Zeer uitgebreide samenvatting met tekeningen. Alles is duidelijk vermeld en de cursus is volledig in de samenvatting verwerkt. Alle informatie die nodig is voor het behalen van dit vak is terug te vinden in deze samenvatting. Ook wordt er duidelijk vermeld welke onderdelen kliniek zijn en dus zeer ...
Verbindingsspieren - oppervlakkig
De scapula en humerus liggen het dichts bij de thorax en dienen dus verbindingsspieren te hebben met de thorax.
Wanneer een bepaalde spier een aangrijpingspunt heeft op de humerus en ergens op de wervels —> als die spier
gaat samentrekken dan zullen de beenderige structuren bewogen worden. Het doel is dus niet alleen vastmaken
maar ook beweging.
Musculus trapezius
—> vorm lijkt op een trapezium.
Stippellijn = structuur die ergens onder ligt.
De m trapezius bestaat uit:
- pars cervicis
- pars thoracis
Groen = ligament over spinaaluitsteeksel van wervels = lig. Supraspinale. In de nek volgt deze de spinaal uitsteeksels
niet, hier wordt het het lig. Nuchae genoemd.
Pars thoracis: Thoracaal begint op de spina scapula en eindigt op het lig. Supra spinale rond Th10. Grijpt niet aan op
de gehele caudale zijde van de spina scapula.
Pars cervicis: grijpt aan de gehele craniale zijde van de spina scapula. Eindigt ter hoogte van de CWK2 op het lig.
Nuchae.
Thoracaal bevindt zich een ruimte waar zich geen spier bevindt: hier zit een peesplaatje = uitwendige schoft-
schouder band.
Tanisha Mikkers 1
,Inwendige schoft schouder band: O. = schoft, I. = mediale vlakte scapula.
Abduceren van het gehele voorbeen: been verdwijnt verder van mediaanlijn.
Alleen cervicis samentrekken en schouderblad beweegt niet: het buigen van de hals (naar beneden).
Alleen cervicis samentrekken en schouderblad beweegt mee: been komt naar voren (richting craniaal).
Afbeelding 1. Musculus trapezius pars cervicis en thoracis
Musculus Sternocephalicus
Hoort eigenlijk niet in het rijtje thuis, heeft niets te doen met het voorbeen.
O. =Manibrum Sterni, I. = schedel —> 3 opties, niet elk dier heeft ze alle drie!!!! De opties zijn:
- processus mastoideus = pars mastoidea
- achterhoofd = pars occipatlis
- mandibula = pars mandibularis
Functie van de spier: spier wordt korter, hoofd gaat naar beneden.
Paard
Heeft enkel de pars mandibularis.
Kliniek: Het paard heeft een divertikel rond buis van eusthachius. Bij een ontsteking loopt dit vocht in het divertikel,
dit etter kan niet omhoog lopen en terug naar de keel gaan. De zak gaat vervolgens dus zwellen. De oplossing is een
gaatje maken in onderzijde van de luchtzak = wegspoelen/drainage etter. Hoe ga je deze bereiken? De m.
Sternocephalicus is goed voelbaar en aan de bovenrrand van deze spier loopt de vena jugularis. Als deze afgeklemd
wordt dan zal de vena linguo facialis gaan opzetten —> er ontstaat dan een 3 hoekige ruimte tussen de Mandibula,
de m. Sternocephalicus en de vena Linguo Facialis. Als je hier met een sonde in gaat steken en richting het oor gaat
prikken kom je in de luchtzak terecht.
Ruminantia
De pars mandibularis gaat er zijn maar schiet door tot op het niveau van het zygoma, daarom wordt deze soms het
pars zygomaticum genoemd. Ook is er een aangrijpingspunt op de mastoideus, dit is de pars mastoïdea. Deze geeft
nog een extra strook af naar de schedelbasis, dit is de pars basilaris.
Carnivoren
Hebben een pars mastoïdea en een pars occiptalia.
Tanisha Mikkers 2
,Afbeelding 2. Musculus sternocephalicus
Musculus Brachiocephalicus
O. = brachium (bovenarms = humerus), I. = schedel.
T.h.v. Humerus lateraal een beenkam = Crista humeri.
Spier start ter hoogte van de Crista humeri
Ter hoogte van de schouder wordt bij de katten een kraakbeenstrook teruggevonden. Bij de rest van de dieren is dit
een bindweefselstrook. Dit is in principe de clavicula en wordt de claviculaire streep genoemd. Hierna loopt de spier
verder.
Hierdoor kan de spier dus opgedeeld worden in twee delen:
- m. Cleidobrachialis (tussen humerus en claviculaire streep)
- m. Cleidocephalicus (tussen claviculaire streep en de schedel), kent een:
- Pars mastoïdea
- Pars basilaris/occiptalia
- Pars cervicalis
Als de spier samentrekt en het schouderblad gaat mee dan gaat het voorbeen naar voren. Het kan ook zo zijn dat het
schouderblad niet gaat bewegen, er wordt aan de humerus getrokken en de schouder strekt zich.
Als het voorbeen stil blijft staan en de spier gaat samentrekken: het hoofd wordt gebogen. Als het aan een kant is
dan wordt het hoofd zijwaarts bewogen.
Paard
Kent opnieuw alleen de pars mastoïdea.
Ruminantia
De pars mastoïdea en het pars cervicalis zijn één doorlopende spier, ze zijn versmolten. De pars basilaris gaat soms
takjes afgeven naar de eerste halswervel.
Carnivoren
Pars mastoïdea en pars cervicalis.
De vena Jugularis wordt caudaal begrenst door de m. Brachiochephalis en craniaal door de m. Sternocephalicus.
Tanisha Mikkers 3
, Afbeelding 3. Musculus Brachiocephalicus
Musculus omotransversarius
I. = Omo (schouder), O.= atlas, C1
Bij kleine huisdieren grijpt deze aan rond C1, bij de grote huisdieren grijpt deze aan rond C3/4.
Ter hoogte van het voorbeen hebben we een diepe fascie. Fascie t.h.v. Laterale schouder: Fascia omobrachialis
lateralis. De m. Omotransversarius gaat aangrijpen ter hoogte van deze diepe fascie.
Over deze spier loopt de m. Brachiocephalicus. Nabij de halswervels wordt de m. Omotransversarius voor het
grootste deel bedekt door de m. Brachiocephalicus.
Samentrekken is voorbeen naar voren trekken. Kan niet een van de beenderen apart kunnen beïnvloeden. Bij het
been dat stilstaat zal het hoofd bewegen bij samentrekken. Bij een zijde die samentrekt = hoofd zijwaarts bewegen.
Boeglymfeknoop: bij de herkauwers onder de m. Omotransversarius de boeglymfe te voelen als allemaal kleine
bobbeltjes. Bij een koe kan je deze dus palperen omdat deze alleen bedenkt is door de huid en de m.
Omotransversarius. Zoeken: vingers in de hals zetten, voelen en bewegen naar caudaal.
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur TMdgkstudent. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.
