Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
examenvragen €2,99
Ajouter au panier

Réponses

examenvragen

3 revues
 574 vues  9 fois vendu

dit zijn de opgegeven examenvragen op blackboard met antwoorden van het jaar

Aperçu 3 sur 18  pages

  • 4 octobre 2017
  • 18
  • 2016/2017
  • Réponses
  • Inconnu
Tous les documents sur ce sujet (12)

3  revues

review-writer-avatar

Par: iliastaheri • 2 année de cela

review-writer-avatar

Par: fariha1234567 • 6 année de cela

review-writer-avatar

Par: samiraelfakih • 7 année de cela

avatar-seller
saarvercammen
Examenvragen: Biologie
Hoofdstuk 2: Cellulaire bouwstenen
Leg uit: ‘Een fosfolipide gedraagt zich ambivalent ten opzichte van water ’.

ambivalent= tegenstrijdig

fosfolipide heeft een apolaire hydrofobe staart (stoot water af), en een polaire hydrofiele kop (trekt
water aan).

Secundaire structuur:
 Leg uit wat de secundaire structuur van een eiwit is.
 Hoe ontstaat het?
 Geef een voorbeeld van zo’n secundaire structuur.
Secondaire structuur eiwit = polypeptide dat op een specifieke manier verdraait/ vervouwd is.

Plooien worden veroorzaakt door waterstofbruggen tussen aminozuren

Spiraalvormige structuur

Wat is een onverzadigd vetzuur?

1 of meer dubbele bindingen in skelet (ontstaan van knik in vetzuurketen). Meestal vloeibaar bij
kamer temperatuur(oliën). Meestal plantaardig.

Wat is een waterstofb rug?

Intermoleculaire binding, binding tussen moleculen. Moleculen waartussen H-bruggen kan
voorkomen bevatten een waterstofatoom (H) verbonden aan een zuurstof (O) en/of stikstof atoom
(N).

Volgende suikers 1,2 koppelen:




+ H2O
Wat is het verschil tussen een purine en een pyrimidine? Geef van elk een voorbeeld.

Pyrimidine bestaat uit 1 ring van 6 C-atomen en N-atomen (Cytosine, Thymine, Uracil).

Purine-moleculen zijn groter, bestaan uit zesvoudige ring gekoppeld aan een vijfvoudige ring
( Adenine, Guanine).

Wat bedoelt men met het 5’-uiteinde van een polynucleoti de?

Bij de vorming van een nucleotide: orthfosforzuur wordt op nucleoside gebonden.

Komt tot stand door verestering van fosforzuur aan het 5 e C-atoom van ribose = 5’-uiteinde

Een keten loopt van 5’ naar 3’ van boven naar beneden , andere 3’ naar 5’

,Vergelijk de structuur van een vet met die van een fosfolipide.

Vet : glycerol + 3 vetzuren, hydrofoob karakter door C)H bindingen in staart

Vetzuur = lange keten C-H bindingen eindigt op carboxyl-groep (COOH)

Fosfolipide : glycerol + 2 vetzuurstaarten + fosfaatgroep, ambivalent tov water

Teken de opbouw van een biologisch membraan, benoem en leg uit.



Wanneer fosfolipiden in aanraking komen met water
organiseren ze zich in een dubbele laag, hydrofiele hoofden
naar bijten gericht hydrofobe staarten naar binnen



Teken een nucleoti de; hoe is het opgebouwd; welke 3 onderdelen kan je
onderscheiden?

= monomeer opgebouwd uit:
 C5 suiker ; ribose in RNA, desoxyribose in DNA
 Fosfaatmolecuul
 Stikstofhoudende heterocyclische base




Geef 3 verschillen tussen DNA en RNA

DNA: C5 suiker = desoxyribose / base Thymine / dubbelstrengig

RNA: C5 suiker = ribose / base Uracil / meestal enkelstrengig

Leg uit waarom H 2 O zo’n bijzonder molecule is; geef 4 eigenschappen van H 2 O.

 Een grote mate van cohesie (door H-bindinen)
o Constant gevormd/verbroken
o Grootdeel moleculen gebonden aan buren
o Meer structuur dan andere vloeistoffen
 Planten transporteren water tegen Fz in
 Oppervlaktespanning
 Vermogen om temperatuursfluctuaties te bufferen
o Hoge specifieke warmte
 Evapotranspiratie (gedeelte zonne-energie gaat naar verdampen oceanen)
zorgt ervoor organismen niet verhitten
 Groot oplossend vermogen
o Veelzijdig solvent
o Oplossen door ontbinding in componenten
o Of polaire molecule volledig omgeven
 Hydrofiel
 fydrofoob
 Uitzetten bij bevriezen

, o Lagere densiteit in vaste toestand dan vloeibare
o Ijs drijft

Wat is het verschil tussen een ketose en een aldose? Geef van elk een voorbeeld

Ketose: bevat keton groep vb.: fructose

Aldose: bevat aldehyde groep vb.: glucose




Geef schemati sch de rol van DNA en RNA weer in de cel.

DNA:

 Genetisch materiaal dat organismen erven van ouders
 Bevat alle info nodig om een cel te laten werken
 Geen rechtstreekse deelname celactiviteit
RNA:
 Rol tussen DNA en eiwit
 Gen op DNA stuurt synthese van type m-RNA
 m-RNA geeft boodschap door aan ribosomen


Geef 2 voorbeelden van een binding die ontstaat door
ontwatering.

Vorming disacharide met glycoside binding = > disacharidebinding

Vorming dipeptide (2 aminozuren) = > peptidebinding

(Vorming vetmolecule = > binding tussen glycerol en vetzuurketens)

Geef de structuur van glucose; zowel de lineaire vorm als de gesloten (circulaire) vorm

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur saarvercammen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

52928 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€2,99  9x  vendu
  • (3)
Ajouter au panier
Ajouté