Begrippenlijst aardrijkskunde
Begrip Betekenis
Aardas Denkbeeldige as waar de aarde om draait.
De aarde draait om 24 uur om haar as.
De as staat niet recht maar schuin, onder
een hoek van ongeveer 76,5 graden.
Aardbeving Schok die bij het bewegen van de
aardplaten ontstaat. Bij plaattektoniek
ontstaat wrijvingskracht. Als die te groot
wordt, schiet een deel van een aardplaat
schoksgewijs door.
Aardkorst Buitenste vaste laag van de aarde. De
oceaankorst is slechts 5 km dik en de
continentskorst is gemiddeld 25 km dik (en
ongeveer 75 km dik bij een gebergte)
Aardplaattektoniek Bewegen van delen van de aardkorst, die
aardplaten genoemd worden. 200 miljoen
jaar geleden lagen alle aardplaten tegen
elkaar aan. De VS en Europa bewegen
ongeveer 10-15 cm per jaar uit elkaar.
Afzettingsgesteente Het afzetten van gesteente is een
verzamelnaam voor processen waarbij
deeltjes bezinken of mineralen neerslaan uit
water of een andere oplossing.
Benedenloop van een rivier Het eind van een rivier. De benedenloop
van de Rijn is in Nederland.
Bovenloop van een rivier Het eerste deel van een rivier. De bovenloop
van de Rijn is in Zwitserland.
Breedte Je spreekt van een verandering in breedte
als je van noord naar zuid of omgekeerd
gaat. Dicht bij de Noordpool spreek je van
hoge breedte. Dicht bij de evenaar van lage
breedte.
Breuklijn Een scheur tussen twee aardplaten of een
scheur op een aardplaat. Bijvoorbeeld de
San Andreasbreuklijn, resp. de breuken bij
horsten en slenken.
Continent Grote aaneengesloten landmassa. De aarde
bestaat uit zeven continenten: Europa,
Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Afrika, Azië,
Australië en Antarctica.
,Dag-nacht Periode dat het licht is en de periode dat
het donker is. De zon beschijnt precies de
helft van de aarde. Bij het gedeelte dat licht
is, is het dag. Het donkere gedeelte is de
nacht.
Dal Een lager gelegen deel in een gebergte. In
een hooggebergte zijn de meeste dalen
door een gletsjer gevormd. In Zuid-Limburg
door riviertjes zoals bijvoorbeeld het
Geuldal.
Eb Laagste waterstand bij een oceaan of zee. In
een etmaal is het twee keer eb. Het duurt
twaalf uur tot de volgende laagste
waterstand.
Endogene krachten Krachten die van binnenuit op de aarde
inwerken. Bijvoorbeeld de stroming van
magma in de mantel, het wegduiken van
aardkorst bij een trog, het omhoog komen
van een gebergte.
Erosie Uitschurende werking van sediment
(bijvoorbeeld zand, grind, keien) dat door
water, wind, ijs of zwaartekracht wordt
meegevoerd. Gletsjers en rivieren hebben
gedurende duizenden jaren diepen dalen
uitgesleten.
Etmaal Wanneer de aarde een keer om haar as is
gedraaid. Een etmaal duurt 24 uur.
Exogene krachten Krachten die van buitenaf de aardkorst
werken. Bijvoorbeeld verwering en erosie.
Fjord Gletsjerdal uit de ijstijd, dat met water is
gevuld en dar in verbinding staat met de
zee. Komt bijvoorbeeld voor aan de kust van
Noorwegen, Schotland, Canada en Nieuw-
Zeeland.
Gebergte(vorming) Ontstaan van gebieden met veel reliëf
(verschillen in hoogte). Gebergten kunnen
ontstaan door plooiing van gesteentelagen,
zoals bij de Alpen. Ook opheffing en
insnijding door erosie zorgt voor
gebergtevorming.
Geiser Natuurlijke fontein van heet water ontstaan
door vulkanische activiteit. Bij een geiser
wordt grondwater > 100 graden. Als de
waterdruk hoog is opgelopen spuit het
water uit de holten naar buiten.
Bijvoorbeeld op IJsland.
, Geografische coördinaten Aanduiding waarmee een bepaalde plek op
aarde wordt aangegeven t.o.v. de evenaar
en nulmeridiaan. Elke plek op aarde wordt
aangeduid met een breedte- en lengte
coördinaat.
Gesteente Vast materiaal waaruit de aardkorst bestaat.
Bijvoorbeeld graniet, kalksteen, marmer,
zand, klei. En ook veen, bruinkool en
steenkool.
Gesteentekringloop Kringloop waarbij de drie
hoofdgesteentesoorten in elkaar over
kunnen gaan. bijvoorbeeld
stollingsgesteente -> sedimentgesteente ->
metamorf gesteente -> stollingsgesteente.
Gletsjer(ijs) IJstong die langzaam naar het lager gelegen
dal beweegt. Het ijs van de gletsjers in de
Alphen beweegt gemiddeld 30-40 cm per
dag.
Halfrond (noordelijk en zuidelijk halfrond) Gebied op aarde ten noorden resp. ten
zuiden van de evenaar. Nederland ligt op
het noordelijk halfrond.
Horst Omhoog gekomen deel van de aardkorst
langs een breuklijn. De Vogezen en het
Zwarte Woud zijn horsten langs de
Rijnslenk.
Hot spot Hete plek in de aardmantel, die ondanks de
stroming in de magma op dezelfde plek
blijft. Boven de hot spot ontstaan door
beweging van de oceaankorst telkens een
nieuwe vulkaan. Zo ontstaan een
eilandreeks zoals Hawaii.
Jaar Wanneer de aarde een keer om de zon is
gedraaid. Een jaar duurt 365 dagen (en 6
uur, vandaar dat er om de vier jaar een
schrikkeljaar is).
Kalksteen Sedimentgesteente dat bestaat uit
kalkskeletten van zeedieren. In Nederland
komt kalksteen in Zuid-Limburg voor. Hier
heb je ook grotten.
Kegelvulkaan Vulkaan die de vorm van een kegel heeft.
De stroperige magma is afkomstig uit de
aardkorst. Bijvoorbeeld de Etna en de
Vesuvius in Italië.
Krater Opening in een vulkaan, hieruit komt lava
bij een uitbarsting.
Lava Magma dat aan het aardoppervlak is
gekomen. Bijvoorbeeld bij een vulkaan.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur marithooms. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.