Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Inleiding organisatiekunde hfd 1 en 2 €3,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Inleiding organisatiekunde hfd 1 en 2

 4 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting Inleiding organisatiekunde hfd 1 en 2

Aperçu 3 sur 18  pages

  • Non
  • Hoofdstuk 1 t/m 2
  • 25 septembre 2023
  • 18
  • 2023/2024
  • Resume
avatar-seller
Management en organisatie LES 1
Hoofdstuk 1 t/m 8 wel, hoofdstuk 9 niet, Boek inleiding organisatiekunde

Hoofdstuk 1.1 wat is een organisatie .
Organisaties kunnen erg van elkaar verschillen maar hebben 3 dingen gemeen:
- Mensen
- Middelen 3 kernfactoren die een organisatie een organisatie maken
- Doelstellingen
Mensen werken samen om doelstellingen te bereiken en maken daarbij vrijwel altijd gebruik van middelen.
Organisatie = doelgerichte samenwerkingsverbanden

Indeling organisatie:
Organisatie kan je opdelen in:
1. Bedrijven (ondernemingen en non-profitorganisaties)
2. Overige organisaties

Bedrijven Overige organisaties
Voor hun voortbestaan afhankelijk van klanten. Deze organisaties zijn niet afhankelijk van
Onderscheiden worden: klanten om te kunnen bestaan.
Profitbedrijven (streven naar winst (ook wel ondernemingen) Zij richtten zich op hun leden.
Non- profitbedrijven (streven niet naar winst)
Voorbeelden profitbedrijven: Voorbeelden non- profitbedrijven: Voorbeelden:
Phillips Ziekenhuis Amateursportvereniging
Douw Egberts Ministerie Kerk
Particuliere school (niet particuliere) school
Non-profit organisaties en overige organisaties mogen wel winst maken maar hebben dat niet als vooropgezette doel!

Indeling organisaties (naar juridische kenmerken):
1. Organisaties zonder rechtspersoonlijkheid:
- Eenmanszaak (1 eigenaar, mogen wel meerder in dienst zijn)
- Maatschap
- Vennootschap onder firma (VOF)
- Commanditaire vennootschap (CV)
1. Organisaties met rechtspersoon:
- Besloten vennootschap (BV)
- Naamloze vennootschap (NV)
- Vereniging
- Coöperatie
- Onderlinge waarborgmaatschappij
- Stichting
NV, beursgenoteerde vennootschap, haar aandelen worden op de beurs verhandeld.
BV, aandelen in handen van een beperkte groep aandeelhouders die hun aandelen alleen onder bepaalde voorwaarden kunnen
verkopen.
Nv heeft dus meer toegang tot een grotere groep beleggers waardoor er neer mogelijkheden zijn om vermogen aan te trekken wat
wenselijk kan zijn wanneer er grote investeringen moeten worden gedaan.

Fusie =
Twee of meer organisaties worden samengevoegd in een nieuw verband

Overname =
Ene organisatie neemt de andere over (kan in sommige situaties wenselijk zijn de oude naam van het bedrijf op de markt te laten
opereren, bijvoorbeeld door bekendheid bij de mensen wat kan hebben gezorgd voor trouwe klanten)

Joint venture =
Vorm van samenwerking waarbij samenwerkende organisaties een deel van hun vermogen inbrengen in een nieuw bedrijf.

Strategische samenwerking =
Samenwerkingsverband tussen twee of meer organisaties die met behoud van zelfstandigheid en identiteit samenwerken op een
deelgebied dat van belang is voor de continuïteit van beide organisaties.
Oprichten en organiseren van organisaties gebeurt niet zomaar; het voldoet aan een algemene menselijke behoefte aan
voorspelbaarheid en ordening.

Binnen het algemene maatschappelijke verkeer speelt het economisch verkeer een belangrijke rol, omdat veel transacties in geld
worden uitgedrukt.

,Hoofdstuk 1.2 Globale ontwikkelingen in de organisatietheorie
1.2 Globale ontwikkelingen in de organisatietheorie
De term organisatie is door de volgende ontwikkelingen tot stand gekomen:

Eerste industriële revolutie:
Tijdens deze revolutie werd de focus gelegd op de ontwikkeling van economische en technische kenmerken van fabrieken, waardoor
er op de productie werd geconcentreerd

1.2.1 Einde negentiende eeuw tot circa 1935
Scientific management
- Een van de theorieën van de klassieke school van de organisatietheorie en berustte op een kwantitatieve benadering.
- Streven naar efficiency stond voorop
- Kwam voort uit de theorieën die Frederick Taylor bedachte in zijn boek (shop management) hierin zette hij de
grondbeginselen uiteen van de wetenschappelijke bedrijfsorganisatie, toegespitst op de productieafdeling
Het ging daarbij om:
- Wetenschappelijke analyses van de werkzaamheden (tijdmetingen en bewegingsstudies van de handelingen in het
productieproces)
- Verregaande taakverdeling en training van de arbeiders, waarbij elke handeling nauwkeurig was voorgeschreven

Presentatiebeloning:
Hoe harder een arbeider werkte, des te hoger werd zijn salaris
 Kon gemakkelijk:
Door grote economische schaarste was de afzet gegarandeerd
In de 1e industriële revolutie speelde een gedachte van laisser-faire (minimale overheidsbemoeienis)
Periode waarin kapitalisme bloeide en de bescherming van vakbonden en socialeverzekeringswetgeving niet bestond

