AANDOENINGEN IN DE KNIEREGIO (P1-10 opfrissing anatomie)
Gewrichtsaandoeningen
1) traumatische artritis
= synoviale reactie door een op de knie inwerkend trauma
- primair: zonder complicaties (zoals meniscus letsel) komt zelden voor!
- secundair: treed op na articulair of ligamentair trauma -> anamnese ! (lig. kan secundair verbergen)
- geactiveerde artrose: mensen met DD (gonartrose) -> na trauma ook kans op traumatische artritis
- pijn in kniegewricht (12 à 24u na trauma hydrops)
- BWBP kapsulair patroon (flex>ext)
2) niet traumatische artritis
= KB en bot worden aangetast -> kans op osteoporose
= kan komen door jicht, ziekte van bechterew, juveniele RA
- pijn neemt toe bij bewegen
- zwelling, roodheid -> soms atrofie QF
- BWBP kapsulair patroon (flex>ext)
3) gonartrose = casus p. 30
= aandoening hele gewricht = whole organ disease (KB, bot, weke delen, menisci, lig, kapsel)
= osteofiet, onregelmatig gewr opp, verdikking kapsel (syn vocht), corpus liberum, genu varum
! meest voorkomende chronische gewrichtsaandoening ! -> meer bij vrouwen > mannen
- primair g.a: door een abnormale belasting op het gewricht
- secundair g.a: onevenwicht B & BBH -> beschadiging gewrichtsKB als gevolg.
- oorzaak: standafwijking, vroegere trauma, overgewicht, postoperatief, immobilisatie, zwaar arbeid
- uiting: startpijn, startstijfheid, crepitaties, BWBP (kp),
- RX -> gewrichtsspleetvernauwing -> schaal Kellgren & lawrence
0, 1, 2 = geen vernauwing (1,2 wel osteofiet)
3, 4 = vernauwing ( + subchondrale slerose bij 4)
4) corpora libera = casus p. 30
= kan door verschillende oorzaken komen (gonartrose, meniscusletsel, trauma, PF dysfunctiesyndr)
- pijn -> scherpe scheuten / wisselende locaties = enkele sec tot enkele minuten
- instabiel gevoel -> verlammend gevoel (ineens doorzakken)
- BWBP = NIET kapsulair = wisselend (dikwijls extensiebeperking met verend eindgevoel)
- kan het LCM irriteren waardoor valgus test in lichte flexie positief kan zijn
- kan ook een zenuw irriteren -> vrij uitlopende klachten
5) intra-articulaire adhesies
= progressieve, pijnloze BWBP -> meestal na trauma met haemartrose zonder punctie
= na een artrotomie, atroscopie
= BWBP flexie (zeer sterk) – soms pijn (niet altijd)
= DD = syndroom van Stieda en Pellegrini