Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
samenvatting GDW 1.1 €5,83   Ajouter au panier

Resume

samenvatting GDW 1.1

 5 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Samenvatting van leerstof, werk- en hoorcolleges van de toets GDW 1.1. verwerkt vanuit de leerdoelen.

Aperçu 3 sur 19  pages

  • 31 octobre 2023
  • 19
  • 2020/2021
  • Resume
avatar-seller
GDW samenvatting 1.1 zelf
De student kan:
- Beschrijven waarom kennis van de psychologie belangrijk is voor
verpleegkundigen;
Omdat je dient te weten hoe mensen met bepaalde opmerkingen, nieuws omgaan,
hoe mensen denken, hoe ze kunnen reageren en ervan uitgaande dat niemand
hetzelfde is dus niet overal hetzelfde in gaan.

- De geschiedenis van de psychologie in hoofdlijnen weergeven;
De Grieken debatteerden veel over wat er zich afspeelde in het brein. In de 19 e eeuw
is de wetenschappelijke psychologie pas ontstaan. In de 20e eeuw werd de
psychologie ook bekender en na de tweede wereldoorlog is psychologie losgekomen
van filosofie en een eigen populaire studie geworden.

- Beschrijven wat de nature-nurture kwestie inhoudt en wat de huidige opvattingen
hieromtrent zijn;
Nature: zijn aangeboren, dus de aanleg.
Nurture: is aangeleerd, dus door de opvoeding en omgeving

- Aangeven wat er onder een ‘stroming’ in de psychologie wordt verstaan.
Er zijn zes stromingen binnen de psychologie. 1. Psychodynamische benadering 2.
Cognitieve gedragstherapeutische benadering 3. Experimentiele en cliëntgerichte
benadering 4. Lichaamsgerichte benadering 5. Systeemgerichte benadering 6.
Oplossingsgerichte benadering en positieve psychologie.
Binnen de psychologie dien je te handelen vanuit deze benaderingen.

- De verschillende uitgangspunten van de psychodynamische benaderingen
beschrijven.
1. Ons gedrag wordt bepaald door onbewuste processen, vooral door seksuele en
agressieve driften
2. In bewuste vorm zijn ze te bedreigend, daarom zijn het onbewuste processen
3. Structuur bestaat uit het ‘ID, het ‘ego’ en het ‘superego’
4. Tussen ID, superego en buitenwereld is altijd spanning, nooit helemaal op te
lossen
5. ID is onbewust: we weten niet wat ons nou echt motiveert.
6. Ego en superego zijn gedeeltelijk onbewust: weten vaak niet wat we van onszelf
afkeuren en waar we mee bezig zijn
7. Het ego probeert het ID, superego en buitenwereld in balans te houden.
8. Het ego heeft afweermechanismen ontwikkeld om angsten vanuit het onbewuste
onder controle te houden.
9. Afweermechanismen kunnen de ontwikkeling bevorderen of blokkeren.
10. Elk gedrag heeft betekenis en heeft altijd iets te maken met onderbewuste: niets
is toevallig
11. Er dient inzicht te zijn is de problemen; de conflicten dienen begrijpelijk te
worden en erbij te horen

, 12. Onbewuste conflicten hebben lang verleden en komen uit kindertijd
13. Onbewuste conflicten kunnen herhaald worden, maar dan op andere personen
en situaties
14. In psychoanalytische therapie kunnen deze conflicten worden opgeroepen en
overgedragen worden op een neutraal opstellende therapeut. Of kunnen er
woorden aan gegeven worden.
15. De cliënt ervaart duidelijker verschil tussen binnen- en buitenwereld, doordat de
therapeut datgene betekenis geeft en hierdoor laat de cliënt het onbekende/
angstwekkende toe, doorleeft en leert kennen, verminderen dus het lijden van de
patiënt.

- De theorie van Freud en het driftmodel van de psychodynamische benadering
beschrijven;
Het ID = de driften, onderbewuste verlangens (lustprincipe)
Het Ego = het ‘ik’ = moet ontwikkeld worden door het kind (realiteitsprincipe)
Het Superego=het geweten, het ideaalbeeld.

Het ID/ de driften willen voortdurend van alles, maar het Superego zorgt ervoor dat
je je aan je regels houdt. Een sterk EGO is de baas over het ID en het Superego.

