Ter voorbereiding op het schriftelijk examen, de SJN-cursus – Jacht & Fauna beheer.
In de samenvatting zijn de belangrijkste onderwerpen per hoofdstuk genoteerd. Verder zijn er flitskaartjes opgenomen om het herkennen van (dier)soorten te vergemakkelijken.
,Ter voorbereiding op het schriftelijk examen, de SJN-cursus – Jacht & Fauna beheer.
De lesstof bestaat uit 13 verschillende hoofdstukken. Elk hoofdstuk bevat relevante
informatie om tot je te nemen. Echter is niet elk hoofdstuk relevant om te leren, waardoor
sommige hoofdstukken ook niet zijn samengevat.
In de samenvatting zijn de belangrijkste onderwerpen per hoofdstuk genoteerd. Voor het
hoofdstuk; 3 t/m 8 en 10 + 11 zijn flitskaartjes/oefenkaartjes opgenomen deze zijn te vinden
in een aparte bijlage. Het is erg belangrijk om dit goed te leren!
,Hoofdstuk 1: Wet- en regelgeving
1.1 De jacht en de regels die daarvoor gelden
Als jager zijn er twee wetten waar je veel mee in aanraking komt:
• Wet wapens en munitie, Wwm
• Wet natuurbescherming, WnB
Wnb; Alle dieren in NL zijn beschermd, dus inclusief de wildsoorten en dieren die op de
vrijstellingslijst staan. Er zijn 4 dieren uitgezonderd van de Wet natuurbescherming.
o Bruine en zwart rat, huismuis en mol
Elke provincie kan afwijken van de Wnb doormiddel van;
o Provinciale vrijstelling
o Provinciale ontheffing
o Provinciale opdracht
Sprake van jacht als het gaat om bemachtigen, opzettelijk doden of met het oog daarop
opsporen van wild en pogingen daartoe. (*Doden van een ree, is dus geen jacht → een ree is
geen wildsoort!).
Bij jacht is benutting van het wild het doel. Daarom mag er wel worden gejaagd, als er geen
reden voor schadebestrijiding of populatiebeheer is. Daarbij moet wel rekening worden
gehouden met een redelijke wildstand.
Wildsoorten: * tijdens jachtseizoen
o Haas, konijn, fazant, wilde eend, houtduif
Jachtaktehouder mag jagen, en daardoor afwijken van verbodsbepaling die bedoeld zijn om
in het wild levende dieren te beschermen.
Dieren op vrijstellingslijst: Wettelijk beschermd; in het kader van beheer en
schadebestrijding. Hele jaar tijdens zonsopgang tot zonsondergang.
o Vos, kauw, zwarte kraai, Canadese gans, konijn en houtduif
1.2 Jachtmiddelen
• Jachtmiddelen: (direct middel)
o Geweer (niet elk geweer)
o Hond
o Jachtvogels (Haviken en slechtvalk)
o Eendenkooi
o Fretten en buidels
• Jachtmiddelen: (indirect middel)
o Lokkers
o Levende eenden (geringd, niet verminkt)
, o Camouflage schermen
Voor schadebestrijding meer middelen en methoden.
1.3 Jachtverboden
Jachtverboden:
a. Op wild waarop de jacht niet is geopend
b. met andere dan de tot jagen geoorloofde middelen
c. met een geweer in een jachtveld dat niet voldoet aan de gestelde regels
d. op zondagen, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag en tweede Pinksterdag, beide
Kerstdagen en Hemelvaartsdag
e. op begraafplaatsen
f. voor zonsopgang en na zonsondergang
g. indien de grond met sneeuw is bedekt
h. op wild dat zich ten gevolge van hoge waterstand ophoud op hoog gelegen gedeelten
van het terrein
i. op wild dat zich bevindt in of in de nabijheid van wakken of bijten in het ijs
j. op wild voor zover dat als gevolg van onvoldoende bevedering niet in staat is te
vliegen
k. op wild dat als gevolg van weersomstandigheden in uitgeputte toestand verkeert
l. binnen een straal van 200 meter rond plaatsen waar voer of aas is of wordt versterkt
met als oogmerk wild te lokken.
m. Met het geweer in bebouwde kommen van gemeenten en in de onmiddellijk aan die
kommen grenzende terreinen
n. Vanaf of vanuit een motorrijtuig dan wel een ander voertuig
o. Vanaf of vanuit een vaartuig, als er harder wordt gevaren dan 5 km per uur.
p. Vanuit een luchtvaartuig
q. Met een geweer binnen een afpalingskring van een eendenkooi
• Uitzonderingen
o Wilde eenden mogen een halfuur voor zonsopgang en halfuur na
zonsondergang bejaagd worden.
o Jacht op eend en houtduif toegestaan bij sneeuw, geen sprake van het volgen
van een sneeuwspoor.
o Jacht op haas, fazant en konijn bij sneeuw waarbij anders dan voor de voet
wordt gejaagd. Er is dan geen sprake van het volgen van een sneeuwspoor,
denk aan druifjacht.
1.4 Jachtrecht en jacht houder
Jachtrecht is verbonden aan het eigendom van grond, eigenaar heeft dus het eerste
jachtrecht. Indien sprake is van erfpacht, gaat het jachtrecht over naar die ander, tenzij de
eigenaar het expliciet benoemd.
Degene die het jachtrecht heeft is de jachtgerechtigde. Dit kan de eigenaar zijn, erfpachter
maar ook de vruchtgebruiker zijn. Als je jachtgerechtigde het jachtrecht niet afstaat is hij
jachthouder. Als de jachtgerechtigde het wel afstaat dan is de ander de jachthouder. In dat
geval mag de jachtgerechtigde er niet jagen! De jachthouder wel.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur slim-leren. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.