Motivatie: een term voor alle processen die te maken hebben met de
aanzet, de richting, de intensiteit en het volhouden van lichamelijke en
psychische activiteiten.
➢ Extrinsieke motivatie: het verlangen om een activiteit uit te voeren
omwille van een externe consequentie, zoals een beloning.
➢ Intrinsieke motivatie: het verlangen om een activiteit uit te voeren
omwille van de activiteit zelf, en niet vanwege een externe
consequentie, zoals een beloning.
➢ Overrechtvaardiging: proces waarbij een extrinsieke beloning een
interne motivatie verdringt.
- Voorbeeld: kinderen krijgen eerst wel een beloning en daarna
niet meer, ze zullen de tweede keer niet zo gemotiveerd zijn
omdat ze geen beloning meer krijgen.
Verwachtingstheorie: theorie die stelt dat mensen gemotiveerd worden om
aan taken te werken als ze verwachten daarin succesvol te zijn en als ze
de resultaten van de uitvoering waarderen.
Prestatiedrang (need for achievement n Ach): in McClelland’s theorie: een
geestelijke toestand die een psychologische behoefte veroorzaakt om een
moeilijk maar aantrekkelijk doel te bereiken.
Individualisme: het standpunt dat individuele prestaties en jezelf
onderscheiden erg belangrijk zijn. Deze visie wordt vooral in de Westerse
wereld aangehangen.
Collectivisme: het standpunt dat groepsloyaliteit en het aanzien van de
groep belangrijker zijn dan de individuele prestaties. Deze visie is
gangbaar in Azië, Afrika, Zuid-Amerika en het Midden-Oosten.
Flow: intense concentratie op een bepaalde activiteit. Gaat gepaard met
bijna extatische gevoelens. Flow heeft te maken met intrinsieke motivatie.
Hoe worden motivatieprioriteiten gesteld?
Instincttheorie (William James): verouderd idee dat bepaalde
gedragspatronen worden bepaald door aangeboren factoren. De
instincttheorie hield geen rekening met de effecten van leren en gebruikte
insecten vooral als labels, in plaats van als verklaringen voor gedrag.
- Voorbeeld: zalmen die tegen de stroom in zwemmen.
Gefixeerd actiepatroon: genetisch bepaald gedragspatroon dat bij alle
individuen van een soort voorkomt en dat door een specifieke stimulus
wordt ontketend. Het concept van gefixeerde actiepatronen heeft de
verouderde term ‘instinct’ vervangen.
, Volgens Freud was motivatie afkomstig uit de troebele diepten van de
onbewuste geest, die hij het id noemde, en waar zich 2 elementaire
verlangens zouden bevinden:
➢ Eros: het erotische of constructieve verlangen
➢ Thanatos: de agressieve of destructieve impuls
Drijfveertheorie: ontwikkeld als een alternatief voor de instincttheorie. De
drijfveertheorie verklaart motivatie als een proces waarin een biologische
behoefte een drijfveer produceert die het gedrag aanstuurt in een
zodanige richting dat in de behoefte wordt voorzien.
Behoefte: in de drijfveertheorie: een behoefte is een biologische
onevenwichtigheid die de overleving in gevaar brengt als het evenwicht
niet wordt hersteld. Men denkt dat biologische behoeften ten grondslag
liggen aan drijfveren.
Homeostase: biologisch evenwicht en het vermogen van het lichaam dit te
handhaven.
Behoeftehiërarchie: in Maslows theorie: het idee dat behoeften zich in
volgorde van belangrijkheid aandienen, de biologische behoeften zijn de
meest basale.
Later kwam Maslow nog met een zesde behoefte: zelftranscendentie
(zelfontstijging). Hierbij gaat het om doelen bereiken die buiten het zelf
liggen. Dus geen egocentrische doelen (zoals bij zelfactualisatie).
➢ Voorbeeld: vrijwilligerswerk
Functioneel analyseniveau: onderzoekt de adaptieve functie van een
motief in termen van overleving en reproductie.
Proximaal analyseniveau: onderzoekt stimuli die de motivatieprioriteiten
kunnen veranderen: prikkels uit de directe omgeving en gedachten van
het organisme
➢ Voorbeeld: geur van versgebakken koekjes -> honger
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur janey345. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.