Samenvatting AFPF KT2 I Jaar 1 I behaald met een 8.7
14 vues 0 fois vendu
Cours
Gezondheid & Samenleving (GVE1.KT1220)
Établissement
Hogeschool Utrecht (HU)
In dit document vindt je alle benodigde informatie voor het onderdeel AFPF in KT2. Dit document kan gebruikt worden tijdens KT1/2/3 en 6. Wanneer je dit goed doorleest/leert is de kans op een goed cijfer groot, Succes!
Themaweek en casus 1 AFPF BLOK 2
Arteriën: (slagaders)
vervoeren bloed vanuit het hart van het hart af
wand bestaat uit 3 soorten weefsellagen:
- buitenlaag van bindweefsel (tunica adventitia)
- middenlaag glad spierweefsel en elastisch weefsel (tunica media)
- binnenlaag van plaveiselepitheel endotheel (tunica intima)
hoeveelheid spier- en elastisch weefsel verschilt in hun omvang en functie
slagaderen die uiteen splitsen vertakken en worden steeds kleiner, uiteindelijk worden deze
de arteriolen genoemd (de kleine slagaders) hierbij bestaat de tunica media bijna alleen
maar uit glad spierweefsel. Hierdoor kan de diameter en dus de druk precies worden
gereguleerd
Arteriolen worden ook wel weerstandvaten genoemd omdat systematisch druk voornamelijk
word bepaald door de weerstand van de kleine slagaders.
De wanden van de arteriën zijn dikker dan die van venen zodat ze de hoge druk van arterieel
bloed aan kunnen
Anastomosen: slagaders die grote arteriën verbinden die een bepaald gebied verzorgen
bijvoorbeeld handpalmen of hersenen
Eindarterie: slagader die de enige bron van bloedtoevoer naar weefsel is zoals de centrale
slagader naar de retina van het oog.
Venen en venulen: (aderen)
Vervoeren bloed onder lage druk weer terug naar het hart
De wanden van de aderen hebben dezelfde structuur als die van de slagaderen alleen wat
minder dik omdat het er met minder druk door heen hoeft te stromen.
Sommige venen hebben kleppen die er voor zorgen dat het bloed naar het hart blijft stromen
en niet weer terug stroomt. Vooral in de onderste ledenmaten zoals de benen komt dit voor
aangezien het bloed daar een lange weg moet afleggen naar boven
Zeer grote en zeer kleine venen in de borst en buik bevatten geen kleppen
Deze kleppen bestaan uit plooien van de tunica intima, verstevigd met bindweefsel en de
klepbladen zijn halvemaanvormig
De kleinste venen heten venulen
Venen zijn rekbaar en kunnen een groot deel van de bloedvoorraad bevatten hierdoor kan
het vaatstelsel plotselinge veranderingen in het bloedvolume opvangen bij bijv. een bloeding
Capillairen en sinusoïden (haarvaten)
Bestaan uit laag endotheelcellen op een dun membraan, waar water en andere kleine
moleculen doorheen passeren
Groot netwerk van vaatjes die kleine arteriolen en venulen met elkaar verbinden.
Hierin worden stoffen uitgewisseld tussen bloed en weefselvocht dat zich met lichaamscellen
omgeeft
m.u.v. de cellen op het huidoppervlak en van het hoornvlies in het oog liggen alle
lichaamscelen dicht bij capillairen.
Toegang tot het capillair vaatbed word bewaakt door glad spierweefsel die de bloedstroom
regelen
Sinusoïden: plaatsen waar capillairen aanzienlijk wijder zijn en meer doorlaten dan normaal,
bloed stroomt hier langzamer en onder minder druk doorheen en kan alleen direct contact
maken met cellen buiten de sinosoïdale wand. Hierdoor is snellere uitwisseling van stoffen
mogelijk tussen bloed en weefsel. Dit komt bijvoorbeeld voor in de lever.
Capillaire refill-tijd: de tijd die de huid nodig heeft na het indrukken van de huid om weer
roze te kleuren
1
, De belangrijkste
factoren benoemen
die de diameter van
bloedvaten reguleren.
De gladde
spierweefsels in de
tunica media van de
arteriën en venen
worden
geïnnerveerd (=
voorzien) door
zenuwen van het
autonoom
zenuwstelsel. Deze
zenuwen
2
, ontspringen aan het
vasomotorisch
centrum (= regeling
van de bloeddruk en
vasoconstrictie) in de
medulla oblongata (à
hier vindt de kruising
van de zenuwbanen
plaats). De zenuwen
veranderen door
zenuwprikkelingen de
diameter van de
bloedvaten, zodat ze
het bloedvolume
kunnen bepalen.
Vasoconstrictie (=
3
, vaatvernauwing) en
vasodilatie (=
vaatvergoting) zorgen
voor de regulatie van
de
diameter van de
bloedvaten. Vooral de
arteriolen worden
geregeld door dit
zenuwmechanisme,
omdat zij in
verhouding meer glad
spierweefsel bevatten.
De
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur riannekil. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.