- De ontwikkelingsfasen van het Id, Ego en Superego uitleggen;
1. De orale fase/ babytijd [0-1,5 jaar], de bevrediging van de driften (ID) is gericht op
het ontvangen van de mond
2. De anale fase/ peutertijd [1,5-3 jaar], periode van zindelijkheidstraining. Kind
krijgt een eigen wil en leert zijn ontlasting onder controle te houden.
3. De fallische fase/ kleutertijd [3-6 jaar], geslachtsverschil staat centraal. Hierin
ontstaat het oedipuscomplex (zoon wil trouwen met mama en papa is rivaal)
4. De latentiefase/ schoolleeftijd [6-12 jaar], een rustigere tijd, kind kan zich meer
op de buitenwereld en school richten
5. De genitale fase/ puberteit+ adolescentieperiode [12-23 jaar], driften en
conflicten worden onder invloed van hormonen en culturele verwachtingen weer
actiever en kunnen oude conflicten opnieuw actueel worden bij het aangaan van
volwassen rollen.

- Uitleggen wat er onder afweermechanismen verstaan wordt, weet de verschillende
mechanismen en kan deze koppelen aan patiëntengedrag;
Afweermechanismen zorgen ervoor dat onze angstige herinneringen,
impulsen en conflicten onder de oppervlakte blijven.

1. Verdringing, angstwekkende wensen, gedachten, impulsen weggestopt, maar ze
blijven wel invloed uitoefenen.
2. Ontkenning, feitelijke zaken worden ontkend omdat ze te beangstigend zijn.
3. Reactieformatie, een angstwekkende impuls wordt ‘onschadelijk’ gemaakt door
het omgekeerde ervan in het bewuste toe te laten.
4. Isolering, een ontoelaatbaar of angstwekkend gevoel wordt afgesplitst van de
rest van je persoon.

, 5. Intellectualisering, moeilijke innerlijke zaken worden met veel interessante en
moeilijke woorden weggepraat.
6. Projectie, een onacceptabele impuls bij jezelf wordt geprojecteerd op een ander.
7. Splitsing, iets of iemand wordt gezien als óf helemaal goed, óf helemaal slecht, of
afwisselend slecht en goed.
8. Rationalisatie, een impuls die eigenlijk wordt afgekeurd (door het ‘superego’)
wordt toch uitgeleefd en vervolgens goedgepraat.
9. Verplaatsing, het uiten van een impuls die gericht is op een bepaald persoon,
uiten bij iemand als.
10. Sublimatie, het ‘ego’ kanaliseert hierbij je behoeften op zo’n manier dat iedereen
tevreden is, zowel jijzelf als de omgeving. Dit is het afweermechanisme dat Freud
aanraadde.

- De begrippen overdracht en tegenoverdracht uitleggen en koppelen aan
verpleegkundige zorgverlening;
Overdracht: is het herhalen van vroegere gedragspatronen en problemen bij
personen die daar niets mee te maken hebben. Wanneer een therapeut tijdens een
sessie met de patiënt overdrachtsgevoelens krijgt dan kan het zo zijn dat de patiënt
iets van vroeger bij hem oproept, dit wordt tegenoverdracht genoemd.

- Beschrijven wat er onder de zelfpsychologie van Kohut en Stern verstaan wordt;
De zelfpsychologie is vooral uitgewerkt door Kohut en Stern, zij hielden zich bezig
met narcistische problematiek bij patiënten die veel waardering nodig hebben, een
zwak ‘ik’ hebben en zeer slecht tegen afwijzingen kunnen.

Volgens Kohut en Stern hebben deze patiënten te weinig bevestiging gekregen als
kind. Een kind moet namelijk enerzijds voldoende bevestigd worden en anderzijds
gecorrigeerd worden in almachts-gevoelens. Zowel te weinig bevestiging of te weinig
grenzen maakt van een kind een kleine tiran.

Stern benadrukt dat een gezonde, spiegelende relatie met de primaire verzorger
nodig is voor de ontwikkeling van een ‘verbal self’, een persoon die kan vertellen hoe
hij zich voelt en weet heeft van zijn eigen belevingswereld. Het terug spiegelen van
gevoelens van het kind door de moeder/vader in een aandachtig contact met het
kind door geluidjes en lichaamstaal is van essentieel belang voor de start van de
ontwikkeling van een ‘zelf’ bij het kind.

- Beschrijven hoe de psychodynamische benaderingen terug te zien zijn in de context
van zorg & welzijn en jeugdzorg (o.a. ‘holding’);
Holding: bij kinderen, ze moeten ervaren dat zij niet verdwijnen of verlaten verlaten
worden als zij hun vroegkinderlijke angsten en woede laten zien

Bij sommige instellingen beginnen ze een behandeling vaak met de patiënt de
gelegenheid te geven ‘alles eruit te gooien’. Ook is deze benadering behulpzaam voor
de ontwikkeling van de zelfreflectie- en kennis van de medewerkers.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lizaoldengarm. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,83. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

76669 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,83
  • (0)
  Ajouter