Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting - Doelgroepen 3 €6,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting - Doelgroepen 3

 0 vue  0 fois vendu

Samenvatting, zelf geschreven, opgesteld voor het examen doelgroepen 3 van 2023. Uitgebreide samenvatting waarin alles in staat van de cursus van 2023

Aperçu 4 sur 36  pages

  • 25 octobre 2023
  • 36
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (30)
avatar-seller
amberhofkens
1. KINDEREN EN JONGEREN MET GEDRAGS- EN EMOTIONELE PROBLEMEN

1.1 OMSCHRIJVING


1.1.1 OMSCHRIJVING VAN GEDRAGS- EN EMOTIONELE PROBLEMEN

1.1.1.1 WANNEER SPREKEN WE NU VAN GEDRAGS- EN EMOTIONELE PROBLEMEN?
Door anderen als moeilijk/lastig ervaren. Ongerust over gedrag + onzeker van worden (ouders). ‘Opvoeders’
weten niet meer hoe omgaan. Negatieve gevolgen voor omgeving  op weinig begrip rekenen. Storend
gedrag.

Scholte  wanneer ouders, leerkrachten en andere personen dit gedrag beschouwen als strijdig met de door
hen én de samenleving gehanteerd normen en regels en/of wanneer deskundigen dit gedrag als problematisch
beoordelen op basis van valide kenmerken van psychische (on)gezondheid.

Gedrag wordt bekeken in relationeel en transactioneel proces.

Gedragsproblemen= continuüm van druk, opstandig, agressief, prikkelbaar, uitdagend, driftig, vijandig,
antisociaal tot delinquent gedrag.

Moeilijk gedrag, gedragsproblemen, gedragsstoornissen, probleemgedrag, emotionele problemen, emotionele
stoornissen, kinderpsychiatrische stoornissen, opvoedingsmogelijkheid, ontwikkelingsstoornis,
karakterstoornis, moeilijk verstaanbaar gedrag…

Storend gedrag, emotionele problemen, somatoforme stoornissen (hoofdpijn, buikpijn)  kinderen met
probleemgedrag of gedrags- en emotionele problemen.

Externaliserend probleemgedrag  naar buiten gericht
Internaliserend probleemgedrag  naar zichzelf gericht

Dominant gedrag  agressief, manipulerend
Submissief gedrag  depressief, ontwijkend, zelfbeschadigend)

Grietens et al  kinderen die zich zichtbaar ongewoon/ abnormaal gedragen of die zichtbaar ongewone/
abnormale emoties vertonen, en dat afgezien van de ernst, oorzaak of context van gedrag of emotie.

VAPH  groep gedragsstoornissen en emotionele problemen is onderdeel van het internationaal
classificatiesysteem en verwijst naar het externaliserende of internaliserende karakter van de emotionele of
gedragsproblematiek.

GES+  extreme gedrags- en emotionele problemen

Criteria om doelgroep te omschrijven:

 Jongere heeft nodige diagnostiek voor gedrags- en emotionele stoornissen
 Jongere toont specifieke gedragskenmerken:
 Herhalende en aanhoudende agressie ten aanzien van zichzelf, anderen, goederen in
verschillende contexten
 Ernstige automutilatie
 Seksueel grensoverschrijdend gedrag
 Andere kenmerken versterken het extreme gedragspatroon

,Gedragsproblemen is geen diagnose maar symptoom. Symptoom dat weergeeft dat er onderliggend zeer
divers probleem is.

1.1.1.2 WAT IS HET ONDERSCHEID TUSSEN GEDRAGS- EN EMOTIONELE PROBLEMEN EN
GEDRAGSSTOORNISSEN?
- lichte, tijdelijke problemen  reactie op nieuwe situaties (gedragingen in bepaalde situaties, bij bepaalde
personen of die leeftijds- of fase gebonden zijn)
- Ernstige problemen  oppositioneel-opstandig gedrag/ stemmingsstoornissen

Gedragsstoornissen:

 Minder situatie gebonden
 Maken deel uit van grote groep gedragsproblemen
 Niet alle gedragsproblemen zijn ernstige genoeg om als gedragsstoornissen benoemd te worden
 Kinderpsychiatrische stoornissen
 Symptoom gedragsproblemen

‘Gedragsproblemen en gedragsstoornissen liggen in elkaar verlengde. Gedragsprobleem als ongewenst gedrag
vertoond wordt + voor omgeving storend. Gedragsstoornissen zijn ernstiger dan gedragsproblemen.
Gedragsstoornis wanneer aanhoudend negatief, opstandig, vijandig of agressief gedrag wordt vertoond
waarbij dagelijks functioneren wordt beperkt.’

