Historisch overzicht van de Wijsbegeerte
Hoofdstuk 1: Kennis, Wetenschap en Wijsbegeerte
Wijsbegeerte = studie van problemen waar we nog geen wetenschappelijke oplossingsmethode voor
hebben.
- Dogma = wordt als onbetwistbaar beschouwd (meestal in religie) , argumentatie onmogelijk
o Open houding (alle pro en contra overzien)
o Gesloten houding (regels vastleggen en blindelings naar gedragen)
- Volstrekt relativisme = alle standpunten worden als gelijkwaardig beschouwd , argumentatie
overbodig
o Beide : afstand van het rationele denken
Kennis: elke voorstelling, denkbeeld, overtuiging die met een zekere werkelijkheid overeenkomt.
- Kan worden gecommuniceerd
- Kan worden gesystematiseerd
- Kan worden gecontroleerd
Wetenschap:
- Formele / deductieve wetenschap : logica & wiskunde (ligt op basis van axioma’s)
- Ervarings- / empirische- / inductieve wetenschap
o Natuurwetenschap (levende wezens)
o Gedrags- / sociale wetenschap (menselijk gedrag)
o Cultuurwetenschappen (menselijke creativiteit)
o Grenzen soms moeilijk te stellen
- Zuivere wetenschap : enkel kennis
- Toegepaste wetenschap : methodes
- Positieve wetenschap : op feiten berusten (<-> niet positieve wetenschap zoals wijsbegeerte)
Kennis: voordelen
Mensen maken associaties die ze via taal onthouden en communiceren. → Ontstaan van cultuur.
Kennis: Nadelen:
Symbolen van gevaar die angst oproepen, ook al is er geen gevaar
Alles wat onbekend en vreemd lijkt is als angstig
Bij onvoldoende informatie is er kans tot misinterpretatie
Elke stap kan een misstap zijn, vrijheid van handelen gaat samen met een gevoel van onzekerheid
o Mens heeft nood aan inzicht en samenhang
Taboe: onrein
Magie: geheel van stereotiepe handelingen of uitspraken waarmee men bepaalde doeleinden wenst
mee te realiseren. Door riten (handelingen) en bezweringen (uitspraken).
Soorten magie om zich weer te reinigen:
- Afweermagie (gevaren afweren)
- Productieve magie (menselijke noden bevredigen)
- Destructieve magie (kwaad op iemand afsturen)
1
, o Magisch denkende mens: taboe is machtig, mensen die taboe overtreden zijn machtig
Mythe: verhalen met fantasie
- Ordenen de wereld (wereldgodsdiensten)
- Bieden een verklaring voor pijn / kosmos (kosmologische mythen) / vragen / problemen /
maatschappelijke situaties -> brengt rust
- Religieus
- Vertellers zijn er meestal van overtuigd dat het de waarheid is
- Voor het volk
Volksvertellingen
- Verhalende aspect is de hoofdrol
- Worden beschouwd als fictie
Legenden
- Fictieve gebeurtenissen met (min of meer) historische figuren
Openbaringsgodsdiensten
- Universaliteitsaanspraak, voor iedereen
- Openbaring, de waarheden zitten bij een God of in de hoogste waarheden
- Dogmatisme, moet worden aangenomen als waarheid
- Verlossing , de godsdienst brengt een einde aan de ellende
Ontstaan v/d godsdiensten : taboe/magie volstaat niet na de neolithische revolutie (eerste
landbouwrevolutie) , nood aan rechtsregels
- 3-voudige norm: hongerige spijzen, dorstige laven, naakten kleden
- Gulden regel: bemin uw naasten als uzelf
o Godsdienst als bindmiddel
- Fundamenteringsproblematiek: geluk van de boze, onheil van de deugdzame oplossingen:
o Geluk van de bozen in schijn
o Boek Job : geloof
o Diesseits (hiernamaals) & Jenseits (reïncarnatie)
Westerse visie: Zarathoestra (9e E vot) : goede wereld <-> kwade wereld
Indische visie: zielsverhuizing
Nadelen wereldgodsdiensten:
- Kans tot excommunicatie (uit de groep verstoten)
- Kans tot abnegatie (geen eigen mening)
- Hypocrisie naar de buitenwereld toe
- Kleine groepen worden vervolgd
- Grote groepen kans op godsdienstoorlog
- Zwart/wit denken
!! veel dogma’s binnen openbaringsgodsdiensten
Sektarische bewegingen
- Inpalming , Groepsvorming , Hiërarchie , Charismatische leider , Afzondering van de wereld ,
Uitverkiezing , Geslotenheid voor informatie , Irrationalisme van geloofsovertuiging ,
Proselytisme (mate van nieuwe leden verwerven)
