1. Is de dagvaarding geldig?
- Voldaan aan de vereisten uit art. 261 Sv
Nee? = Nietigheid van de dagvaarding art. 349 lid 1 Sv
Ja? = door naar vraag 2.
2. Is de rechter bevoegd?
- Absolute competentie: welk soort gerecht is bevoegd?
Rechtbanken in eerste aanleg: art. 45 RO
Sector straf: misdrijven
Sector kanton: overtredingen art. 382 Sv
Hof in hoger beroep: art. 60 RO
Hoge Raad in cassatie: art. 78 RO
- Relatieve competentie: welke van de absolute competente gerechten is bevoegd?
Rechtbank: art. 2 Sv: ‘binnen welk rechtsgebied het feit is begaan’ (= obscur
delicti)
Hof: art. 60 RO: ‘in hun ressort’.
Nee? = onbevoegdheid rechter art. 349 lid 1 Sv
Ja? = door naar vraag 3.
3. Is de OvJ ontvankelijk?
- Art. 68 Sr: ne bis idem
- Art. 69 Sr: overlijden verdachte
- Art. 70 Sr: verjaring
- Art. 74 Sr: transactie
- Art. 486 Sv: verdachte onder de 12 jaar
Nee? = niet-ontvankelijkheid van het OM
Ja? = door naar vraag 4.
4. Zijn er redenen voor schorsing der vervolging?
Art. 14 Sv – Art. 16 Sv
Ja? = schorsing der vervolging art. 349 lid 1 Sv
Nee? = door naar de materiele vragen.
,Materiele vragen: art. 350 Sv
1. Is de tenlastelegging bewezen?
Hulpvragen hierbij:
Klopt de tll met de gegeven casus? (Staat alles erin)
- Wederrechtelijkheid/ schuld of verwijtbaarheid als bestanddeel in de tll
opgenomen? = strafuitsluitingsgronden behandelen (dit leidt tot vrijspraak)
Nee? = vrijspraak art. 352 lid 1 Sv
Ja? = door naar vraag 2.
2. Is het bewezenverklaarde te kwalificeren als strafbaar feit?
Hulpvragen hierbij:
De tll vergelijken met de delictsomschrijving, komen alle bestanddelen in de tll
voor?
Nee? = OVAR wegens niet strafbaarheid van het feit art. 352 lid 2 Sv
Ja? = door naar vraag 3.
3. Is de dader strafbaar?
- Wederrechtelijkheid/ schuld of verwijtbaarheid als element =
strafuitsluitingsgronden behandelen (dit leidt tot OVAR)
Nee? = OVAR wegens niet strafbaarheid dader art. 352 lid 2 Sv
Ja? = door naar vraag 4.
4. Straf/ maatregel
- Straf of maatregel wordt hier bepaald.
(In geval van ontoerekeningsvatbaarheid art. 39 Sr, bv. TBS)
Materiele einduitspraken zijn dus
- Veroordeling art. 351 Sv
- Vrijspraak art. 352 lid 1 Sv
- OVAR art. 352 lid 2 Sv
Wederrechtelijkheid WEL in DO Rechtvaardigingsgronden M1
Schuld NIET in DO Schulduitsluitingsgronden M3
Wederrechtelijkheid NIET in DO Rechtvaardigingsgronden M3
, Schuld NIET in DO Schulduitsluitingsgronden M3
Wederrechtelijkheid WEL in DO Rechtvaardigingsgronden M1
Schuld NIET in DO Schulduitsluitingsgronden M1
Wederrechtelijkheid NIET in DO Rechtvaardigingsgronden M1
Schuld WEL in DO Schulduitsluitingsgronden M1
Soorten delicten
- Krenkingsdelicten: stellen de daadwerkelijke aantasting van een rechtsgoed
strafbaar. Gedragingen die inbreuk maken op het beschermde rechtsgoed.
- Gevaarzettingsdelicten:
Concrete gevaarzettingsdelicten: voldoende voor strafbaarheid is dat er
een gevaarlijke situatie is geschapen. Niet vereist is dat het gevaar zich
heeft verwezenlijkt.
Abstracte gevaarzettingsdelicten: (vaak in bijzondere wetten) de wetgever
treedt hierbij preventief op. Hij verbiedt gedragingen die mogelijk tot een
krenkingen kunnen leiden. Concreet gevaar is hierbij niet vereist. Het doet
er niet toe of het beschermde rechtsgoed daadwerkelijk in gevaar is
gebracht.
Onderscheid krenkingsdelicten en gevaarzettingsdelicten: bij krenkingsdelicten wordt
er pas strafrechtelijk gereageerd nadat daadwerkelijke krenking/ schending van een
rechtsgoed heeft plaatsgevonden. Bij gevaarzettingsdelicten wordt de bedreiging van
een rechtsgoed al strafbaar gesteld.
- Materieel omschreven delict: de gedraging is omschreven als het veroorzaken
van een gevolg. Iedere gedraging die tot dit gevolg leidt is strafbaar. Vanuit het
gevolg wordt er terug gerederneerd.
- Formeel omschreven delict: gevolgen zijn niet van belang. De enkele gedraging is
als strafbaar gesteld, ongeacht de gevolgen.
- Commissiedelict: de gedraging in de delictsomschrijving is omschreven als een
handeling. De gedraging is een overtreding van een verbod.
- Omissiedelict: de gedraging in de delictsomschrijving is omschreven als een
nalaten, een niet doen. De gedraging is een overtreding van een gebod.
Eigenlijk omissiedelict: met het enkel niet-voldoen aan de verplichting
wordt voldaan aan de delictsomschrijving, ongeacht welke gevolgen het
verzuim heeft.
Oneigenlijk omissiedelict: handelingsdelicten die door nalaten worden
gepleegd.
Strafbaar feit = een feit dat aan een delictsomschrijving beantwoordt.
Voorwaarden voor strafbaarheid:
1. Een gedraging van een persoon
2. De gedraging voldoet aan de wettelijke delictsomschrijving (-> lex certa, lex scripta,
verbod op terugwerkende kracht, verbod op analogie)
3. De gedraging is wederrechtelijk
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur saradeboer3. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €12,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.