1.1.1.3 WANNEER MOGEN WE DAN SPREKEN VAN EEN ANTISOCIALE GEDRAGSSTOORNIS OF EEN
OPPOSITIONEEL OPSTANDIGE GEDRAGSSTOORNIS?
= als kinderen zich verzetten tegen hun ouders
Passieve, milde vorm van verzet: negeren, verder doen met wat ze bezig waren
Actieve vorm van verzet: opdracht weigeren, brutaal

Antisociaal als normen + rechten worden overtreden.

DSM 5  oppositionele- opstandige stoornis & normomverschrijdende gedragsstoornis  Disruptieve,
impulsbeheersings- en andere gedragsstoornis

Oppositioneel opstandige gedragsstoornis als:

- Bijna nooit aan regels houden
- Verzetten tegen vragen & opdrachten

Dwarsliggen vaak gepaard met prikkelbaar & opvliegend gedrag. Incasseringsvermogen= klein  snel
gefrustreerd, vlug beledigd, schuld voor hun gedrag bij anderen  gemengde stoornis, zowel gedrag als emotie

Risico: latere ontwikkeling van antisociale gedragsstoornis + angst- of stemmingsstoornis

Ernstige stoornis: meer dan 3 situaties

Norm overschrijdende gedragsstoornis (= antisociale gedragsstoornis):

- Onbeheerst gedrag
- Hardnekkig gedragspatroon blijft herhalen
- Fundamentele rechten van anderen geweld aandoen
- Ernstige schade aan anderen op materieel, lichamelijk en psychisch vlak
- Zorgt voor onveilig gevoel (maatschappij)
- Verhoogd risico ontwikkelen crimineel gedrag

,  Oudertraining, cognitieve gedragstherapie, systematische behandeling, (farmacotherapie)

1.1.1.4 WANNEER SPREKEN WE DAN VAN JEUGDIGEN MET DELINQUENT GEDRAG?
Jeugddelinquentie= wanneer delicten gepleegd worden door minderjarigen

Tussen 12 en 18 jaar  jeugdrechtbank (justitie)
MOS: jongeren die als een misdaad omschreven feit hebben gepleegd  MOS vervangen door jeugddelict)
VOS: verontrustende opvoedingssituatie Onderscheidt maken door agentschap opgroeien
PLS: problematische leefsituatie

Forensische orthopedagogiek: tak van orthopedagogiek die zich richt op bestuderen van aanwezigheid en
ontstaan van ernstige problemen van kinderen, jongeren en jongvolwassenen

Jeugddelinquentierecht vertrekt vanuit herstelgerichte visie  op verantwoordelijkheid wijzen. Aandacht voor
aangepaste ondersteuning & begeleiding. Max. 23 jaar. Gesloten behandeling/ begeleiding vermijden &
vervangen door ambulante alternatieven.

Delinquent gedrag: continuüm van gedragingen waarbij inbreuk gepleegd wordt op regels, normen en wetten
en/of schade berokkend wordt aan individuen of maatschappij.

1.1.1.5 WAT VERSTAAN WE ALLEMAAL ONDER STRAFBARE FEITEN OF DELICTEN?
Verschillende typen delinquent gedrag:

 Gewelds- en zedendelicten agressie, moord, aanranding…
 Eigendoms- of vermogensdelicten oplichting, fraude, diefstal…
 Vernieling en openbare orde delicten vandalisme, huisvredebreuk, discriminatie…
 Verkeersdelicten rijden onder invloed, joyriding…
 Drugsdelicten gebruik van harddrugs…
 Statusdelicten spijbelen, drinken of kopen van alcohol onder 18…

Statusdelicten op zich geen delicten, maar geven wel reden tot gerechtelijke interventie omdat ze verbonden
zijn aan status van persoon (bv. minderjarigen)

Ernstig delict: schade toegebracht aan personen of materiële schade
Geïsoleerde delicten of groepsdelicten  aantal betrokken personen

Delinquent gedrag= deel uitmakend van continuüm van gedragsproblemen.

