Woordenlijst sociologie
1. Waterval in het onderwijs = cascade:
Het TSO en BSO worden als ‘minder’ en ‘lager’ gezien. Dus probeert men zo ‘hoog’ mogelijk te
beginnen. Als het niet lukt, zakken we wel een niveau. Zo krijgen we een waterval.
2. Sociale homogamie:
De meerderheid van de mensen trouwt met iemand van hetzelfde onderwijsniveau.
3. Mattheus effect:
Vaak voorkomende vorm van onrechtvaardigheid. Het is een maatregel die terechtkomt bij
mensen die het niet echt nodig hebben. “Wie al heeft, krijgt nog meer. Wie weinig heeft, zal dat
weinige verliezen.”
Vb. cultuurcheques studenten: niet studeren = niet ontvangen.
Vb. woonbonus: als je niet genoeg geld hebt, kan je er geen gebruik van maken.
4. Thomas theorema:
Mens creëert zijn eigen sociale realiteit. We creëren los van onze fysieke realiteit, onze eigen
realiteit. Als mensen een situatie definiëren als echt, gaat dat echt zijn in hun gevolgen. De
gevolgen zijn dus waar.
Vb. rook uit rooster en mensen die brand roepen iedereen gelooft dat er brand is
Vb. terreurdreiging niveau 3
Vb. placebo-effect
5. Political correctness:
Iets niet zeggen of niet doen, uit angst te worden beschuldigd van discriminatie of racisme.
Problemen met allochtonen niet durven benoemen.
Vb. Keulen: aanranding vrouwen door vluchtelingen. De politie verzweeg dit en de media
ook.
6. Institutie:
Het is een gestandaardiseerd interactiepatroon tussen mensen, groepen of organisaties. Het is
stabiel maar niet onveranderlijk: het ontstaat, verandert & verdwijnt doorheen interacties (het is
een door de mens gecreëerde sociale realiteit). Het geeft routine, voorspelbaarheid & structuur
aan het samenleven. Het helpt ons bij het vervullen van levensnoodzakelijke activiteiten.
7. Institutionalisering:
Gedrag wordt in interactie met anderen gestandaardiseerd waardoor we voorspelbaar worden
en daardoor antwoord krijgen op onze levensnoodzakelijke behoeften.
8. Desinstitutionaliseren:
Het verdwijnen van instituties
1
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur emelievloebergh. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.