Maes Chelsea 2VBl Organiseren en coördineren van zorg
Thuiszorg
Ontstaan van thuiszorg:
-Elisabeth van Hongarije patrones thuisvp (begin 13 e eeuw)
-Jeanne de Chantal zieken in eigen woning (einde 16 e eeuw)
-Florence Nightingale opleiding wijkverpleegkundige (1820-1910)
Voor 1930
-Het woonhuis -> Geneeskundig weinig ontwikkeld, meest aangewezen plek voor verzorgen v zieken
-Ziekenhuizen -> Afzondering v melaatsen, pestlijders, … Gebruikt als verblijfplaats
ZIEKENZORG WAS ZAAK VAN FAMILIE EN KERK
Na 1930
-Begin jaren 20 eerste diensten voor verzorging aan huis -> Kloostergemeenschappen, Christelijke
Mutualiteiten, Wit-Gele Kruis (ziekte was geen straf meer v God)
-WO II -> Tijdens oorlog sterke afname v deze thuiszorg, na oorlog zeer sterke opmars
Federaal, Vlaams, lokaal: Wie doet wat?
Binnen thuiszorg is Vlaamse overheid verantwoordelijk voor programmatie, erkenning en
subsidiëring van:
-Diensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg
-Diensten voor logistieke hulp
-Diensten voor oppashulp
-Diensten voor thuisverpleging
-Lokale en regionale dienstencentra
-Diensten voor gastopvang
-Verenigingen v gebruikers en mantelzorgers
Daarnaast ook subsidies voor projecten in thuiszorg en personen-alarmtoestellen
Thuiszorg: Een zorg met toekomst
Visie op thuiszorg in de 20e eeuw:
-Het geheel van informele en formele zorg die geboden wordt aan de thuiszorggebruiker in zijn
thuismilieu en die specifiek gericht is op hem te handhaven in zijn thuissituatie.
-Gebaseerd op enkele principes:
-Beste milieu = thuismilieu
-Zorgvrager staat centraal:
-Stimuleren zelfzorg
-Mantelzorg ondersteunen
-Vraaggestuurde zorg ipv aanbodgestuurde zorg
-Preventie en organisatie 1e lijnszorg (niet enkel cure and care)
1
, Maes Chelsea 2VBl Organiseren en coördineren van zorg
-Oorzaken expansie thuiszorg:
-Demografische factoren
-Toenemende levensverwachting
-Chronische verzorging (bv diabetes, reuma, CVA, hartlijden, kanker, … is nu
leefbaar)
-Gezondheidsfactoren
-Evolutie medische wetenschap
-Economische factoren
-Toenemende welvaart (bv huis kunnen aanpassen met traplift)
-Maatschappelijke factoren
-Kleinere gezinnen, toename aantal jonge mensen
-Belangrijkheid v carrière (meer vraag naar georganiseerde thuiszorg)
Partners in de thuiszorg
-0e lijn -> Niet-professionele zorg, vnl mantelzorg, vrijwilligers, zelfhulpgroepen en familie
-1e lijn -> Gericht op pt thuis/thuisvervangend milieu. Direct toegankelijk, gericht op pt die hulp
vraagt/preventief
-2e lijn -> Gespecialiseerde zorg, na doorverwijzing uit 1 e lijn
-3e lijn -> Gespecialiseerde en psychiatrische ziekenhuizen
-4e lijn -> Instellingen voor langdurig verblijf (beschut wonen, revalidatie, rvt)
Cliënt
-Groepen:
-Valide -> Enigszins nog zelf in staat in te staan voor zorg die ze nodig hebben
-Invalide -> Bedlegerig, praktisch volledig aangewezen op assistentie
-Semi-valide -> Mits hulp v omgeving enigszins mogelijk zelfstandig te leven
Transitie = overgangsperiode die het leven tijdelijk ontwrichten, leiden tot nieuwe situatie (overlijden
partner, verminderde mobiliteit, geheugenverlies, …)
-Voorwaarden:
-De woning -> sanitaire voorzieningen, verwarmings-verluchtingsmogelijkheden,
mogelijkheid kamer in te richten als ziekenkamer
-Het gezin -> aanvaarden ziekte, aanvaarden aanwezigheid zorgverleners, bepaalde
handelingen uitvoeren/overnemen
-> Bekwaamheid tot zelfzorg is hoogste doel
-Voordelen zorg in thuismilieu:
-Cliënt in vertrouwde omgeving
-Eenheid vh gezin bewaard
-Huisgenoten kunnen helpen in genezingsproces
-Zelfzorg wordt gestimuleerd
-Genezingsproces verloopt vlotter thuis
-Cliënt kiest zelf zorgverleners
-Vertrouwensrelatie tss cliënt en zorgverleners is groot
-Nadelen zorg in thuismilieu:
-Voor alleenstaande weinig/geen contact met buitenwereld
-In nood niet meteen professional ter plaatse
2