Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Verkennen van het Werkveld 1 (Docent Broos) - Deelexamen November €5,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Verkennen van het Werkveld 1 (Docent Broos) - Deelexamen November

 2 vues  0 fois vendu

Een complete samenvatting van het deelexamen van verkennen van het werkveld 1 in november. De samenvatting is gestructureerd en de mogelijkheid tot slagen is groot met deze samenvatting. Ik verkoop ook de volledige samenvatting van het examen van in januari.

Aperçu 3 sur 23  pages

  • 14 août 2023
  • 23
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (9)
avatar-seller
Anoniempje1234
Samenvatting Verkennen van het werkveld 1


1. Welzijnsbeleid.

1.1 Wat is welzijn?
Niet kennen


1.2 Wat is welzijnszorg?
Niet kennen


2. De verschillende bestuursniveaus in het welzijnsbeleid.
Gemeenschappen zijn bevoegd voor welzijn. Na 6 staatshervormingen is het meerderdeel
van de bevoegdheden overgeheveld, maar het wordt niet enkel door de Vlaamse regering
uitgewerkt en uitgevoerd. Ook de federale overheid en de lokale besturen geven mee vorm
aan het welzijnsbeleid.


2.1 De rol van de federale overheid in het welzijnsbeleid.
Niet kennen


2.2 De rol van de Vlaamse overheid in het welzijnsbeleid.
De Vlaamse overheid is het bestuursniveau bij uitstek met betrekking tot welzijn. Binnen de
diverse beleidsvelden (Vb. Sociale huisvesting, kinderopvang, …) tekent de Vlaamse overheid
algemene regels m.b.t. bijstand en middelen in functie van dienstverlening/hulpverlening.
De Vlaamse overheid vertrouwt de dienstverlening/hulpverlening grotendeels aan:
- Publieke organisaties vb. OCMW
- Private organisaties vb. CAW
- Commerciële organisaties vb. FPC
- PPS vb. Woonzorgcentrum
Vele van deze organisaties laten zich omschrijven als zorgvoorzieningen. De Vlaamse
overheid omschreef een welzijnsorganisatie in 1980 als volgt: een organisatie die erkend is
door de Vlaamse Gemeenschap en activiteiten uitoefent op het gebied van het gezin, het
maatschappelijk welzijn, het onthaal en de integratie van inwijkelingen, de mindervaliden,
de bejaarden, de jeugdbescherming en de sociale hulpverlening aan gedetineerden met het
oog op hun sociale re-integratie (uit de bijzonder wet van 8/10/1980).
De welzijnszorg in Vlaanderen bestaat uit heel veel organisaties = versnippering +
onoverzichtelijkheid.

,2.2.1 Beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
-> Zie PPT dia 8.


2.2.1.1 De bestuurlijke organisatie van het Vlaamse welzijnsbeleid.
Minister voor het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin = Hilde Crevits.


2.2.1.2 Departement WVG.
Niet kennen


2.3 De rol van het lokale bestuur in het welzijnsbeleid.
3 taken binnen het brede welzijnsbeleid:
1. Verplichte taken bv. OCMW -> uitbetalen leefloon.
2. Wettelijk geregelde taken bv. Kwaliteitsdecreten in de gezondheidszorg.
3. Optionele taken bv. Huis-aan huisbedeling van warme maaltijden voor ouderen.
LB worden steeds actiever op het vlak van de coördinatie en de regie van het LSB. De LB zijn
meer dan alleen beleidsuitvoering bv. regie bij de kinderopvang + LSB.


3. De kenmerken van de (zorg)organisaties.
Aan de (zorg)voorzieningen kunnen we een aantal kenmerken toewijzen.
- Categoriale versus niet-categoriale voorzieningen.
- Ambulant versus residentieel.
- Autonoom versus ingebouwd.
- Formele en informele zorg.
- Publiek/privaat.


3.1 Categoriale versus niet-categoriale voorzieningen.
Werkt exclusief voor 1 specifieke doelgroep. Een zorgvoorziening is een categoriale
instelling. Categoriale voorzieningen kunnen verder probleem- of leeftijdsgebonden zijn. Bij
een niet-categoriale voorziening kan iedereen terecht, bv. het OCMW.

, 3.2 Ambulant versus residentieel.
Bij ambulante hulp blijft de persoon in zijn eigen woonomgeving. De hulp komt aan huis (bv.
Thuiszorg) of men gaat zelf naar een hulpverlener, maar men verblijft er kort. Wanneer een
hulpverlener naar een client of gezin gaat, wordt er gesproken over mobiele begeleiding.
In de residentiele sector verblijft men overdag en tijdens de nacht, men verlaat tijdelijk of
voorgoed zijn woonomgeving. Bv. Een psychiatrisch ziekenhuis.
Een tussenvorm is de semi-residentiele hulp (semi-ambulante hulp = de nieuwe term),
hierbij verblijven cliënten gedurende een bepaald aantal uren in de instelling (dag of nacht).
Bv. Een dagcentrum voor personen met een handicap.


3.3 Autonoom of ingebouwd.
Een autonome zorgvoorziening = een dienst die zich op zelfstandige wijze bezighoudt met de
hulpverleningsactiviteit die zij in haar statuten als eigenlijke doelstelling heeft vastgelegd,
zonder ingeschakeld te zijn in een groter geheel dat nog andere doelstellingen nastreeft. Bv.
Een Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW).
Ingebouwde diensten = diensten die wel over een graad beschikken, maar die structureel en
beheersmatig ondergebracht zijn in een groter geheel. Bv. De sociale dienst van een
ziekenhuis.


3.4 Formele en informele zorg.
Formeel = De hulp of zorg wordt geboden door iemand die daartoe is opgeleid, zoals een
arts, verpleegkundige, pedagoog, MA, …
Informeel = De ondersteuning en de zorg die aan iemand wordt geboden door mensen uit
het sociaal netwerk van de zorgvrager (familie, buren, vrienden). Deze mantelzorgers zijn
niet professioneel opgeleid, maar bieden wel een belangrijke ondersteuning.


3.5 Publiek/Privaat.
Publieke voorzieningen en vele private welzijnsvoorzieningen worde gesubsidieerd door de
overheid.
Sommige sectoren (en dus ook de zorgvoorzieningen) zijn bijna volledig in private handen,
bv. De sector voor personen met een handicap of het AWW.
Andere sectoren zijn quasi volledig publiek, bv. De GI (gemeenschapsinstellingen) en de
LDC’s (lokale dienstencentra).
Sommige sectoren zijn gemengd qua inrichtende macht, bv. Woonzorgcentra: OCMW-
woonzorgcentra (not-for-profit) tegenover de private woonzorgcentra (for-profit).

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Anoniempje1234. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64438 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,99
  • (0)
  Ajouter