Henri Fayol:
- Gebruikte zijn ervaringen als directeur in zijn general management theory:
Hierin geeft hij onder meer de benodigde vaardigheden om een organisatie te leiden:
- Prevoir (vooruitzien = plannen)
- Organiseren (organiseren)
- Commander (opdrachten geven)
- Coordonner (afstemmen, coördineren)
- Controler (controleren

Max Weber:
Bekend om zijn ideeën over de rationele organisatie:
- Er zou een bureaucratisch samenwerkingsverband moeten bestaan met duidelijk door systemen en procedures
afgebakende werkzaamheden, bevoegdheden en verantwoordelijkheden.
- Werknemers zouden niet moeten worden geselecteerd op basis van vriendjespolitiek maar op basis van objectieve
criteria (kennis en vaardigheden)
Het werk zou moeten uitgevoerd worden in een kader van het eenheid-van-bevelprincipe:
= ieder werknemer heeft 1 baas

1.2.2 1935 – 1955
Humanrelationsbenadering:
- Reactie op de starre denkbeelden van het scientific management
- Kwam voort uit de Hawthorne-experimenten. Steeds meer mensen gingen nadenken over de totstandkoming van de
presentaties van medewerkers binnen organisaties. Door de sociale aspecten tijdens het werken te betrekken, kan het bedrijf
hier succes uit halen

Revisionisme (herziening)
- Denkrichting met als motto ‘mensen en organisatie’
- Probeerde het scientific management en de human relations te integreren

, 1.2.3 1955-heden
Eind jaren 50 grote economische bloei (na 2e WO)
In deze periode: grote maatschappelijke veranderingen: Als reactie op gebeurtenissen en ontwikkelingen (2 e WO)
- Nederlanders raakten steeds meer betrokken bij wat er in de wereld om hen heen gebeurde
- Besef groeide dat organisaties beschouwd moeten worden als open systemen:
Systemen die invloed uitoefenen op hun omgeving en door die omgeving beïnvloed worden
 Hiermee werd de aanzet gegeven tot de ontwikkeling van de systeemtheorie:

1e uitgangspunt:
Toenemende interdependentie in de wereld en het besef van de tal van de problemen alleen kan worden opgelost door samenwerking
hebben geleid tot een groot aantal internationale samenwerkingsverbanden

Het begin van een uitgebreide Europese samenwerking heeft grote gevolgen gehad voor het bedrijfsleven
- Steeds meer gedwongen over nationale grenzen heen kijken
- Ingevoerde gemeenschappelijke munt

2e uitgangspunt:
Problemen moeten vanuit verschillende invalshoeken worden aangepakt, omdat daarmee samenwerkingsvoordelen (1+1=3) worden
bereikt.
Het gaat hier om de aan de gestaltpsychologie ontleende stelling ‘het geheel is meer dan de soms der delen’

De systeemtheorie betreft dus de samenhang tussen delen (processen) en de beheersing daarvan in een groter verband.

Men realiseert zich steeds sterker dat beslissers niet alle alternatieven kunnen kennen en dat gevoelsmatig handelen onvermijdelijk ook
een rol speelt in besluitvorming.
Wordt steeds meer afstand genomen van de gedachte dat er in een organisatie slechts 1 beslisser is
 Vormen van betrokkenheid komen op en zorgen dat betrokkenheid en invloed toenemen (medezeggenschap, delegatie)

Wet op de ondernemingsraden (WOR): heeft steeds meer bevoegdheden gecreëerd voor de werknemers

Europese ondernemingsraad (EOR):
- Mogelijk om als werknemer invloed uit te oefenen op de besluitvorming
- Houdt zich bezig met het raadplegen en uitwisselen van informatie over grensoverschrijdende onderwerpen

Contingentiebenadering:
- Niet 1 beste manier van leidinggeven en structureren
- De beste manier wordt bepaald door de situatie waarin de organisatie zich bevindt:
Door de aard van het werk, niveau van de werknemers, mate waarin omgeving invloed heeft op de organisatie.

Peter Drucker:
- Volgens hem is de westerse wereld na de 1e industriële revolutie ( revolutie waarin productiviteitsstijging door een efficiënte inzet
van fysieke productiefactoren centraal stond) aangeland in een periode waarin kennis de essentiële productfactor is geworden
 Er heeft een kennisrevolutie plaatsgevonden:
Doordat de productiviteitsrevoluties in de landbouw en industrie langzamerhand voltooid zijn, is een verhoging van de productiviteit
in de kennis- en dienstensector een absolute voorwaarde geworden voor verdere economische groei.

Henry Mintzberg:
Heeft een aantal basisconfiguraties ontwikkeld:
- Ideaaltypen van de manier van leiddinggeven en structureren
- Uitgangspunt is dat de perfecte manier van leidinggeven en structureren niet bestaat
- Iedere organisatie zou op een op maat gemaakte structuur en manier van leidinggeven moeten hanteren
De basisconfiguraties zouden daaraan een richting geven

Michael Porter:
Introduceerde vijfkrachtenmodel:
- Hulpmiddel bij het analyseren van de markt en de concurrentie
- Onderscheidt concurrenten, potentiële toetreders, aanbieders van substituut artikelen, handel, leveranciers tegen de
achtergrond van toetredings- en uittredingsbelemmeringen

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur manonmiedema003. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

66475 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,99
  • (0)
  Ajouter