij en ik betalen belastingen en kunnen voor de rechtbank gedaagd worden
▪ Een rechtspersoon
₋ Een organisatie die als juridische eenheid opereert en eigen rechten en verplichtingen heeft
die losstaan van de rechten en plichten van de eigenaar of de bestuurder
₋ Aparte gevallen:
De maatschap: een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid
VOF en commanditaire vennootschap: varianten van maatschap met rechtspersoonlijkheid
1.2 B2B vs. B2C
▪ B2B = business – to – business
₋ Transacties tussen twee bedrijven
₋ Onderneming die alleen maar diensten produceren of ontwikkelen voor andere bedrijven
▪ B2C = business – to – consumer
₋ Transacties tussen bedrijf en consument
₋ Ondernemingen die goederen of diensten leveren aan particulieren
2 Het begrip ‘onderneming’
▪ De wet van 15 april 2018 over hervorming van het ondernemingsrecht
₋ Die wet is op 1 november 2018 in werking getreden
₋ Die wet houdt verschillende wijzigingen in van gelden regelgeving op het niveau van het WER
▪ In 2018 werd een nieuwe definitie van begrip onderneming ingevoerd
₋ Wetboek economisch recht bevat verschillende definities van het begrip onderneming
₋ De begrippen handelaar of koopman werden afgeschaft
▪ Onderneming in de zin van artikel I van het boek I van het WER:
₋ Iedere natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent
₋ Iedere rechtspersoon
₋ Iedere andere organisatie zonder rechtspersoonlijkheid
▪ Het WER verduidelijkt welke actoren niet als ondernemingen beschouwd worden
₋ Iedere organisatie zonder rechtspersoonlijkheid die geen winst uitkeert aan haar leden
₋ Iedere publiekrechtelijke rechtspersoon die geen goederen of diensten aanbiedt
₋ De overheden
Deel 1: Ondernemingsrecht 5
,2.1 Gevolgen van het statuut van onderneming
▪ Formele verplichtingen
▪ Boekhoudkundige verplichtingen
▪ Ondernemingsrechtbank
▪ Bewijs in ondernemingszaken
▪ Handelshuur
▪ Betalingsachterstand bij handelstransacties
▪ Sociaal statuut van de zelfstandige
▪ Verzekeringen
▪ Personeel
▪ Toepassing faillissementsregels
3 Een vrij beroep
3.1 Wat is een vrij beroep?
▪ Art. I.1, 14° WER
₋ Elke onderneming wiens activiteit er hoofdzakelijk in bestaat om, op onafhankelijke wijze en
onder eigen verantwoordelijkheid, intellectuele prestaties te verrichten waarvoor een
voorafgaande opleiding en een permanente vorming is vereist en die onderworpen is aan een
plichtenleer waarvan de naleving door of krachtens een door de wet aangeduide
tuchtrechtelijke instelling kan worden afgedwongen.
▪ Kunnen worden opgedeeld in 4 sectoren
₋ Medische beroepen: apotheker, huisarts, kinesist,…
₋ Juridische beroepen: advocaat, notaris, gerechtsdeurwaarder,…
₋ Economische beroepen: boekhouder, accountant, belastingconsulent,…
₋ Intellectuele beroepen: freelance journalist,…
3.2 Kenmerken vrij beroep
▪ Zelfstandige beoefenaars van dienstverlenend beroep die aan volgende kenmerken voldoen:
₋ Eigen beroepsorganisatie
₋ Regels inzake toegang tot het beroep
₋ Deontologische code
₋ Opleiding en verplichte permanente vorming
₋ Hoofdzakelijk intellectuele prestatie
₋ Persoonlijk verantwoordelijk
3.3 Gevolgen toepassing ondernemingsbegrip op vrije beroepen
▪ Vrije beroepen vallen onder het insolventierecht en kunnen bijgevolg failliet gaan
▪ Vrije beroepen vallen onder de regels van eerlijke marktpraktijken en consumentenbescherming
▪ Vrije beroepen vallen onder het bewijsrecht in ondernemingszaken
▪ Vrije beroepen vallen onder de bevoegdheid van de ondernemingsrechtbank
Deel 1: Ondernemingsrecht 6
, 4 De ondernemer
4.1 Het statuut van ondernemer
▪ Art. II.3 WER
₋ Iedereen is vrij om enige economische activiteit naar keuze uit te oefenen.
▪ Verboden praktijken
₋ Er is dus een vrijheid van ondernemen, maar er zijn wel enkele uitzonderingen
₋ Voorbeelden: drugshandel, mensenhandel,…
4.2 Wie mag een onderneming oprichten?
▪ Voorwaarden voor het oprichten van onderneming:
₋ Handelingsbekwaamheid
Meerderjarig zijn: ouder zijn dan 18 jaar
Burgerrechten bezitten: niet strafrechtelijk veroordeeld zijn
Handelsbekwaam zijn: niet geestesziek zijn
₋ Onverenigbaarheden
Magistraten, advocaten, belastingconsulten
Een hele reeks wetten schrijft voor dat zij niet tegelijkertijd een andere functie of beroep
kunnen uitoefenen
₋ Verbodsbepalingen
Men mag burgerrechten niet verloren zijn
Men mag geen beroepsverbod hebben
Voorbeeld: gefailleerden, fraudeurs,… mogen geen zelfstandige activiteit beginnen
₋ Nationaliteitsvoorwaarden
De Belgische, Europese of Zwitserse nationaliteit hebben
Indien iemand geen Belgische nationaliteit heeft, dan moet die een beroepskaart hebben
om zelfstandige activiteit te kunnen uitoefenen
Deel 1: Ondernemingsrecht 7