Hoofdstuk 1: Op ontdekkingstocht door een bekend gebied. Over de
eigen aard van de samenleving.
→ Sociologie (samenleving kunde) = De studie van de samenleving.
○ Wat valt onder ‘de samenleving’? We denken het te kennen maar er zijn nog heel veel
delen die we er niet van kennen.
1. Een beeld van een titel
→ De samenleving is een speelveld met (sociale) spelregels (bv. wetten, gedragsregels) en
spelers (bv. mensen, organisaties, instituties) en samen spelen zij het samenlevingsspel.
⇢ Afbakening binnen - buiten (uitgesloten): Buiten de lijnen staan
mensen die gekwetst zijn of niet mogen meedoen door zware
overtreding.
⇢ Spelregels niet allemaal even dwingend (bv. wetgevingen -
beleefdheidsregels).
⇢ Niet naleven van de spelregels heeft gevolgen / sancties (scheidsrechter).
⇢ Publieke (bv. straat) en particuliere (bv. binnenshuis) ruimte (zones).
⇢ Samenleven is getypeerd door geboden, verboden, regels en taboes
○ Specifieke posities (keeper, spits, ...)(bv. dokter)
⇢ Binnen de posities is er een specifieke taakverdeling (arbeidsdeling)
⇢ Relatief stabiel
⇢ Invulling niet voor altijd vastgelegd
○ Specifieke rollen (keeper: doelpunten voorkomen)(bv. dokter: levens redden)
⇢ Hoe je je sociale positie invult
⇢ Verwachte gedrag bij een positie
○ Hoge (aanvallers) (bv. chirurg) of lage status (verdedigers) (bv. vuilnisophaler)
⇢ Waardering die aan een positie wordt gegeven
⇢ Lage waardering betekent niet meteen minder belangrijk
○ interageren en communiceren (aanmoediging (ploegmaten), schelden,..)
⇢ Anticipatie op acties van anderen
○ Taakverdeling en hiërarchie (bv. kapitein < vervang kapitein <..)(bv. dokter <
verpleegster < student <..)
⇢ Het kan een statische hiërarchie zijn, waar nauwelijks verandering in komt, of
juist een heel dynamische hiërarchie.
, ⇢ Formele leider en informele leider
1. Formele leider = Via officiële kanalen op hun positie recht (kapitein)
2. Informele leider = De beste, diegene met het meeste gezag,
spreekbuis, belangrijke figuur, .. (beste speler)
→ Ontstaan vaak conflicten tussen formele en informele leiders
○ Productiviteit (hoge productiviteit: meer scoren dan incasseren met dezelfde
middelen) (bv. hoge productiviteit: auto’s worden op korte tijd door zo min mogelijk
mensen tijd gemaakt)
⇢ De verhouding tussen productie en productiemiddelen
⇢ Netto uitkomst + inzet middelen
⇢ Wie onvoldoende bijdraagt aan de productiviteit wordt aan de kant gezet
(op de bank gezet) (bv. pensioen).
○ Motieven (winstpremie) (bv. maatschappelijke status verbeteren, voor de lol,..)
⇢ Waarom doen mensen de dingen die ze doen
⇢ De motieven kunnen sterk verschillen
⇢ Ze bepalen mee de invulling van je rol
○ Neutrale waarnemers (trainers) (bv. modeontwerpers, religieus leiders, politici,..)
⇢ Sturen wat er op het speelveld gebeurd, staan aan zijlijn
⇢ Mate van neutraliteit:
1. Minder (trainer, voetbalsupporters,..): Sympathieën en antipathieën …
2. Meer (+/- verslaggevers): De ambitie van wetenschappers is de meest
neutrale positie innemen, dit lukt echter niet altijd. Ze moeten volledige
beschrijvingen voorzien, analyses maken en verklaringen zoeken (en
vinden). → Zorgen voor controleerbaarheid
○ ‘Voetbal is oorlog’ (Rinus Michels)
⇢ Problematisch als regels als onbestaand beschouwd worden
⇢ Regels en vrijheid sluiten elkaar niet uit: Je hebt pas vrijheid als er spelregels
zijn. Ze zorgen voor de zekerheid en voorspelbaarheid die mensen nodig
hebben om hun eigen leven te leiden.
→ Een geordende samenleving: Vrijheid om regels te respecteren en te
overtreden.
!!! Sociale werkelijkheid is minder duidelijk afgebakend, spelregels worden voortdurend
gemaakt en afgevoerd, spelers bekleden tegelijk verschillende posities en vertolken vele en
soms tegenstrijdige rollen.