Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
interculturele psychologie samenvatting h1tm9 pedagogiek jaar 1 €6,59   Ajouter au panier

Resume

interculturele psychologie samenvatting h1tm9 pedagogiek jaar 1

 4 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

interculturele psychologie samenvatting van hoofdstuk 1 tm 9. Dit boek word besproken bij Pedagogiek jaar 1

Aperçu 3 sur 26  pages

  • Non
  • Hoofdstuk 1 tm 9
  • 23 octobre 2023
  • 26
  • 2023/2024
  • Resume
avatar-seller
H1:

Subjectief aspect cultuur: normen, waarden en opvattingen

Objectief aspect cultuur: boeken, gebouwen en apps

Cultuur: een door een gemeenschap gedeeld systeem van waarden, normen, ideeën, attitudes,
gedragingen, communicatiemiddelen en de producten ervan, die van generatie op generatie worden
overgeleverd.

Gemeenschappen: stammen, naties, organisaties en bevolkingsgroepen

Producten: instituties, gebouwen, wetten, woordenboeken, de standaardtaal en social media

Cultuur wordt niet door iedereen in een gemeenschap in gelijke mate gedeeld: er bestaan
individuele verschillen in de mate waarin de leden van een gemeenschap een cultuur aanhangen. Zo
zijn er grote verschillen tussen mensen in de manier waarop zij de cultuur verwerken, beoordelen,
interpreteren en in hun geheugen opslaan en hun gedrag erdoor laten beïnvloeden.

Hechtheid van een cultuur (tightnedd versus looseness): de mate waarin er sterke sociale normen
bestaan binnen die cultuur en of er sancties zijn als deze worden overtreden.
Dit begrip stamt uit de antropologie(menskunde) en werd in 1968 door Pelto bedacht.

Pelto kwam tot de ontdekking dat traditionele gemeenschappen verschillen in hechtheid van cultuur

Kenmerken hechtheid (Pelto):

- Gemeenschappen waarin afstamming plaatsvindt via de man of de vrouw (joodse identiteit
wordt door gegeven via de moeder) deze zijn hechter dan culturen waarin afstamming via
beide ouders verloopt
- Gemeenschappen die leven in dichtbevolkte gebieden zijn doorgaans hechter dan
gemeenschappen in dunbevolkte streken
- Agrarische gemeenschappen zijn hechter dan gemeenschappen van jagers en verzamelaars
omdat mensen meer met elkaar moeten samenwerken om te zorgen voor voldoende oogst

Cultuur beïnvloedt het gedrag van de leden van een gemeenschap, maar omgekeerd hebben ook
mensen invloed op de cultuur.

Cultuur is niet statisch maar past zich aan: opkomst genderneutrale wc’s, Dames en heren, jongens
en meisjes vervangen door genderneutrale uitspraken. Maar ook met te laat komen, nu sturen we
een appje als we iets later zijn, vroeger maakte men zich gelijk zorgen.

Overdracht van cultuur vindt plaats door enculturatie en socialisering.

Enculturatie: leren van cultuurelementen in de ruimste zin, dus zowel naar formele als informele
processen. Leren gebeurt op straat (tijdens spelen leer je gedragsregels) en veel door imitatie.

Socialisering: gerichte, normatieve vorm van enculturatie, introductie in een gemeenschap.
Inburgeringscursus, koranonderwijs.

Cultuur en ras zijn geheel verschillende zaken:

Ras verwijst naar fysieke kenmerken

Culturele groep: als er overeenkomstige fysieke kenmerken maar ook belangrijke cultuurelementen
zijn (taal, religie)

,Cultuur en etniciteit zijn meer met elkaar verwante begrippen: cultuur (taal, religie) kan als basis
dienen voor het bepalen van een etnische groep. Fysieke kenmerken kunnen een rol spelen, maar die
rol wordt steeds kleiner. Het belangrijkste kenmerk is waarschijnlijk de identificatie met de groep.
(Een Marokkaanse immigrant kan zich in betrekkelijke korte tijd een Nederlander gaan voelen.)

Cultuur is niet hetzelfde als nationaliteit: Nationaliteiten zijn vaak heterogeen samengesteld.
Nationaliteit gaat ook over een gebied met een bepaald klimaat en een bepaalde staatkundige
structuur en economie.

