GODSDIENST SAMENVATTING
DEEL 1: FUNDAMENTEN VAN HET LEERPLAN ROOMS-KATHOLIEKE GODSDIENST
Een leerplan Bevat de doelen en thema’s die jij moet behandelen en bereiken met de
kinderen
3 onderwijsnetten:
1. Gemeenschapsonderwijs: door de grondwet verplicht tot neutraliteit
2. Gesubsidieerd officieel onderwijs: openstaan voor alle levensbeschouwingen
3. Vrij onderwijs: katholieke scholen: scholen van andere erkende godsdiensten
Enkele erkende levensbeschouwelijke vakken:
Niet – confessionele zedeleer
Rooms – katholieke godsdienst
Islamitische godsdienst
Protestants-evangelische godsdienst
Orthodoxe godsdienst
Anglicaanse godsdienst
Vroeger: de christelijke leer Vraag en antwoord
Catechismus is de korte inhoud van de christelijke leer
Christelijke leer vroeger :
= De leer die door Jezus Christus aan de wereld werd verkondigd en door de Apostelen
gepredikt en die verder door de kerk wordt onderwezen
Het is de noodzakelijkste onder alle leerlingen omdat het ons leert wat we moeten
weten/doen om zalig te worden
We moeten deze allemaal kennen & onderhouden omdat het de wil is van God,
anders kunnen ze niet zalig worden & gelukkig zijn
We moeten het geheel ons leven onthouden en beter leren begrijpen
men moest de Mechelse catechese vanbuiten leren & er naar leven, ze moesten zich ernaar
bekeren & leven zoals god het wilt
Zo zag een Godsdienst les eruit
Vraag – antwoord les
Nu: leerplan rooms-katholieke godsdienst voor het lager onderwijs in Vlaanderen is verplicht
sinds 2004
Addendum: een bijlage om het wat ‘moderner’ te maken, aan te passen aan de huidige
context. Wordt vandaag de dag gebruikt
, Er zijn geen eindtermen voor godsdienst: godsdienst wordt niet ingericht door de
overheid maar door de kerk, waardoor ze niets te zeggen hebben
1.2 KINDEREN IN EEN COMPLEXE WERELD
Godsdienstonderwijs wordt een bijzondere & delicate opdracht
Verreist een dynamische visie op het vak & een grote professionaliteit van de
leerkracht
Diversiteit neemt toe, multicultureel secularisering, twijfels over identiteit vanwege
diversiteit
= er is grote keuze waardoor we vast lopen
1.3 INTEGRATIE EN IMPACT
godsdienst moet kunnen inspelen op het feit dat niet iedereen nog gelovig is
inspelen op wat ze met zich meedragen, welke ‘rugzak’ ze dragen
1. Leerlingen integreren op een heel verscheiden wijze wat er in de lessen godsdienst wordt
binnengebracht
Godsdienst is een schoolvak, er moeten dingen geleerd worden.
We willen ze niet katholiek maken, maar dat ze ongeacht hun rugzak, kennis maken
met de christelijke visie
Aanzet tot het gesprek met kinderen
2. Elke leerling maakt kennis met de eigenheid en rijkdom vd christelijke geloofstraditie
Een eerste of vernieuwende kennismaking met het christendom
Het christelijk geloof wordt verdiept of aangescherpt
Verdiepen: vertellen hoe ze onze vader moet bidden aan gelovigen
Aangescherpt: vertellen waarom men bid (God is als een vader)
