Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Summary - Doelgroepen 1 €10,39   Ajouter au panier

Resume

Summary - Doelgroepen 1

 1 vue  0 achat

Samenvatting Doelgroepen 1 te KDG. Ik ben zelf iemand die niet goed kan studeren van samenvattingen van anderen omdat deze vaak te beknopt zijn en niet alle belangrijke informatie bevatten. Daarom maak ik altijd zelf mijn samenvattingen. Deze samenvatting is gebaseerd op de werkcolleges, de cursus ...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 102  pages

  • 19 septembre 2023
  • 102
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (27)
avatar-seller
lanagabril
Gastspreker Emiel De Roo
- Blauwe kaart – Disability card
Vb. gebruiken in pretpark om niet te moeten wachten in de rij
- Mensen met een beperking NIET KLEINHOUDEN  stimuleren!!
- Hoe een stem geven: geven waar men recht op heeft!! Laat hen dingen doen en proberen. Genoeg kansen
geven
- Kind moet centraal staan
- Slechte ervaringen met voorzieningen/ leefgroepen  begeleiding op de vraag van de client, meer vrijheid,
bewonersvergaderingen met ECHTE inspraak
- Hen uitdagen!!
- Stelde zichzelf voor als vrijwilliger,… en niet als persoon met een beperking! Focuste zich op zijn kwaliteiten


Inleiding vak
BEGRIPPEN GOED KENNEN (definities niet helemaal vanbuiten maar wel goed genoeg uit kunnen leggen en
belangrijkste termen ook gebruiken)

Woordenlijst op canvas

Ondersteuning nodig? Kan je aansluiten op donderdagen bij werkcolleges met peerondersteuning! (niet verplicht, je
moet je hier voor inschrijven en dan moet je wel naar alle 4 gaan (online))  inschrijven voor eind deze week


1. Doelgroepen 1: Deel 1: Personen
met een verstandelijke beperking
Zie extra schema voor een samenvatting v dit deel

Leerdoelen:

1. Je kan de definitie van de AAIDD weergeven en toelichten
2. Je kan het verschil duiden tussen de huidige definitie en hoe er vroeger over een verstandelijke beperking
werd gedacht. Je begrijpt de kritiek die er bestaat op de vroegere definitie en je kan deze toelichten
3. Je kan de gevolgen van het AAIDD-model voor de praktijk toelichten (classificerende en handelingsgerichte
diagnostiek)
4. Je kent en begrijpt de theoretische concepten uit het model (woordenlijst) en kan deze herkennen in een
casus
5. Je kan het AAIDD-model weergeven (kennis) en toelichten (inzicht
6. Je kan toelichten wat de mogelijke oorzaken zijn van een VB. Je hebt daarbij oog voor pre-,peri- en
postnatale risicofactoren
7. Je kan toelichten wat de rol is van erfelijkheid voor het ontstaan VB en kan enkele genetische stoornissen
noemen die lieden tot een VB
8. Je kan de oorzaak van het downsyndroom toelichten
9. Je kan belangrijke preventieve adviezen (op 3 preventie-niveaus) toelichten
10. Je hebt een realistisch idee over het percentage van personen met een VB in onze samenleving
11. Je kan verklaren hoe het komt dat prevalentie van VB eerder stabiel is
12. Je kan de mogelijke gevolgen en bijkomende problemen die personen met een verstandelijke beperking
ondervinden, benoemen en beschrijven per dimensie van het AAIDD-model (kennisniveau). Je kan dit linken,
en toelichten wat je kan verwachten (inzichtsniveau) en toepassen op een casus (toepassen)
13. Je kan deze informatie ook indelen in subcategorie (licht, matig, ernstig, diep) (kennisniveau). Ook dit kan je
linken, verklaren en toelichten wat je kan verwachten (inzichtsniveau) en toepassen op een casus
(toepassing).
1

,14. Je kan de gevolgen van een ernstige meervoudige beperking benoemen, met inzicht bespreken en
herkennen in een casus
15. Je kan linken leggen tussen de mogelijke ondersteuningsvragen bij personen met een ernstige meervoudige
problematiek (op de 5 genoemde domeinen van kwaliteit van leven) en hoe je hen alsnog kwaliteit van leven
kan bieden
16. Je kan toelichten waarom het moeilijk is om een diagnose ASS bij VB te stellen en waarom het toch
belangrijk is
17. Je kan de gelijkenissen benoemen tussen personen met een (diepe of ernstige) VB en personen met autisme
18. Je kan specifieke ondersteuningsvragen van personen met ASS en VB beschrijven en verklaren en je kan
toelichten hoe je je erop kan afstemmen
19. Je kan toelichten hoe de begeleiding bij personen met ASS en VB verschilt van de begeleiding van personen
met ASS zonder VB
20. Je kan de link verklaren tussen psychische problemen en VB. Je kan toelichten hoe je als begeleider moet
reageren op probleemgedrag overeenkomstig de visie dat probleemgedrag communicatie is
21. Je kan voor de domeinen van het AAIDD-model beschrijven op welke wijze de ondersteuning kan worden
afgestemd/ Je kan deze aandachtspunten en methodieken benoemen en je kan deze grondig toelichten,
toegepast op de doelgroep personen met een VB
22. Je kan beschrijven welke factoren de participatie van personen met een VB in onderwijs, werken en vrije tijd
beïnvloeden en de mogelijkheden en ondersteuning die er nu al op deze domeinen bestaat. Je kan deze
elementen genuanceerd toelichten en beschrijven
23. Je kan de tendensen toepassen op de doelgroep VB




2

, 1. Terminologie
1.1. Voorbeelden cursus en ppt
Ismael (C)
- verhaal over een jongeman van 26 jaar, genaamd Ismael
- Pagina 15-16 in de cursus
- Doorlezen als oefening/ inzicht voor het examen