Zijn gedrags- en emotionele problemen ontwikkelingsstoornissen?

Geen ontwikkelingsstoornissen, kan wel gedrags- en emotionele problemen vertonen n.a.v.
ontwikkelingsstoornissen.
Ontwikkelingsstoornis: ontwikkeling verloopt bij 1 of meerdere domeinen vertraagd/verstoord

Behoren gedrags- en emotionele problemen tot het terrein van de kinderpsychiatrie?

Geen synoniem voor kinderpsychiatrische stoornissen

Kunnen gedrags- en emotionele problemen ook een uiting van opvoedingsproblemen zijn?

Vaak uitgelokt/ versterkt door omgeving. Opvoedingsmanier + omgangsmanier bepalen wijze waarop kind zal
gedragen.

, Verstoord interactieproces tussen ouders en kind  opvoedingsproblemen ipv gedragsproblemen (ouders niet
beschuldigen)

Wat mag zeker niet vergeten worden?

Alle probleemgedrag heeft betekenis  opzoek naar oorzaken van probleemgedrag


1.1.2 BIJKOMENDE AANDACHTSPUNTEN BIJ HET OMSCHRIJVEN VAN GEDRAGS- EN EMOTIONELE
PROBLEMEN
Zichtbaar ongewoon/ abnormaal gedrag= storend voor omgeving.

Gedrags- en emotionele problemen:

Gedragingen van een kind die op een bepaald moment in een welbepaalde socio-economische context en
culturele context door bepaalde personen uit de omgeving van het kind als storend, ongewenst of
ongewoon worden ervaren.


Ijsbergtheorie= instrument om gedrag en gedrags- en emotionele problemen beter te begrijpen.
Gedrag= topje = zichtbaar
Belangrijkste + grootste deel= onder water= onzichtbaar

 Wat zit er onder het topje van de ijsberg?

Elementen die helpen bij beoordelen van gedrag: ontwikkelingsperspectief – continuümgedachte – context –
informant  objectiever naar gedrag kijken.

Ontwikkelingsperspectief Continuümgedachte Context Informant
Kennis van normale Vreemde of erg storende Rekening houden met Wie?
ontwikkeling om gedragingen. situatie consequent Ouders advies vragen
probleemgedrag te Dagelijkse gedragingen voorkomen (deskundigen zien geen
beoordelen Vervolgens over Context observeren (ene problemen)
Gedurende peutertijd= continuüm plaatsen situatie wel, andere niet Ouders problemen met
normaal opstandig & waarbij ernst, intensiteit  pedagogische aanpak, gedrag van kind,
ongehoorzaam gedrag te & voorkomen in kaart activiteiten, locatie…)  opvoedingsproblemen
vertonen. Na peutertijd brengen. grote invloed op gedrag ipv gedragsproblemen.
verdwijnen  andere Gedragsproblemen kind. Pedagogische advies.
manieren van reageren vaker, langer, intenser + 1 of meerdere Ouders andere kijk aan
aangeleerd meerdere situaties contexten? te leren.
5 criteria om probleemgedrag te taxeren:

1. Frequentie (hoe vaak het voorkomt)
2. Duur (langere tijd)
3. Omvang (in meer verschillende situatie)
4. Gevolgen (gevolgen ernstiger zijn)
5. Beïnvloedbaarheid (lastiger te beïnvloeden is)

Andere criteria:

 Leeftijdsadequaat Type problemen
 Duur van probleemgedrag Mate van voorkomen in populatie
 Omstandigheden Intensiteit
 Socioculturele setting Verandering van gedrag

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur amberhofkens. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67474 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,99
  • (0)
  Ajouter