Triandis (1994) onwtikkelde een eco-cultureel model om de invloed van cultuur op gedrag te
beschrijven:

Ecologie->cultuur->enculturatie->individuele eigenschappen->gedrag

Hierbij wordt de biologische grondslag niet meegenomen als oorzaak van gedrag
Het is ook onvolledig want de variabelen zijn niet altijd in dezelfde volgorde
Deze elementen hoeven niet altijd allemaal te hoeven doorlopen

Eocologie: het weer, waterrijk of niet, bergen of insecten

4 dimensies hofstede:

Machtsafstand: ongelijkheid van mensen in een bepaalde samenleving. Deze ongelijkheid kan
voorkomen op mentale en fysieke kenmerken, status, rijkdom, macht, wetten en regels en komt voor
in elke samenleving.

Onzekerheidsvermijding: behoefte aan zekerheid in een bepaalde samenleving. In sommige landen is
deze behoefte zwak. Men accepteert het leven gemakkelijker zoals het komt en waagt zich eerder in
onbekende situaties, zoals een nieuwe baan.

Individualisme versus collectivisme: hoe sterk is de band tussen het individu en allerlei groepen
(familie, werk, buurt) in een samenleving.

Masculiniteit versus feminiteit: de sociale rollen die de twee sekse in een samenleving vervullen.
Masculien slaat op de traditioneel mannelijke gerichtheid op assertiviteit, prestaties, succes en geld
verdienen. Feminien verwijst naar de rol van zorg voor anderen en de leefomstandigheden, naar
bescheidenheid, intuïtie en emoties.

Bekritiseerd van dimensies hofstede: met name IBM-medewerkers, ten tweede culturele verschillen
tussen IBM (IT bedrijf) medewerkers uit verschillende landen per definitie nationale verschillen? Ten
derde, de gegevens zijn al meer dan dertig jaar oud

De hofstede dimensies hangen samen met economische indicatoren. Individualisme hangt sterk met
welvaart samen, een lage machtsafstand hangt daar matig mee samen en onzekerheidsvermijdings
zwak negatief. De enige dimensie die geen relatie heeft met welvaart is
masculiniteit/feminiteitsdimensie.



Karl Popper wees erop dat wetenschappelijke uitspraken de werkelijkheid niet gewoon afbeelden

, Universele gedragingen

- Fysiologische behoeften
- Sport en kansspelen
- Feesten organiseren en grappen maken
- Geschenken geven en begroeten en gastvrij zijn
- Potentiële partners het hof maken, dansen
- Verwanten benoemen (bijv oom)
- Begrafenissen
- Bezoeken afleggen

Samenvatting h2

Taal vormt een spiegel van cultuur. Scheldwoorden zijn in de ene cultuur beledigend maar in de
andere cultuur verwijzen die naar belangrijke culturele waarden.

Taal wordt beïnvloed door cultuur. Immigranten of mensen die voor hun werk voor langere periodes
naar het buitenland worden uitgezonden, leren vaak de taal van een nieuw land. Kinderen van
immigranten groeien op met Nederlands maar ook met de taal van hun ouders en grootouders.

Cultuuraccomodatie: immigranten leren de bijbehorende culturele attitudes en waarden

Sapir-Whorf-hypothese: manier van denken wordt bepaald door de taal die we spreken

Cultuuraffiliatiehypothese: tweetalig identificeert zich met de cultuur van de taal die hij/zij op dat
moment spreekt

Priming, het activeren van associaties in het geheugen: door het gebruik van de ene of de andere taal
worden allerlei cognities geactiveerd

Cognitieve vaardigheden kunnen ook verschillen: Nederlanders fietsen, tirolers leren skiën en
bergbeklimmen

Taal is niet alleen van invloed op het denken, maar ook op het gedrag.

In westerse culturen ligt het accent op persoonlijke autonomie en formele logica, wat zich vertaalt in
aandacht voor specifieke objecten en categorieën. Westerse mensen fixeren op objecten.

Oosterse culturen kenmerken zich juist door een holistischere manier van denken, met aandacht voor
alle elementen in de visuele omgeving, inclusief de bredere context en relaties tussen verschillende
onderdelen. Oosterse mensen fixeren op hele afbeelding.

Attributies: verklaringen die mensen geven voor wat er in hun sociale wereld gebeurt

Fundamentele attributiefout: neiging om het eigen gedrag vooral toe te schrijven aan de situatie,
tegenover de geneigdheid het gedrag van anderen toe te schrijven aan de persoon.

Zelfdienende vertekening: culturele verschillen in attributies. Onderzoek laat zien dat we geneigd zijn
ons eigen succes toe te schrijven aan persoonsgebonden factoren (ik heb aanleg voor pianospelen),
en ons falen aan situationele factoren (ik zakte voor dat tentamen omdat er zo veel herrie was in de
zaal)

Gevoelens die kleuren oproepen zijn universeel (overal op de wereld hetzelfde)

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur elinevennema. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,59. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

78998 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,59
  • (0)
  Ajouter