Miguel (P)
- verhaal over een jongen genaamd Miguel
- THUISSITUATIE: sociaal-arm gezin
 Meerdere broers en zussen
 Ouders hadden onvoldoende opvoedingscapaciteiten
 Geen begrenzing en structurering voor de kinderen
 Miguel leerde dus zijn eigen plan te trekken in de maatschappij
- SCHOOLSITUATIE: buitengewoon onderwijs
 14 à 15 jaar werd hij schoolmoe
 Vaak spijbelen
- SOCIALE OMGANG: jongerenbende
 Hoe voelde zich hier volledig thuis
 Hoe voelde zich beter en kon zich beter ontplooien bij vrienden dan thuis (daardoor was hij meer op
straat dan thuis of op school)
 Winkeldiefstal op een bepaald moment (met geweld)
 Miguel werd opgepakt samen met andere jongeren
 Verscheen voor de jeugdrechter: in Vlaanderen is er een ‘interneringswet’ die zegt dat
mensen met een verstandelijke of een psychiatrische problematiek voor een bepaalde
misdrijven niet verantwoordelijk kunnen gesteld worden omdat ze ontoerekeningsvatbaar
zijn → recht op een behandeling (ondersteuning of internering) ipv straf
 Rechter moet beslissen of er wellicht spraken is van een verstandelijke beperking en is het
voldoende om zich enkel te baseren op het feit dat hij naar het buitengewoon onderwijs
gaat?

Besluit

Er is een definitie nodig om te kunnen besluiten wie wel en wie niet een verstandelijke beperking heeft om daar
conclusies uit te kunnen trekken + zo kunnen we elkaar begrijpen over wat het is

Als je gediagnostiseerd wordt met een verstandelijke beperking brengt dat bepaalde dingen met zich mee die
mensen zonder een verstandelijke beperking niet hebben zoals:

- Privileges
- Rechten
 Daarom gaat men moeten afbakenen wie dat wel en niet heeft (= classificerende diagnostiek)

De definitie v wat het is kan dus een HEEL belangrijke functie hebben: zoals het voorbeeld van Freddie Lee Hall die
moorden had gepleegd. Elke staat kan zelf beslissen over wat een verstandelijke beperking. De staat waar hij in
berecht werd, zei dat je een verstandelijke beperking hebt onder IQ van 70. Boven de 70 heb je geen verstandelijke
beperking en mag je geen doodstraf krijgen. Hij had een IQ van 71 (net erboven) dus kreeg hij de doodstraf




3

, 1.2. Verstandelijke beperking als een beperkt IQ
Vroeger

- mensen met een verstandelijke beperking werden vroeger idioten of debielen genoemd (nu zijn dit
scheldwoorden)
- Vertelt ons meer over de toenmalige beeldvorming over personen met een VB
- Was niet kwetsend bedoeld
 definitie voor mensen met een VB is van groot belang (bepalen verdere stappen in bepaalde processen van
een individu)

Intelligentietest (=IQ-test)

- Ontwikkeld door Binet en Simon begin vorige eeuw
- = beschrijving van de normale en afwijkende intelligentiequotiënt
 Mensen met VB hebben een beperkte intelligentiequotiënt (= ‘afwijkend’)
 Was vooral ontwikkeld voor onderwijs: zodat mensen die een lager IQ hadden, uit de gewone
klassen konden gehaald worden om apart les te krijgen (beter voor hen en voor andere lln)  ze
werden volledig opzij geschoven (zo ontstond ook het BO)
 Dit kan je zien als stoornisdenken: men ging ervan uit dat een VB het gevolg was van een tekort dat
geheel in de persoon ligt, en dat bovendien in cijfers uit te drukken

Stoornisdenken

= een verstandelijke beperking was het gevolg van een tekort dat geheel in de persoon zelf ligt

- Een verstandelijke beperking is uit te drukken in cijfers
- Een VB is een ziek, defect kenmerk van die ene persoon  hun hele zijn werd samengevat in 1 kenmerk

Etiketteren v personen = VB werd gezien als een persoonskenmerk dat de persoon volledig typeert waardoor het
evident leek om personen zo te etiketteren

Afwijking = mensen met VB werden gezien als een afwijking

 Gevolg: afzonderen van de maatschappij en onderwijs  Ontstaan v instituten en buitengewoon onderwijs

1.3. Verstandelijke beperking als sociaal probleem
Eind vorige eeuw veranderde het beeld tov vroeger

- Paradigmaverschuiving: zowel de beeldvorming over, als de benadering van personen met VB veranderde
 Idee ontstond: vanuit de gedachtegang dat mensen met een VB niet goed konden ontwikkelen in
instituten en niet eerlijk dat ze helemaal weg gehaald werden uit de mpij  recht op een normaler
leven (normalisatie)
 Besef: hinder die een persoon met een VB ondervindt is sterk bepaald door de context waarin hij
leeft
Vb. In sommige culturen is het belangrijk om moeilijke uitleg te begrijpen, in andere om mooie
handarbeid te kunnen leveren. De ernst van een verstandelijke beperking w dus pas duidelijk in
interactie met zijn omgeving
- Sociaal-ecologische visie: (stoornisdenken → paradigmaverschuiving → sociaal-ecologische visie)
= Een VB ontstaat NIET als persoonskenmerk MAAR als een wisselwerking tss de kenmerken v/e persoon en
de verwachtingen en inspanningen van de omgeving waarin die persoon leeft (was meer aandacht voor de
invloed vh sociale)
 Groeiend bewustzijn:
 Respectvol en terecht om te spreken van ‘personen met een VB’ of ‘personen met een
verstandelijke handicap’


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lanagabril. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73091 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€10,39
  • (0)
  Ajouter