1.4 EEN SCHOOLVAK
Elk kind maakt kennis met de christelijke ideeën
Doel: we willen kinderen leren groeien als mens, we willen hen helpen
Doorheen alle vakken en leergebieden, maar uitdrukkelijk bij godsdienst
Men kijkt naar de groei als mens in een christelijk perspectief
1.5 DOEL VAN HET VAK GODSDIENST ( BELANGRIJK!)
- we willen hen zin geven in het leven, hun helpen om steviger in het leven te staan
- we willen kinderen helpen groeien op levensbeschouwelijk & religieus vlak en ze kennis
laten maken met het christendom
Ongeacht de traditie waarin het kind staat (= ongeacht wat ze geloven, hun cultuur)
, Elk kind voorruit helpen, door te vertrekken vanuit het christelijke
We willen kinderen helpen:
Om te bouwen aan een eigen identiteit
Om te groeien naar een eigen & verantwoorde beslissing betreffende geloven &
leven
Om dieper na te denken over de eigenheid van het christelijk geloof
Om kritische vragen te stellen & zinvolle antwoorden te formuleren omtrent het
geloof
= een langdurig proces van zin zoeken
1.6 INHOUD VAN HET VAK GODSDIENST ( BELANGRIJK!)
Inhoud van het vak:
- elk kind maakt kennis met de christelijke traditie en vormt de rode draad tot gesprek
Is altijd het vertrekpunt! Bij elke les!
- ervaringen van de kinderen: we willen kinderen leren hoe ze hun ervaringen betekenis
kunnen geven & ermee moeten omgaan
Het is belangrijk dat de ervaringen een plaats krijgen, maar dat ook de godsdienst
aan bod komt
- het gesprek dat je vanuit het christelijk element met de kinderen gaat voeren
Bv: je brengt de 40dagen tijd aan (periode van vasten voor de christenen) van daaruit
ga je het gesprek aan & speel je in op de diversiteit in de klas (bv. zie je gelijkenissen
met de ramadan, zou je als niet gelovigen deelnemen aan de 40dagen…)
Vanuit het christelijke terugkoppelen aan de diversiteit
Altijd doen ‘alsof’ je meer wilt weten over de andere culturen
Belangrijk om altijd in dialoog te gaan
1.7 EEN COMMUNICATIEPROCES
= wisselwerking tussen woord van de leerling, leerkracht en christelijke traditie
je praat met de kinderen over iets christelijk, maar je mag niet vergeten om de diversiteit
aan bod te laten komen in het gesprek ! (dialoog tussen de lln onderling is van belang)
1.8 ACTIEVE DEELNAME
Kinderen moeten het ervaren en beleven en verder gaan dan enkel kennis
Actief participeren, geef hem kansen om te beleven & ervaren zonder het te
verplichten, zorg dat hier ruimte voor is
, 1.9 EEN MOEILIJKE EN DUBBELE OPDRACHT
Je moet respect hebben voor alle kinderen & er moet openheid zijn, maar je moet
authentiek zijn
Je mag zeggen hoe jij naar bepaalde dingen kijkt, maar je mag het niet opdringen
Je mag vooruit komen waarin jij gelooft, je bent als leerkracht vaak zelf zoekende
Vraagt een grote professionaliteit: het leerplan vult deze authenticiteit zelf in!
Je mag zeggen hoe jij naar dingen kijkt, maar wat dit is, is bepaald door het leerplan
dus het is niet echt van ‘jezelf’
het midden= jij als leerkracht
het kruis= het authentieke
stoelen er rond= de leerlingen
hoe breng je het christelijke element in je les aan volgens het leerplan:
- verplicht moet aanbrengen vanop de christelijke stoel (vanuit je eigen christelijke
overtuiging vertellen aan de kinderen,
waarin jij als christenen gelooft)
- het is oké als je het niet elke les kan, een
aantal keer is voldoende
ga dan achter de stoel staan
je spreekt algemeen over de
christenen: “christenen geloven
dat… maar ik geloof het zelf niet,
hoe is het voor jullie”
De stoeltjes van de kinderen hebben
allemaal een andere kleur = diversiteit
DEEL 2: FUNDAMENTEN VAN HET LEERPLAN ROOMS-KATHOLIEKE GODSDIENST
!! Doel les godsdienst: kinderen helpen groeien op levensbeschouwelijk of religieus vlak
ongeacht waar het kind in het leven staat
3 elementen die we nodig hebben om het doel te bereiken:
1. Leren meer betekenis geven aan wat ze meemaken, hun ervaringen
2. Kennis maken met de christelijke visie, hoe hen ermee om gaan, het christelijke
vormt de rode draad
3. Dialoog: in gesprek gaan waarbij de andere opvattingen & godsdiensten aan bod
komen, wordt door de kinderen gestart