2
,Wetenschappelijke kennisverwerving
Mythen: aparte werelden (≠ Herakleitos’ opvatting over dromen en wakker zijn)
Openbaringsgodsdiensten: wel universeel
- Thales van Milete (6e E vot) : methode van de wiskunde ontwikkeld + eerste wijsgeer
o Eerste methode die zonder dwang universele erkenning aangaf
- Galilei : wetten van de val en de worp
o Experimentele methode in combinatie met de wiskundige methode
- Newton, 17e E : natuurkunde
- 19e E: diverse natuurwetenschappen (geologie, biologie, … )
Wijsbegeerte: ontstaat wanneer men geen vrede neemt met de mythische, magische dogma’s
o Begin bij Thales van Milete
Verschil filosofen en wetenschappers:
- Factische vraag naar de aard van de werkelijkheid
- Ethisch-politieke vraag naar het reguleren van het menselijk handelen
- Epistemologische vraag (kunnen de eerste 2 vragen worden beantwoord? / leer van kennis)
- Streven naar rationaliteit
Niet wijsgerig / Niet wetenschappelijk
- Irrationeel
o Irrationaliteit doet zich voor bij denkers over ideeën die van alledaagse / algemeen
aanvaarde inzichten afwijzen ; in strijd met de alledaagse ervaringen
- A-rationeel
o Leerstellingen die voor niet-rationele argumentatie vatbaar zijn ; vermijden conflict
met de wetenschap
Traditionele indeling van de wijsbegeerte
- Factische / metafysische problemen
o Metafysica (verder dan het bereik van de fysica)
o Ontologie (beginselen van het ‘zijn’)
- Ethisch-politieke problemen
o Ethica
o Politiek
o Esthetica
- Kennistheoretische problemen
o Logica
o Kennisleer / epistemologie
Hoofdstuk 2: De Pijlers van het Westerse denken in de Oudheid en de Middeleeuwen
Ontstaan van wiskunde in het Westen: gekenmerkt door bewijsvoering & systematisering
- Politiek: verdeeldheid van de Griekse steden, macht bij het volk (democratie)
- Handel: welvarende burgers <-> slaven
- Vrije tijd: literatuur, poëzie (Homeros, 800 vot)
3
, Thales van Milete (6e E vot) : eerste Griekse wiskundige
- Stellingen bewijzen
- Figuren definiëren
- Resultaten neerschrijven (reden: ‘wie had gelijk’ ; dialoogmethode)
- Later Euclides (300 vot) : axioma’s vormen van de rechte en de cirkel → intuïtieve definitie
<-> expliciete definitie
Kenmerken van een Grieks wiskundig bewijs
- Kunstmatig geconstrueerde wereld (alles bestaat uit rechten en cirkels)
- Deze geconstrueerde wereld is samenhangend
- Enkel beantwoorden aan de definities is voldoende
- Er zijn evidente en intuïtieve inzichten (bvb alle rechte hoeken zijn gelijk aan elkaar)
- Men kan kettingen vormen van gelijke verhoudingen, uitgaande van de vorige kenmerken
“kennis in deze wereld is zekerder dan onze zintuigelijke kennis”
Ontstaan van de wijsbegeerte
- Ontstaan in Ionië (geheel van Griekse stadstaten)
- Griekse wereldvisie was rond 600 vot gebaseerd op mythen (van Hesiodos, Homerus, Ilias,
Odysee, …)
- Ontstaan filosofie = begin van het einde van de naïviteit
Natuurfilosofen
- 6e – 5e E vot
Thales van Milete
- zocht naar een verklaring voor de wereld die vatbaar was voor argumentatie
- Wereld is voortdurend in verandering → er moet iets zijn dat verandert: het arche , beginsel
- Typisch Grieks: alles zo simpel mogelijk verklaren
- Oerstof = water (3 toestanden: vast, vloeibaar, gas) -> veranderlijk
Anaximander
- Oerstof / arche = onzichtbaar (noemde hij apeiron, het onbepaalde)
Anaximenes
- Oerstof = lucht
Pythagoras
- De wereld heeft een wiskundige structuur
Herakleitos
- Oerstof = vuur
- Rivier van Herakleitos , alles is veranderlijk
Parmenides
- Ontkent verandering
- Logischerwijze is er geen uitkom aan de uitspraak “Het zijnde is en het niet-zijnde is niet”
- Tijd, bestaat niet
Zeno
- Paradoxen van Zeno (om zijn leermeester Paramides te bewijzen)
o Achilles en de schildpad
- Rol van ervaring minimaliseren
Leucippus & Democritus
- Bouwen verder op Parmenides; lege ruite vol atomen
- Onveranderlijkheid geldt voor de atomoi ; mens is een samenkomen van atomoi
4